Buijten & Schipperheijn Motief – Amsterdam AGE ROMKES ALLES WORDT NIEUW OPENBARING
Colofon © 2021 Age Romkes, Ede Vormgeving: Buijten & Schipperheijn Behoudens uitzonderingen krachtens de auteurswet van 1912 mag niets uit deze uit - gave worden verveelvoudigd, opgeslagen of openbaar gemaakt, op welke wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van de uitgevers. ISBN 978-94-6369-146-8
5 Inhoud Woord vooraf 9 Handleiding 11 Verantwoording 13 Structuurschema 20 DE OPENBARING VAN JOHANNES Bericht van een banneling 25 Openbaring Opschrift 1:1-3 26 Brieven van de Mensenzoon 1. De zegen van God 1:4-8 27 2. Visioen op zondag 1:9-20 29 3. Efeze: terug naar de eerste liefde 2:1-7 31 4. Smyrna: straatarm, steenrijk 2:8-11 33 5. Pergamum: een nieuwe identiteit 2:12-17 35 6. Tyatira: stop die Izebel! 2:18-29 37 Bijbelstudie A. Brieven uit de hemel – 1 39 7. Sardis: schone schijn 3:1-6 40 8. Filadelfia: klein maar dapper 3:7-13 42 9. Laodicea: te veel eigendunk 3:14-22 44 Bijbelstudie B. Brieven uit de hemel – 2 46 Wat ons te wachten staat 10. Hemelse eredienst 4:1-11 47 11. Gods plannen gaan door! 5:1-14 50 12. De wereldgeschiedenis in een notendop 6:1-17 53 Bijbelstudie C. De wereld draait door 56
6 13. Bijzondere bescherming 7:1-8 58 14. Thuisgekomen 7:9-17 60 15. Stil gebed 8:1-6 62 Bijbelstudie D. Gods prioriteiten – 1 64 16. Bazuingeschal 8:7-13 66 17. Demonische kwellingen 9:1-21 68 18. Opnieuw geroepen 10:1-11 71 19. Twee getuigen 11:1-14 73 Bijbelstudie E. Gods prioriteiten – 2 76 20. Het Koninkrijk is gekomen 11:15-19 77 Het kosmische conflict 21. De vrouw en de draak 12:1-17 79 22. Nog twee monsters 12:18-13:18 82 Bijbelstudie F. Een ongelijke strijd? 85 23. Twee soorten mensen 14:1-13 87 24. Twee soorten oogst 14:14-20 89 25. Het lied van de overwinnaars 15:1-8 91 Bijbelstudie G. Het lied van Mozes en het Lam 93 26. De zeven laatste plagen 16:1-21 94 27. De vrouw op het beest 17:1-18 97 28. Afgedankt 18:1-20 100 29. Het feest verplaatst zich 18:21-19:10 103 Bijbelstudie H. De bruiloft van het Lam 106 30. Het beest en zijn profeet verslagen 19:11-21 107 31. De draak verslagen 20:1-10 109 32. Het laatste oordeel 20:11-15 112 Bijbelstudie I. Alle vijanden worden verslagen 114
7 Alles wordt nieuw 33. De nieuwe hemel en de nieuwe aarde 21:1-8 115 34. Het nieuwe Jeruzalem 21:9-27 117 35. Het nieuwe paradijs 22:1-5 120 Bijbelstudie J. Eind goed, al goed 122 Slotwoorden 36. Nog even… 22:6-21 123 OVERZICHT VAN OPENBARING Opschrift (1:1-3) 129 Brieven van de Mensenzoon (1:4-3:22) 129 Wat ons te wachten staat (4:1-11:19) 130 Het kosmische conflict (12:1-20:15) 133 Alles wordt nieuw (21:1-22:5) 138 Slotwoorden (22:6-21) 139 Noten 140
9 Woord vooraf Openbaring is voor ons een moeilijk boek doordat het geschreven is in een beeldtaal die wij niet onmiddellijk herkennen. Vandaar waarschijnlijk dat er zoveel uiteenlopende verklaringen van zijn. Door alle tegenstrijdige visies kon ik mij maar moeilijk tot het lezen van Openbaring zetten. Het schrikte mij af. Het heeft dan ook even geduurd voordat ik aan het pure lezen van het boek zelf toekwam. En toen viel het me eigenlijk wel mee. De beeldtaal is niet vreselijk ingewikkeld. De meeste beelden kennen we wel uit het Oude Testament. In dit boek heb ik geprobeerd Openbaring in mijn eigen woorden na te vertellen en de beelden vanuit het Oude Testament te verduidelijken. Het is niet mijn bedoeling om een eigen interpretatie van dit bijbelboek te geven. Maar natuurlijk lees ook ik op mijn eigen manier. Zie daarvoor onderstaande Verantwoording. Naast het zelf lezen van de grondtekst en het vergelijken van verschil - lende vertalingen, heb ik vooral gebruikgemaakt van de commentaren van dr. H.R. van de Kamp [CNT3] en Robert H. Mounce [NIC]. Merijn Wijma wil ik bedanken voor de begeleiding vanuit uitgeverij Buijten & Schipperheijn. En ook mijn vrouw Leny en mijn zoon Iede, en verder Marianne van den Bosch, Hylke Britstra en Johannes Woudstra voor de vele waardevolle opmerkingen bij de eerste versie van het boek. Allemaal heel hartelijk bedankt voor de tijd die jullie erin hebben willen steken. Dankzij jullie is het een beter boek geworden. Het eindresultaat blijft uiteraard voor mijn verantwoording. Misschien herken je het beeld wel dat ik schetste en zie jij ook op tegen het lezen van Openbaring. Dan hoop ik dat dit boek helpt om de drempel te verlagen. Zodat je Openbaring met plezier leest en eruit leert wat belangrijk voor je is. Want de boodschap van dit bijbelboek is heel actueel. Daarmee bedoel ik niet dat er allerlei gebeurtenissen uit onze tijd in voorspeld zou - den worden, maar dat we ervan kunnen leren om ontwikkelingen in onze wereld in verband met Gods plannen te brengen. We gaan steeds beter
10 zien waar God bezig is en wat het werk van zijn vijanden is. Zo krijgen we houvast in een snel veranderende en soms verwarrende samenleving en begrijpen we welke veranderingen onze steun verdienen en welke niet. God zet zijn plannen door, ook in een wereld die zich steeds meer van Hem afkeert. De christenen aan wie Johannes schreef, hadden het zwaar. Zij kregen te horen dat God hun lijden kende en tot een minimum zou beperken, dat Hij sterker is dan de machten van de duisternis en dat Hij een nieuwe wereld van vrede en recht zal brengen. Dat gaf hun moed en kracht. Het is ook ons uitzicht als geloven moeilijk wordt. Ede, zomer 2021 Age Romkes
11 Handleiding De Bijbel voor lezers van nu In dit boek wordt het laatste bijbelboek in eigen woorden naverteld. Er zijn geen fictieve personen, gebeurtenissen of uitspraken toegevoegd. Wel allerlei verduidelijkingen, die ons kunnen helpen om Openbaring beter te begrijpen, die de eerste lezers niet nodig gehad zullen hebben. Die waren vertrouwder met de beeldtaal van de visioenen die Johannes zag. En ze wisten uit ervaring hoe precair de situatie in Efeze en omstreken was. Daar hadden zij elke dag mee te maken. Ook zullen zij de vele toespelingen op het Oude Testament sneller door hebben gehad dan wij. Daarom zijn ook die expliciet gemaakt of in de noten benoemd. De bedoeling is om de boodschap van Openbaring zo helder moge - lijk weer te geven. Natuurlijk zijn daarbij allerlei uitlegkundige keuzes gemaakt. Het is niet nodig die in dit boek stuk voor stuk te verantwoor - den. De gekozen interpretaties zijn allemaal wel ergens in de gangbare Bijbelcommentaren terug te vinden. Wel heb ik in de hierna volgende verantwoording laten zien hoe je Openbaring volgens mij het beste kunt lezen. Want de meningen daarover lopen ver uiteen. Hoofdstuk- en versindeling De hoofdstukindeling in dit boek is niet dezelfde als die in het bijbelboek Openbaring. Ook is er geen versindeling. De nadruk valt op het lezen van afgeronde gedeelten, als in een roman. In de inhoudsopgave kun je zien met welk gedeelte uit Openbaring elk hoofdstuk correspondeert. Noten en tekstverwijzingen Tekstverwijzingen staan aan het eind van een hoofdstuk. In de tekst wordt ernaar verwezen met een hoge letter. Dus bijvoorbeeld zo. a Andere noten staan achter in het boek. In de tekst wordt ernaar verwezen met een cijfertje. Overdenkingspunten en gespreksvragen Aan elk hoofdstuk zijn een paar overdenkingspunten toegevoegd, be - doeld voor persoonlijke stille tijd of om met elkaar over door te praten.
12 Maar je kunt ze ook negeren en gewoon doorlezen. Tussendoor staat ook een tiental korte bijbelstudies met gespreksvra - gen als hulpmiddel voor de bijbelkring. Er wordt van uitgegaan dat alle voorgaande hoofdstukken gelezen zijn. Het is niet de bedoeling de vragen een voor een af te werken. Laat liever het gesprek op een natuurlijke manier gaan, van verkennen (observeren) via verklaren (interpreteren) naar verwerken (toepassen). Schakel daarna terug naar een ander deel of aspect van de tekst en doorloop de cyclus opnieuw. Meer uitleg Meer informatie over ontdekkend bijbellezen (verkennen, verklaren, ver - werken) en over het voorbereiden en leiden van een bijbelgespreksgroep kun je vinden op de downloadpagina’s van artios.nl en home.planet.nl/ ~romke953/. Overzicht Openbaring zit knap in elkaar met allerlei herhalingen, spiegelstructuren en intermezzo’s. Dat zie je niet zomaar. Daarom volgt er na de verantwoor - ding een weergave van de structuur van het boek. Mocht je tijdens het lezen door alle visioenen, beelden en liederen de draad toch een beetje kwijt - raken, dan kun je bij dat structuurschema terecht en bij het uitgebreide inhoudsoverzicht achter in dit boek.
13 Verantwoording Dit boek is geen verklaring van het bijbelboek Openbaring, maar als je het in begrijpelijke woorden wilt navertellen, sluipt er toch wel veel uitleg in. Dat moet haast wel omdat Openbaring op zoveel verschillende ma - nieren wordt gelezen. De een ziet er een routekaart voor de ‘eindtijd’ in (tussen aanhalingstekens, want het woord komt in het Nieuwe Testament niet voor). Voor de ander zijn het gelovige woorden van hoop in moeilijke tijden, die geen enkele voorspellende waarde hebben. Daarom lijkt het me goed om eerst kort iets te zeggen over hoe ik Openbaring lees. Wie meer toelichting wil, kan terecht bij de inleiding van mijn bijbelstudieboekje Openbaring. Uitzicht op het Rijk van God . Keten van openbaring De eerste paar verzen van Openbaring schetsen een keten van openbaring, waarbij een engel en Johannes de schakels zijn tussen hemel en aarde: God – Jezus Christus – engel – Johannes – voorlezer – gemeente. Langs die weg laat God aan degenen die Hem dienen weten wat er allemaal staat te gebeuren. Deze Johannes zal dezelfde zijn als de schrijver van het evangelie en de brieven die ook zijn naam dragen, namelijk de apostel Johannes, de zoon van Zebedeüs. Hij ontving deze openbaring in de vorm van visioenen in de tijd dat hij vanwege zijn geloof door keizer Domitianus verbannen was naar Patmos. Dat is een eiland voor de zuidwestkust van het huidige Turkije, dat tegenwoordig bij Griekenland hoort. Jezus Christus centraal Openbaring vertelt hoe God de wereldgeschiedenis tot een goed einde zal brengen en hoe er na het laatste oordeel een nieuwe hemel en een nieu - we aarde zullen komen. Maar vooral dat dit alles te danken is aan Jezus Christus. Hij is degene om wie alles draait in het plan van God (5:5-7). Hij verbreekt de zegels van het boek met daarin het verlossingsplan van God en zet dit zo in gang (6). Hij treedt op namens God en staat of zit naast Hem op de troon (5:6; 7:17; 22:1, 3). En Hij ontvangt dezelfde lof en
14 aanbidding (5:8, 12-14). Net als in zijn evangelie stelt Johannes in het boek Openbaring Jezus Christus centraal en laat hij zien dat Hij in alles aan God gelijk is. Profetie Johannes karakteriseert zijn boek zelf als profetie (1:3; 22:7, 10, 18v). Zo vatten we het dan ook op en zo leggen we het uit. Profetie is een woord van God over hoe Hij tegen onze werkelijkheid aankijkt en hoe Hij met deze wereld bezig is. Profetie kan gaan over verleden, heden en toekomst. Zo vertelt Openbaring 12:1-6 over de geboorte van de Messias, die toen Johannes dit opschreef al bijna een eeuw in het verleden lag. De brieven in hoofdstuk 2 en 3 gaan over de actuele situatie van de gemeenten in Klein- Azië. Het meeste gaat over ‘wat er binnenkort gebeuren moet’ (1:1). Als het over de toekomst gaat, kun je profetie omschrijven als aankon - diging van wat God gaat doen. Dat is geen onpersoonlijke mededeling over een onafwendbaar noodlot; profetie vraagt om een gelovige reactie en die kan ertoe leiden dat God zijn plannen verandert. Als de bevolking zich bekeert, wordt Nineve niet verwoest (Jona 3:10). Als Hizkia de aankondi - ging krijgt dat hij zal sterven, gaat hij bidden en geeft God hem er vijftien levensjaren bij (2 Koningen 20:1-6). Volgens Van de Kamp (p. 12) is ook het boek Openbaring ‘conditioneel van karakter’: er is een mogelijkheid van bekering. Al is de verwachting dat de gemeenten daar eerder gebruik van zullen maken (2:5, 16) dan de ongelovige wereld (19:20v). Beeldtaal Johannes ontvangt de ‘openbaring van Jezus Christus’ in de vorm van visioenen. Wat God zeggen wil, wordt getoond in beelden. Die moet je niet letterlijk nemen. Een visioen is, net als de openbaringsdromen in de Bijbel, een boodschap in beelden. Er gaat niet letterlijk gebeuren wat de ontvanger van de droom of van het visioen ziet. De droom van de farao (Genesis 41:1-4) verwijst niet naar koeien die uit de Nijl komen, maar naar jaren van overvloed en van hongersnood. De enorme boekrol die Zacharia in een visioen zag, is geen ruimteschip, maar symboliseert ‘de vloek die rondwaart over het hele land’ (Zacharia 5:3). Evenzo zijn de sprinkhanen als paarden met staarten als schorpioenen (Openbaring 9:1-12) geen heli - kopters (Hal Lindsey, Op weg naar een nieuwe wereld p. 119) en is de ster
15 Alsem (8:11) geen atoombom. Net zo min als Jezus er echt uitziet als een lam (5:6) of de satan als een draak (12:3, 9). Ook zitten de zielen van de martelaren in het hiernamaals niet werkelijk onder een altaar (6:9). Veel beelden zijn terug te vinden in het Oude Testament, met name in Ezechiël en Daniël. Als dezelfde beelden gebruikt worden, wil dat overi - gens nog niet zeggen dat ze ook precies hetzelfde betekenen. Degenen aan wie Johannes schreef, waren beter thuis in het Oude Testament dan wij. Openbaring zal voor hen een minder ingewikkeld boek geweest zijn dan voor ons. Ze hebben de boodschap ervan heus wel begrepen. Hoe zouden ze de woorden anders in acht kunnen nemen (1:3)? De brieven in hoofd - stuk 2 en 3 zijn rechtstreeks aan hen gericht. Dat zou weinig zin hebben als ze geschreven waren in een voor hen onbegrijpelijke geheimtaal. Symbolische getallen Net als de beelden nemen we ook de getallen niet letterlijk. Nou ja, er wa - ren natuurlijk wel echt zeven gemeenten. Al heeft dit ook een symbolische waarde: deze zeven vertegenwoordigen alle gemeenten, want er waren er meer in dat gebied. Bijvoorbeeld in Kolosse. Maar over het algemeen hebben de getallen geen exacte waarde. Er zijn niet zeven geesten voor de troon van God (1:4); dat staat voor de vol - heid van de Heilige Geest. En de ‘verdrukking van tien dagen’ (2:10 HSV) duurde in werkelijkheid tientallen jaren. Waar staan de getallen dan voor? Drie verwijst naar de hemel en naar God. Vier is het getal van de aarde (denk aan de vier windrichtingen). Samen is dat zeven, dat staat dus voor het geheel (Genesis 1:1). Het is een volheidsgetal, net als twaalf. Dat is drie keer vier en staat voor het volk van God van het oude (twaalf stammen van Israël) of het nieuwe verbond (twaalf apostelen). Tien is een volheidsgetal dat naar de wereld verwijst; bij de Romeinen werd een maand ingedeeld in drie periodes van tien dagen. Afgeleide getallen zijn bijvoorbeeld drieënhalf; dat wil zeggen: het is maar de helft, God zal het halverwege afbreken. Duizend (tien maal tien maal tien) lijkt te verwijzen naar het koninkrijk van God: God regeert over de hele wereld. Of in elk geval naar de uitgestrektheid van de aarde. Honderdvierenveertigduizend is dan het volk van God dat zich vermenig - vuldigt (twaalf maal twaalf ) over de hele aarde (tien maal tien maal tien). Dit is geen exacte wiskunde. Het vermoeden van de betekenis van een
16 getal moet bevestigd worden door een verantwoorde uitleg van de context. Het is niet de bedoeling om te gaan goochelen met deze getallen, bij - voorbeeld door ze om te rekenen naar de namen van personen. Dat heet gematria. In de Bijbel komt dit niet voor. Relatie met de geschiedenis Profetie verwijst naar het ingrijpen van God in onze werkelijkheid in verle - den, heden en toekomst. Soms gaat het over een concrete gebeurtenis (bij - voorbeeld in Jona 3:4), maar meestal niet. Dan laat het in meer algemene bewoordingen zien hoe God tegen onze werkelijkheid aankijkt en wat Hij van ons verwacht. Soms gaat het over het grote wereldgebeuren, bijvoor - beeld over opeenvolgende wereldrijken (Daniël 2). Maar in Openbaring worden de vier dieren uit het begin van Daniël 7, die elk een wereldrijk voorstellen, samengebald tot één beest, dat trekken vertoont van alle vier (13:2). Het lijkt dus meer over de grondtrekken van de geschiedenis en van de wereldheersers te gaan dan over losse gebeurtenissen of afzonderlijke rijken. Het gaat over aspecten van onze wereld die in elke tijd herkenbaar zijn. Totdat God definitief ingrijpt en een nieuwe hemel en een nieuwe aarde tot stand brengt. Wat in Openbaring beschreven wordt, gaat niet over het hoofd van de eerste lezers heen over het staartje van de geschiedenis. Zij hebben wat ze lazen toegepast op hun eigen situatie. Bij het beest uit de zee (13:1-10) zullen ze gedacht hebben aan het Romeinse Rijk en bij het beeld van het beest dat aanbeden moet worden (13:14v) aan de keizercultus. Het is aan ons om aan de hand van Openbaring onze eigen tijd te duiden. Waar zijn Gods vijanden actief en waar zien we de hand van God in onze wereld? Wat staat er op het spel en wat verwacht God van ons? De boodschap van Openbaring moeten we niet opsluiten in het verleden of reserveren voor de toekomst. Het gaat ook over ons. Het is nog net zo actueel als toen Johannes het schreef. Chronologie? Openbaring is in grote lijnen chronologisch opgebouwd. De eerste hoofd - stukken bevatten brieven aan gemeenten uit de tijd van Johannes. Het grote middendeel (4-20) gaat globaal genomen over ‘wat er binnenkort gebeuren moet’ (1:1). Dat wil zeggen over de tijd tussen de komst en de
17 wederkomst van de Here Jezus. In de laatste twee hoofdstukken kijken we over de grenzen van de tijd heen naar een nieuwe wereld. Globaal geno - men gaan we van toen (1-3), via nu (4-20) naar straks (21-22). Maar het is beslist niet zo dat we te maken hebben met een lange aan - eenschakeling van opeenvolgende gebeurtenissen. Zo wordt aan het eind van hoofdstuk 11 het laatste oordeel al aangekondigd (vers18), maar begint er in hoofdstuk 12 een nieuw visioen, waarin we lezen over de geboorte van de Messias (12:5). Dat lag toen Johannes dit schreef al bijna een eeuw in het verleden. De hoofdstukken 4-20 vormen zo een tweeluik. Eerst wordt verteld hoe het plan van God wordt uitgerold in onze wereld (5:1). Vanaf hoofdstuk 12 lezen we over de geschiedenis vanuit een ander perspectief, namelijk dat van de vijandschap tussen God en de zijnen aan de ene kant en de satan en zijn handlangers aan de andere kant. Ook in andere opzichten is er van een strikte chronologie geen sprake. Dat iets later verteld wordt, wil niet zeggen dat het ook later gebeurt. De draak (12) en de twee beesten (13) treden gelijktijdig op. Johannes ziet ze na elkaar, maar ze opereren naast elkaar. Ook wordt het oordeel over de vij - anden van God en over de gestorvenen geschetst in verschillende taferelen (19:11-20:15), maar dat zullen we toch wel moeten lezen als aspecten van het ene eindoordeel en niet als gebeurtenissen in opeenvolgende perioden van de geschiedenis. Let maar op de verschillende trekken die de afzonder - lijke taferelen gemeen hebben, zoals het verzamelen van de vijanden tot de strijd, hun vernietiging en hun uiteindelijke lot in de ‘vuurpoel’. Openbaring vertelt meer wát er gebeurt dan wannéér het gebeurt. De ruiter op het witte paard (6:2; vergelijk 19:11-16) symboliseert Christus die met zijn Evangelie de wereld verovert. Dat is van alle tijden en gaat door tot op de dag van vandaag. En als er in 8:1 staat dat er een halfuur stilte in de hemel komt, waarin God naar de gebeden van de heiligen luistert (8:3), dan wil dat natuurlijk niet zeggen dat dit in de hele wereldgeschiedenis alleen in dat halfuur gebeurt. Alsof God anders nooit naar ons bidden luistert. Openbaring gaat dus niet over eenmalige gebeurtenissen in de ‘eind - tijd’, maar over wat er aan de hand is in onze wereld, telkens weer, en hoe we dwars door alle narigheid van rampen en vervolging heen hoop en troost kunnen putten uit het Evangelie van Jezus Christus. God laat deze wereld niet los; zijn plannen gaan door, die nieuwe wereld van recht en vrede komt er echt.
18 Vertelstructuren We gaan dus niet proberen om Openbaring in een chronologisch schema te persen, maar letten op de vertelstructuren. Dan zien we dat het boek prachtig in elkaar zit. De ruggengraat wordt gevormd door vier zevental - len: de brieven (2-3), de zegels (6:1-8:5), de bazuinen (8:6-11:19) en de schalen (15-16). Maar er is meer over de structuur te zeggen. De eerste drie hoofdstuk - ken, met de brieven aan de zeven gemeenten, vormen een afgerond geheel. In hoofdstuk 4 volgt een nieuw visioen, waarna het ene tafereel uit het andere voortvloeit. In het tempelvisioen (4-5) horen we over een boekrol, waarvan de zeven zegels verbroken worden in hoofdstuk 6 en 7. Bij het verbreken van het laatste zegel stellen de zeven engelen met de bazuinen zich op (8:1-5), waarna zij een voor een op de bazuin blazen (8:6-11:19). Zo vormen ook de hoofdstukken 4-11 een geheel. In hoofdstuk 12-20 lezen we over allerlei vijanden die stuk voor stuk worden voorgesteld (12-14), waarna zij allemaal worden verslagen (17-20). In het hart van dit gedeelte lezen we over de zeven laatste plagen (15-16). In de laatste twee hoofdstukken kijken we over de grenzen van de tijd heen en zien we een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar het kwaad overwonnen is en God bij de mensen woont. Zie verder het structuurschema hieronder. Herhalingen en spiegelingen In het eerste deel van het grote middenstuk, in 4-11, zien we een herhaling in de structuur. Eerst worden er zes zegels verbroken (6), dan volgen er twee onderbrekingen, twee intermezzo’s (7) en pas daarna lezen we over het zevende zegel (8:1-5). Net zo klinken er eerst zes bazuinen (8:6-9:21), dan volgen er weer twee intermezzo’s (10:1-11:14) voordat de zevende ba - zuin volgt (11:15-19). In het tweede deel van dit grote tweeluik vinden we juist een gespie - gelde structuur. Eerst (12-13) lezen we over de draak, het beest uit de zee en het beest uit de aarde (de valse profeet). Als intermezzo volgt er dan een overwinningslied (14:1-5). Daarna wordt het oordeel over Babylon aange - kondigd (14:6-20). In het midden van deze sectie lezen we over de zeven schalen met de zeven laatste plagen (15-16). In de resterende hoofdstuk - ken worden de vijanden stuk voor stuk verslagen. Maar nu beginnen we bij
19 Babylon (17:1-18:24). In de gespiegelde structuur verwachten we dan een overwinningslied; en dat komt er ook (19:1-10). Als laatste worden dan het beest en de valse profeet (19:11-21) en tot slot de draak zelf, de satan, geoordeeld (20:1-10). Je zou dus kunnen zeggen: de vijanden worden eerst voorgesteld van hoog naar laag, te beginnen bij de satan zelf. Maar over hun ondergang wordt in omgekeerde volgorde verteld, met de duivel als laatste. Onbevangen lezen Omdat er zoveel ideeën over Openbaring rondzingen, is het lastig om nog onbevangen te lezen. Maar laten we het toch proberen. Misschien klinkt het je niet vreemd in de oren als ik zou zeggen dat in Openbaring staat dat er in de eindtijd een oorlog in Israël zal uitbreken, waarbij de antichrist Jeruzalem zal aanvallen om uiteindelijk in een enorme veldslag bij Armageddon verslagen te worden. Maar vergeet dat even en schort je oordeel nog even op. Bedenk dat de woorden eindtijd en antichrist he - lemaal niet voorkomen in Openbaring. Ook wordt het land Israël ner - gens genoemd, alleen de stammen en de ‘kinderen’ van Israël. De naam ‘Jeruzalem’ wordt gereserveerd voor de hemelse stad (21:9-27) en van een echte veldslag in Armageddon is helemaal geen sprake (16:16; 19:21). Dus probeer nauwkeurig te lezen wat er nou echt staat, niet meer en niet minder. Misschien ontdek je dan wel heel andere dingen dan je ver - wacht had…
20 Structuurschema Opschrift (1:1-3) Brieven van de Mensenzoon (1:4-3:22) Zegen (1:4-8) Openingsvisioen (1:9-20) Zeven brieven (2:1-3:22) Wat ons te wachten staat (4:1-11:19) De hemelse eredienst (4:1-11) Een verzegelde boekrol (5:1-14) Zeven zegels A De eerste zes zegels verbroken (6:1-17) B Intermezzo 1: honderdvierenveertigduizend verzegelden (7:1-8) C Intermezzo 2: een menigte die niemand tellen kan (7:9-17) D Het zevende zegel: zeven engelen met bazuinen (8:1-6) Zeven bazuinen A De eerste zes bazuinen (8:7-9:21) B Intermezzo 1: Johannes moet opnieuw profeteren (10:1-11) C Intermezzo 2: de twee getuigen (11:1-14) D De zevende bazuin: het Koninkrijk is gekomen (11:15-19)
21 Het kosmische conflict (12:1-20:15) De vijanden voorgesteld E De vrouw en de draak (12:1-18) F Het beest uit de zee en het beest uit de aarde (13:1-18) G Intermezzo: het overwinningslied van de honderdvierenveertigduizend (14:1-5) H Het oordeel over Babylon aangekondigd (14:6-13) Twee soorten oogst (14:14-20) De zeven laatste plagen Introductie met het lied van Mozes en het Lam (15:1-8) De zeven laatste plagen (16:1-21) De vijanden verslagen H Het oordeel over Babylon (17:1-18:24) G Intermezzo 1: het overwinningslied van de grote menigte (19:1-5) G Intermezzo 2: de bruiloft van het Lam (19:6-10) F Het beest en de valse profeet verslagen (19:11-21) E De draak verslagen (20:1-10) Het laatste oordeel (20:11-15) Alles wordt nieuw (21:1-22:5) De nieuwe hemel en de nieuwe aarde (21:1-8) Het nieuwe Jeruzalem (21:9-27) Het nieuwe paradijs (22:1-5) Slotwoorden Nog even… (22:6-21)
DE OPENBARING VAN JOHANNES
25 Bericht van een banneling Het zat er al een tijd aan te komen, maar nu is het dan zover. De positie van ons, christenen, in Efeze en in de hele provincie Asia 1 is steeds meer verslechterd. We worden scheef aangekeken omdat we niet meedoen aan de verering van allerlei afgoden. Uit veel beroepen worden we geweerd, want bij de vergaderingen van de gildes horen ook offermaaltijden voor de eigen beschermgoden. Daar kunnen we niet aan meedoen. Onder keizer Domitianus heeft nu ook de keizercultus een hoge vlucht genomen, vooral in deze streken. Dat brengt ons in een nog veel moeilijker positie. Als de overheid van je vraagt een offer voor de keizer te brengen in de tempel die aan hem is gewijd en je weigert, dan kan dat je leven kosten. Domitianus wil aangesproken worden als Dominus et Deus , dat wil zeggen ‘heer en god’. a Dat is voor ons godslastering. Dat kunnen we niet doen. En dus komen we steeds meer onder vuur te liggen. Aan minachting en pesterijen waren we al wel gewend. Maar nu is daar vervolging door de overheid bijgekomen. Onze voorgangers worden gevangengezet. En nu hebben ze mij ook opgepakt en verbannen naar het eiland Patmos. b Het zijn moeilijke tijden en je zou bijna aan je roeping gaan twijfe - len. Maar Jezus Christus heeft mij niet in de steek gelaten. Op zondag, de dag dat wij zijn opstanding uit de dood gedenken, is Hij verschillende keren aan mij verschenen en heeft mij laten zien waar het met deze wereld naartoe gaat. Dat was heftig maar tegelijk bemoedigend. Zijn verschijning was ontzagwekkend c en de beelden van rampen en oordelen grepen mij aan. Maar ik leerde ook dat de regisseur van het aardse strijdtoneel in de hemel zit. Hij heeft overwonnen en zal het plan van God tot het einde toe uitvoeren. Soms denk je dat het helemaal de verkeerde kant op gaat. Dan geeft het uitzicht op de nieuwe wereld van vrede en recht die komen zal weer moed en hoop. Daarom heb ik alles wat ik gezien en gehoord heb zo goed mogelijk opgeschreven. In de hoop dat jij er ook troost uit zult putten als je het moeilijk hebt. Johannes a. Vergelijk Johannes 20:28 | b. Openbaring 1:9 | c. Openbaring 1:17
26 Opschrift Dit boek bevat de onthulling door Jezus Christus, waarin Hij aan degenen die Hem dienen laat zien wat er binnenkort gaat gebeuren. Hij heeft deze openbaring van God gekregen en door het sturen van zijn hemelse bood - schapper doorgegeven aan zijn dienstknecht Johannes. Die heeft op zijn beurt verslag gedaan van wat God gezegd heeft en waarvan Jezus Christus getuigd heeft. Alles wat hij gezien heeft, heeft hij opgeschreven. Gelukkig te prijzen is degene die dit aan de gemeente voorleest en zijn degenen die naar deze profetische woorden luisteren en zich er ook naar gedragen. Want het is bijna zover.
27 BRIEVEN VAN DE MENSENZOON 1 De zegen van God Van: Johannes Aan: De zeven gemeenten in de provincie Asia 1 Ik wens jullie genade en vrede toe van God, die er is, die er altijd al was en die ook weer komen zal om in te grijpen in onze wereld. En ook van de zeven Geesten die voor zijn troon staan, de volle werking van de Heilige Geest. In de tempel werd die gesymboliseerd door de zeven brandende lampen op de menora, a de kandelaar die vóór het allerheiligste stond. b Dus vóór de ‘troon’ van God, dat wil zeggen de ark. c Ik wens je ook de zegen toe van Jezus Christus. Hij is de betrouwbare getuige, de eerste 2 die uit de dood is opgestaan in het nieuwe leven. Hij regeert over de koningen van de aarde. Hij heeft ons lief en heeft ons van onze zonden schoongewassen door voor ons zijn bloed te geven en te ster - ven. Hij heeft ons gevormd tot koningen en tot priesters d voor God, zijn Vader. Aan Hem de heerlijkheid en de kracht tot in alle eeuwigheid. Amen. Let op, Hij komt terug, omgeven door wolken e als teken van zijn heerlijk- heid. f Iedereen zal Hem met eigen ogen zien, ook degenen die aan het kruis zijn handen en voeten doorboord hebben. g Dan zullen alle bevol - kingsgroepen op aarde omwille van Hem jammeren. Jazeker, zo is het. ‘Ik ben de A en de Z, de eerste en de laatste, Degene die alles omvat’, zegt de Here God, de Almachtige, die er is, die er altijd al was en die ook weer komen zal om in te grijpen in onze wereld. a. Exodus 25:31-40; 37:17-24 | b. Exodus 40:24v | c. 2 Samuël 6:2 | d. Exodus 19:6; vergelijk 1 Petrus 2:9 | e. Handelingen 1:9, 11 | f. Exodus 16:10; 24:16; 40:34v | g. Zacharia 12:10; Johannes 19:34, 37