Bekijk de tekstversie van dit leesfragment.
11 Hoofdstuk 1 Nog één nachtje Nog één nachtje slapen, dan is de juf jarig! ‘Ik heb zin in het feest’, zegt Tess. Ze maakt een koprol op het klimrek. Dan gaat ze naast Jess op het bankje zitten, onder de grote boom op het schoolplein. ‘Wat zou de juf krijgen? ’ vraagt Jess. ‘Ik weet het niet. ’ ‘De meester van groep 4 kiest vast iets leuks. Hij heeft haar verlanglijst. ’ ‘En de stoel van de juf is ook al mooi versierd’, zegt Jess. Koen maakt nu nog een tekening op het bord. De meester wacht tot Koen klaar is. ‘Daar komen ze al aan’, wijst Tess.
13 ‘Koen, is de tekening mooi? ’ vraagt ze. Koen kijkt verlegen. ‘Ik vind hem prachtig’, zegt de meester. ‘Koen heeft iets leuks bedacht. De juf zal er blij mee zijn. Tot morgen, kinderen. ’ ‘Dag meester’, zeggen Tess en Jess. Koen loopt met de meester mee. Tess en Jess gaan naar huis. ‘Tess! Jess!’ klinkt het opeens. ‘Dat is Daan!’ Tess rent naar Daan toe. Haar blonde krullen wapperen om haar hoofd. Haar bruine ogen lachen. Neef Daan is zo leuk. Hij is student. Als hij vrij is, komt hij vaak op school. Dan helpt hij in de klas.
14 Dat vinden de juf en de kinderen fijn. Daan staat bij het hek. Hij is op zijn zebra-fiets. ‘Ha meiden, ik heb een vraag. Wanneer is de juf jarig? ’ ‘Morgen’, zegt Tess. ‘Dat dacht ik al.
15 Ik wil haar wat geven. Wat zou ze graag willen hebben? ’ ‘Een hond’, zegt Jess. ‘Die staat boven aan het lijstje. ’ ‘Dat is een mooi cadeau’, zegt Daan. ‘Maar wel een beetje duur. Weten jullie nog wat anders? ’ ‘Nee’, zegt Tess. ‘De meester heeft haar verlanglijst. ’ ‘Dan verzin ik zelf wel iets’, lacht Daan. ‘De juf wil iets voor de klas’, weet Jess opeens weer. ‘Het maakt niet uit wat het is. Als het maar leuk is. ’ ‘Dan weet ik wat!’ zegt Daan. ‘Daar ga ik achteraan. ’