Chauncey W. Crandall, MD
Als doden opstaan – Een arts maakt het onmogelijke mee Uitgegeven door Arrowz [email protected] Auteur: Chauncey W. Crandall IV, MDVertaling: Tobya JongOmslagontwerp en typografie: Ronald Gabrielsen, 3ig.org ISBN 978 94 90489 89 2 (paperback)ISBN 978 94 90489 90 8 (e-boek)NUR 707 Copyright © 2010 Chauncey W. Crandall IV, MDOorspronkelijke titel: Raising the DeadOorspronkelijke uitgever: FaithWords, a division of Hachette Baker Group, Nashville, TennesseeCopyright Nederlandse vertaling © 2023 Arrowz Media, HaarlemUitgegeven met toestemming De Bijbelteksten in deze uitgave zonder nadere bronvermelding zijn ontle end aan de Herziene Statenvertaling, © 2010 Stichting Herziene Statenvertaling. De Bijbeltekst in deze uitgave met de vermelding NBV is ontleend aan De Nieuwe Bijbelvertaling, © 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap. De spelling van het tetragrammaton en het gebruik van eerbiedskapitalen is aangepast aan de huisstijl van de uitgever van dit werk. Cursivering van Bijbeltekst i s toegevoegd door de auteur. Ter wille van de leesbaarheid is afgezien van inclusief taalgebruik als ‘hij of zij’ en ‘zijn of haar’ en gekozen voor de voornaamwoorden ‘hij’ en ‘zijn’ als onzij dige termen. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoud igd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm o f op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier – met uitzondering van korte citaten in gedrukte recensies – zonder voorafg aande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No portion of this book may be reproduced, stored i n a retrieval system or transmitted in any form, electronically, mechanically, by means of photocopying, recording or otherwise – with the exception of brief quotation in printed revie ws – without the prior written permission of the publisher.
Voor mijn vrouw, Deborah, mijn zoons Christian en Chad en voor mijn ‘indianen’: de patiënten die de Heer aan mijn zorg heeft toevertrouwd. Tot zijn eer en heerlijkheid.
Inleiding – Soms begint het in het midden .................... 9 1. ‘Geef hem nog één schok’ – als doden opstaan .......... 13 2. De onuitgesproken vraag .............................................................. 19 3. Het leven en de dood ........................................................................ 27 4. Een wondermiddel of wonderen? .......................................... 35 5. ‘Ik heb alles nodig wat Jezus me kan geven’ ................ 47 6. Het volmaakte stel? ........................................................................ .... 65 7. Waarom Chad? ........................................................................ ............... 91 8. De strijd ........................................................................ ............................. 109 9. Een donkere wolk en een bliksemschicht .................... 129 10. Naar huis ........................................................................ .......................... 141 11. De hemel gaat open ........................................................................ . 149 12. Het beste van de medische wereld en het beste van Jezus .................................................................. 167 13. Eeuwige redding: de ultieme genezing ........................... 179 14. Als doden opstaan: de rest van het verhaal ............... 195 15. Het verhaal raakt wereldwijd bekend .............................. 203 Noten ........................................................................ ................................... 209 Dankwoord ........................................................................ ..................... 211 Over de auteur ........................................................................ ............. 213 Inhoud
Soms begint het in het midden Dit is het verhaal van een arts, een sceptische wetenschapper, die ging geloven in bovennatuurlijke genezing. Het is het verhaal van een aan Yale opgeleide medicus, een cardioloog, die Gods hart leerde kennen. Een arts die ontdekte hoe het kloppen van Gods vaderhart leven en kracht geeft, zelfs onder de moeilijkste omstandigheden. Het is mijn verhaal. Maar het is veel meer dan alleen mijn verhaal. De wonderen die voor mijn ogen en onder mijn handen hebben plaatsgevonden, zijn niet alleen het bewijs van Gods genezende macht. Ze zijn ook het bewijs van zijn voornemen om, door Jezus Christus, uiteindelijk ieder mens te redden en te genezen. God is bezig alle dingen nieuw te maken. Dat is zijn ultieme belofte. Zelfs de dood kan Gods macht niet verslaan. Dat heb ik met eigen ogen gezien. Ik ben getuige geweest van meer dan één op - standing uit de dood. Dat waren ontzagwekkende wonderen, die vooruitwijzen naar het grootste wonder van allemaal: de opstanding van elke gelovige en het eeuwige leven dat daarop volgt. Elk verhaal heeft een begin, een middenstuk en een einde, maar ze worden niet per se in die volgorde verteld. Veel verhalen beginnen in het midden, zoals ook dit verhaal. Het begint met een man die uit de dood werd opgewekt, een wonder waarin ik een belangrijke rol mocht spelen. God gebruikte INLEIDING
10 ALS DODEN OPSTAAN deze ontzagwekkende gebeurtenis om deuren te openen en zo begon een nieuwe bediening. Mijn verhaal kreeg bekendheid op een manier die ik nooit had voorzien. Als mensen mijn naam horen, is dat opstandingswonder vaak het eerste waar ze aan denken. Toch kun je mijn rol in het wonder pas begrijpen als je weet wat eraan voorafging. God heeft me inmiddels geleerd om met Hem samen te werken in zijn bediening van genezing. Maar voordat het zover was, moest ik ontdekken hoe rauw en levensecht geestelijke strijd is. De belangrijkste lessen leerde ik toen ik wanhopig zocht naar genezing voor mijn eigen zoon, die aan leukemie leed. De moeilijke, hartverscheurende lessen die ik leerde door de ziekte van mijn zoon gaven me geestelijk inzicht. Ik leerde de machten van het kwaad herkennen en er samen met Christus tegen te strijden. Al jaren geloofde ik in God, lang voordat mijn zoon ziek werd. Ik had alleen nooit écht beseft dat dit leven een geestelijke strijd is, of erover nagedacht hoe ik die strijd moest strijden. Door de ziekte van mijn zoon leerde ik om ‘de wapenrusting van God aan te trekken’: om gebruik te maken van de geestelijke wapens en principes die God ons geeft. Toen ik me eenmaal aan de frontlinie bevond, vocht ik zo hard en zo snel als ik maar kon. Ik strekte me uit naar elke gave die God voor ons heeft. Ik veranderde van een gemid - delde gelovige in een radicale christen. Maar ik werd geen sombere, humorloze fanaticus: het doen van Gods werk gaf me juist heel veel vreugde. Dwars door het afschuwelijkste verlies heen dat een ouder kan lijden, besloot ik Christus trouw te blijven. Vanaf dat moment begon God me op een nieuwe manier te gebruiken. Ik mocht mensen verzekeren van zijn redding door een dubbele bediening. Voortaan bood ik mensen niet alleen het beste uit de medische wereld aan, maar ook het beste van Christus.
SOMS BEGINT HET IN HET MIDDEN 11 Sommige christenen die dit lezen, zijn misschien geneigd mijn verhaal weg te zetten als ‘charismatisch’ of ‘afkomstig uit de pinksterbeweging’. Niet-christenen vragen zich wellicht af of ik echt ben wie ik zeg dat ik ben. Ik nodig iedereen uit om mijn kwalificaties na te trekken. Evangelische en andere christenen wil ik een vraag stellen. Denk je niet dat de héle kerk ‘charismatisch’ hoort te zijn? Daarmee bedoel ik dat elke christen moet worden gevoed en gesterkt door Gods genadegaven, zijn charismata . Daarnaast moet ook elke kerk een ‘pinkstergemeente’ zijn: geboren uit de kracht van de Heilige Geest, die voor het eerst werd uitgestort met Pinksteren. Ik kan niet ontkennen dat ik door deze twee stromingen beïnvloed ben en dat wil ik ook helemaal niet. Elke christelijke stroming heeft haar eigen taalgebruik, dus iets daarvan zie je terug in dit boek – maar ik heb geprobeerd het christelijke jargon tot een minimum te beperken. Geef mijn verhaal een eerlijke kans. Dan zul je ontdekken dat het overeenkomt met het onderwijs en het werk van Jezus: met zijn goede nieuws. Er zijn veel ‘pinkster’-boeken die maar weinig aandacht besteden aan het kruis. In mijn verhaal staat het centraal. Laat dat wat ik heb meegemaakt – mijn ooggetuigenver - slag – voor zichzelf spreken. Stel je oordeel uit totdat je het hele verhaal gehoord hebt. Ik had het onmogelijk zelf kunnen verzinnen.
Waarom is het toch zo moeilijk te geloven dat God mensen uit de dood opwekt? – Handelingen 26:8 (NBV)
HOOFDSTUK 1 ‘Geef hem nog één schok’ – als doden opstaan Op 20 oktober 2006 liep een zwaargebouwde, roodharige man de spoedeisende hulp van Palm Beach Gardens Hospital binnen en meldde zich bij de receptie. Jeff Markin was 53 jaar oud en had eerder die ochtend last gehad van zijn maag en van paniekaanvallen. Hij had de garage waar hij werkte gebeld om te zeggen dat hij vandaag wat later kwam en was op weg gegaan naar het ziekenhuis. Onderweg kreeg hij pijn op zijn borst en werd hij kortademig. Groot en sterk als hij was, kwam hij op het ziekenhuispersoneel haast agressief over, met in zijn ogen een heldere en alerte blik. Maar terwijl hij de verpleegster vertelde hoe hij heette en zijn symptomen beschreef, veranderde dat. Ineens zag Jeff eruit alsof er een enorm gewicht op hem neerdaalde en hij werd duidelijk door angst bevangen. Zijn ogen werden groot en met halfopen mond begon hij sneller te ademen. Het lukte hem nog net om zijn portemonnee met zijn verzekeringskaart te pakken. Toen zakte hij in elkaar. Met een klap raakte zijn hoofd de vloer. De vrouwelijke beveiliger haastte zich naar hem toe. Ze nam zijn hoofd in haar handen en smeekte God zijn leven te sparen. De verpleegkundige achter de balie deed een noodoproep, waarop het reanima - tieteam kwam aanrennen. Ik was op dat moment aan het werk op de operatieafdeling, waar een serie patiënten al was klaargemaakt voor een ingreep.
14 ALS DODEN OPSTAAN Enkelen moesten gedotterd of gekatheteriseerd worden en bij anderen moest een stent, een ballonpomp of een pacemaker worden geplaatst. Allemaal hadden ze familieleden die vol spanning op de uitslag en de prognose wachtten. Dus toen ik over de intercom de term ‘Code blauw’ hoorde, gevolgd door mijn naam en het dringende verzoek om me onmiddellijk te melden op de spoedeisende hulp, stond ik niet te springen. Als cardioloog met de meeste dienstjaren moet ik controleren of de eerstehulparts en zijn team al het mogelijke voor een patiënt gedaan hebben, en of hun diagnose juist is. Toen ik jonger was, trok ik een sprintje bij zo’n noodgeval. Inmiddels ben ik wat ouder, heb ik meer vertrouwen in mijn collega’s en loop ik er in een normaal tempo naartoe. Eerlijk gezegd hoopte ik zelfs dat het probleem al opgelost was tegen de tijd dat ik op de spoedeisende hulp aankwam. De kamer waar Jeff door het reanimatieteam behandeld werd, leek wel een slagveld. De dienstdoend arts had al het beschikbare personeel opgetrommeld. Er was bloed afgenomen om het te onderzoeken op troponine, hoewel het elektro - cardiogram al duidelijk uitwees dat de patiënt getroffen was door een zware hartaanval. De verpleegkundigen hadden twee infusen aangesloten om hem te voorzien van de gebruikelijke medicijnen: acetylsalicylaat (aspirine), heparine, een bèta - blokker en bloedverdunners om bloedstolsels op te lossen. Ze hadden geprobeerd Jeff wat extra zuurstof te geven met behulp van een zuurstofmasker. Toen dat niet werkte, was hij geïntubeerd en op de beademing aangesloten. Via zijn neus was een sonde aangebracht om zijn maag te legen. De eer - stehulparts had opdracht gegeven om de patiënt atropine en epinefrine toe te dienen om het hart te helpen samentrekken. Jeffs hartaanval was begonnen met ventrikelfibrilleren – het razendsnel en onregelmatig samentrekken van de hartspier – maar ging al snel over in een hartstilstand. Op de monitor was alleen nog een vlakke lijn zichtbaar.
‘GEEF HEM NOG ÉÉN SCHOK’ – ALS DODEN OPSTAAN 15 De elektroden die op de borst van de patiënt waren aange - bracht werden vrijgemaakt, zodat hij met de defibrillator kon worden behandeld. Je weet wel, die peddels die je vaak op tv ziet. ‘Los!’ Bam . De schok was zo hevig dat Jeffs lichaam een stukje omhoogkwam. Tegen de tijd dat ik arriveerde, had het team de patiënt al zes schokken toegediend. Ik keek toe terwijl hij de zevende kreeg. De artsen en verpleegkundigen waren inmiddels al bijna veertig minuten met de patiënt bezig. Ik zag dat zijn lippen, zijn vingers en tenen blauwzwart begonnen te kleuren, een teken van ernstig zuurstofgebrek. Als deze verkleuring optreedt, is er weinig hoop meer. Zijn armen bungelden langs de behandeltafel omlaag, zijn pupillen waren verwijd en star. Hij was al te lang buiten bewustzijn. De eerstehulparts vroeg naar mijn oordeel en ik bevestigde wat iedereen in de behandelruimte al wist. Vanaf het moment dat ik de kamer binnenkwam, had ik ge- hoopt dat de heldhaftige strijd van mijn collega’s het leven van de man zou redden. De tragische conclusie was echter onvermijde- lijk. Alle stappen van het protocol waren gevolgd en we konden niets anders doen dan de patiënt doodverklaren. Het tijdstip van overlijden werd vastgesteld op vijf over acht ’s morgens. Nadat de behandeling was beëindigd, verlieten de artsen en verpleegkundigen vrijwel meteen de kamer. Niemand vindt het prettig om op deze manier met de dood te worden geconfronteerd; de aanblik en de geur ervan zijn afschuwelijk. Ik moest nog een laatste verklaring schrijven, wat ik deed aan een klein tafeltje in de hoek van de kamer. Er bleef één verpleegkundige achter om het lichaam toonbaar te maken, zodat zijn familie het kon zien voordat hij naar het mortuarium werd overgebracht. Ze haalde de slangetjes uit zijn keel en de infusen uit zijn armen, en begon toen de gele jodiumvlekken en de bloedsporen weg te wassen. Ik rondde mijn verslag af en liep naar de deur, om terug te gaan naar mijn patiënten. Maar voordat ik de drempel
16 ALS DODEN OPSTAAN over was, ervoer ik dat God tegen me zei dat ik me moest omdraaien en voor de man moest bidden. Ik vond het een absurd idee. Een bizarre gedachte, veroorzaakt door stress of misschien zelfs afkomstig van een boze macht. Toen hoorde ik Gods stem opnieuw, duidelijker deze keer. Maar wat moest ik dan bidden? En met welk doel? Ik kende deze man niet. Om eerlijk te zijn schaamde ik me voor de plotselinge drang om voor hem te bidden. Ik had echter al vaker aansporingen van God gehad en ik wist uit ervaring dat het negeren daarvan geen vrede bracht. Ik stond naast het lichaam en hoewel de woorden die ik sprak uit mijn mond kwamen, bedacht ik ze niet zelf. Het was alsof God me gebruikte als intercom, om zijn ‘goddelijke code’ om te roepen. ‘Vader God,’ mompelde ik, ‘ik bid voor de ziel van deze man. Als hij U niet kent als zijn Heer en Redder, vraag ik U hem op dit moment uit de dood op te wekken, in de naam van Jezus.’ De verpleegster keek me aan alsof ik gek geworden was. Toen gebeurde er iets wat écht gek was. Mijn rechterarm schoot uit zichzelf omhoog in een gebaar van lofprijs en aan - bidding. Ik voelde eigenlijk niets, maar toch wist ik dat God op een bijzondere manier in deze situatie kwam. Op dat moment liep de eerstehulparts de kamer weer binnen. Ik wees naar de patiënt en zei: ‘Geef deze man nog één schok.’ ‘Dokter Crandall,’ zei hij op ongelovige toon, ‘ik kan die patiënt niet nog een schok geven. Ik heb hem al zeven schokken toegediend. Hij is dood.’ ‘Alsjeblieft, doe het voor mij’, zei ik. ‘Geef hem nog één laatste schok.’ Hij keek me verbijsterd aan, alsof hij zich afvroeg of hij er een psychiater bij moest halen. Maar om de een of andere reden besloot hij mij mijn zin te geven en deed hij wat ik vroeg.
Dankwoord Ik wil iedereen bedanken die mij steunde terwijl ik uit alle macht zocht naar alles wat Jezus mij geeft. Veel van de gaven die ik van de Heer ontving, gaf Hij mij door jullie heen. Ik wil niet voorbijgaan aan de mannen en vrouwen Gods die mij onderwezen en met me hebben gebeden. Mijn dank gaat uit naar David Hogan, Joel Stockstill, Charles en Frances Hunter, Reinhard Bonnke, Andrew McMillan, Greg Rider, Tom Mullins en alle anderen die met Deborah en mij gebeden hebben. Jullie gebeden zijn beantwoord, want Christus is Gods ja! ‘In Hem worden alle beloften van God ingelost’ (2 Kor. 1:20 NBV) . Dit boek had ik nooit kunnen schrijven zonder de hulp van een aantal zeer getalenteerde vakmensen. Ik ben dank ver - schuldigd aan de staf van FaithWords en in het bijzonder aan mijn redacteur, Joey Paul. Joey nam de tijd om mij persoonlijk te leren kennen en hielp mij om me te ontwikkelen tot een effectieve schrijver en spreker. Holly Halverson begeleidde het redactieproces en heeft er alles aan gedaan om de impact van dit boek te vergroten. Ze heeft zich ervan verzekerd dat het elke toets kan doorstaan. Mijn assistenten, Jeremy McKeen en Peter Mariades, hebben een zeer waardevolle bijdrage aan dit project geleverd. Zonder het werk van deze twee geweldige mannen was het onmoge - lijk geweest om mijn praktijk draaiende te houden, door het hele land te spreken en ook nog eens een boek te schrijven. Ik ben onnoemelijk veel dank verschuldigd aan mijn literair agent, Sealy Yates. Hij zag het potentieel van mijn verhaal en hielp me door een heel moeilijke fase in het project heen. Bedankt dat je me op het juiste spoor zette, Sealy.
Tot slot wil ik Harold Fickett bedanken, mijn ‘boekendokter’, die zich over het kloppende hart van het verhaal ontfermd heeft.
Over de auteur Dr. Chauncey W. Crandall IV is hoofd van Preventive Medicine and Complex Cardiology in het Mount Sinai Heart New York- Palm Beach in Palm Beach, Florida, en assistant-professor in de geneeskunde in Mount Sinai Heart in New York. Ook is hij werkzaam in drie andere gezondheidscentra. Hij heeft door heel Amerika lezingen gegeven over onderwerpen als harttransplantatie, preventieve cardiologie, genezing en cardiologische gezondheidszorg voor ouderen. Chauncey Crandall is auteur van verschillende boeken over geloof, geneeskunde en hartaandoeningen, waaronder: Touching Heaven, The Simple Heart Cure en Fix It: Dr. Crandall's 90-Day Program to Stop and Reverse Heart Disease . Met de wijze waarop hij geloof en geneeskunde voor zijn patiënten samenbrengt, is hij een inspiratiebron voor velen. Hij spreekt regelmatig voor professionals in de gezondheidszorg en werkte samen met het sprekersteam van de recent overleden internationale evangelist Reinhard Bonnke. chaunceycrandall.com chadwickfoundation.com