H hoopt oude fouten te kunnen goedmaken. Z hoopt vooral de dag door te komen. Kunnen ze samen een nieuwe start maken? IRENE HANNON Ankerplaats ISBN 9789029729826 NUR 302 9789029729826 Lexie Graham voedt in haar eentje haar zoon op en werkt als politieagente in het idyl ische dorpje Hope Harbor. Elke seconde van haar dag is gevuld. En dan kr gt ze ook nog te maken met een plotselinge golf van diefstal en vandalisme. Wat is er aan de hand? Adam Stone probeert als ex-crimineel een eerl k bestaan op te bouwen. Lexie schakelt z n hulp in om een tienerjongen van het verkeerde pad af te houden. T dens hun samenwerking vliegen de vonken over en weer. Maar Lexie heef helemaal geen t d voor de liefde… toch? Wie had gedacht dat uitgerekend deze twee mensen als een blok voor elkaar zouden val en? En toch gebeurt het, want in Hope Harbor komen uitersten b elkaar en is al es mogel k. Irene Hannon schreef eerder de Hope Harbor-romans Cranberryzomer en Zeerozen . Ze bedacht dit f ctieve dorpje op een reis langs de kust van Oregon. Ze hoopt dat haar lezers genieten van hun bezoek aan dit heerl ke plaatsje, vol romantische en hartverwarmende verhalen. EEN HOPE HARBORROMAN ‘Een heerlijk romantisch verhaal dat niet aan de oppervlakte blijf . ’ -Nederlands Dagblad over Zeerozen IRENE HANNON Ankerplaats Omslag Ankerplaats 140x215mm f POD Variant. indd Alle pagina'sOmslag Ankerplaats 140x215mm f POD Variant. indd Alle pagina's 28-04-20 15:5728-04-20 15:57
Irene Hannon Ankerplaats Vertaald door Lia van Aken KokBoekencentrum Uitgevers – Utrecht
Voor mij n nichtje Maureen Hannon, nu ze overgaat uit groep 8. Vanaf de dag dat ik je voor het eerst in mij n armen hield, heb je mij n hart veroverd – en sindsdien heb je mij n leven gezegend met je zonnige glimlach, je warme knuff els, en je aanstekelij ke levenslust. Mogen je middelbare schooljaren vol zij n van heerlij ke verrassingen, nieuwe vrienden en vriendinnen, en spannende kansen. Spreid je vleugels en vlieg uit!
7 1 Niet weer! Adam Stone gooide het portier van zij n gammele Kia dicht, slaakte een zucht en bekeek de schade. De eenvoudige blokhut waarin hij woonde, leek deze keer onberoerd. Maar er was enig serieus schuurwerk nodig om de scheldwoorden te verwij deren die met verf op het kleine bij ge- bouw waren gespoten dat hij als timmerwerkplaats gebruikte. Dit keer hadden de vandalen tenminste geen ramen ingegooid. Maar waar was Clyde? Hij versnelde zij n pas over het grindpad en speurde de om- ringende bossen af die hier en daar een doorkij kje boden op het ongerepte strand van Oregon, honderd meter verder, en op de zee, die ruw was in april. ‘Clyde!’ Geen reactie. ‘Clyde! Kom tevoorschij n, jongen. De kust is veilig. ’ Stilte, behalve de kenmerkende trill er van de strandloper waar deze afgelegen inham zij n naam aan ontleende. Hij klemde zij n kaken op elkaar. Beschadiging van zij n bezit, daar kon hij mee leven. Maar als dat tuig iets had gedaan met… Een zacht gejammer kwam uit de richting van de werkplaats en de klapdeur die hij in elkaar had gefl anst voor de geadopteerde zwerver bewoog licht. Adam veranderde van richting en haalde de sleutels van het
8 schuurtje tevoorschij n terwij l hij een sprintje trok. ‘Ik ben er, jongen. Hou vol. ’ Zij n vingers trilden en hij had moeite om de sleutel in het slot te steken. Met zij n tanden op elkaar probeerde hij het nog een keer. Het was dwaas om ongerust te zij n over een domme straathond die niet slim genoeg was geweest om een auto te ontwij ken. Gene- genheid voor iets of iemand was vragen om verdriet. En daar had hij zij n portie wel van gehad. Maar weglopen van een gewond, weerloos schepsel was geen optie geweest op die mistige dag dat hij het gewonde hondje dat amper nog leefde had gevonden naast Highway 101. Het slot klikte en hij duwde de deur open. Clydes zwarte neus werd zichtbaar in de hoek van de werk- plaats waar hij zich achter stukk en hout had gewurmd. Hij jankte weer, zij n grote, bruine hondenogen vol angst. Adam liet zij n adem ontsnappen, sissend, als koolzuurgas uit een blikje frisdrank. Clyde was bang, maar hij mankeerde niets. Adam hurkte neer, stak zij n hand uit en zei met een vriende- lij ke stem: ‘Je bent veilig, jongen. Kom er maar uit. ’ Clyde verroerde zich niet. Geen probleem. Adam ging in kleermakerszit op de ruwe vloerplanken zitt en en wachtt e. Het kon een averechtse uitwerking hebben om een schepsel tot vertrouwen te dwingen als het er niet klaar voor was – hoe goedbedoeld de toenadering ook was. Het kleine witt e lit- teken op zij n rechterhand van de avond dat Clyde een vriendelij k uitgestoken hand voor een dreiging had aangezien, was daar het bewij s van. Maar tegenwoordig had het sjofele mormel niet veel tij d nodig om uit een verstopplaats tevoorschij n te komen. Nog geen vij ft ien seconden later kroop Clyde tevoorschij n en
9 kwam hinkend op zij n zere poot naar hem toe. Adem had moeite om de trill ende massa gevlekt bont niet troostend tegen zich aan te trekk en. Maar hij bleef roerloos zitt en tot Clyde rondsnuff elde, een nat- te neus in zij n handpalm stak en op zij n schoot klom. Met al zij n tweeëntwintig kilo. Pas toen aaide Adam de hond. ‘Niemand zal je kwaad doen, jongen. All es is in orde. ’ De laat- ste woorden haperden terwij l hij de hond aaide. ‘Ik ben hier en ik ga niet weg voordat ik morgenochtend naar mij n werk moet. De rest van de zondag zull en we samen zij n. Misschien gril ik voor jou ook wel een hamburger in plaats van dat hondenvoer dat de dierenarts heeft aanbevolen. Lij kt je dat lekk er, een beetje comfortfood? ’ Natuurlij k had de stomme hond geen idee wat hij zei, maar zij n sussende toon leek de hond te kalmeren. Het trill en werd minder en het dier keek hem vol liefde aan. Adams hart werd gevuld met een plotselinge golf van warmte, die hij snel onderdrukte. Wat sneu, om geroerd te zij n door de genegenheid van een hond. Bovendien was het all emaal een ill usie. Een hond voelde geen emotie. Zonder het oogcontact te verbreken gaf Clyde zij n vingers een snell e, droge lik. Alsof hij wilde zeggen: Jawel, hoor. En ik vind jou geweldig. Met een brok in zij n keel aaide Adam Clyde over de rug, zij n vingertoppen voelden iedere rand van litt ekenweefsel dat daar al- lang zat voordat hun paden elkaar zestien maanden geleden had- den gekruist, toen ze all ebei dringend een vriend nodig hadden. Oké. Best. Misschien zocht hij te veel achter de reactie van de hond. Misschien was hij te sentimenteel.
10 Maar vandaag stond hij zichzelf toe te geloven dat de mishan- delde hond inderdaad diepere gevoelens had. Want hij had in de anderhalf jaar dat hij er woonde een paar vrienden gemaakt in Hope Harbor, maar als puntje bij paaltje kwam was Clyde de enige die in Sandpiper Cove op hem zat te wachten. En zonder het gezelschap van de hond die een stuk van zij n hart had opgeëist, zou zij n leven nog eenzamer zij n. *** ‘Fij ne maandag, Lexie. Hoe is het begin van je week? ’ Politiechef Lexie Graham van Hope Harbor leunde met haar schouder tegen de zij kant van Charleys tacowagen en dacht na over zij n vraag terwij l ze haar blik over de schilderachtige kade liet glij den. Bloembakk en boordevol kleurige bloemen dienden als buff er tussen de wandelpromenade en de glooiende stapel rotsblokk en die naar het water leidde. De pitt oreske winkeltjes met hun felge- kleurde luifels en fl eurige bloembakk en in de brede straat aan de overkant van de jachthaven keken uit op zee. In een parkje achter Charleys truck, waar de lange, half gebogen parall elweg doodliep bij een rivier, stond een wit prieel. All es was vredig en voorspelbaar… zoals gewoonlij k. Precies zoals ze het graag had. ‘Tot nu toe goed. All es is rustig. ’ ‘Schij n bedriegt soms. Bestel je voor één persoon vandaag? ’ ‘Ja. ’ Ze bestudeerde de taco-kunstenaar, die in all e jaren dat ze hem kende geen greintje was veranderd. Hij had nog steeds dezelfde verweerde huid in de kleur van koffi e verkeerd. Hetzelf- de lange, grij ze haar in een paardenstaart. Dezelfde vriendelij ke, verstandige ogen.
11 Het was een troost om één onveranderlij k element te hebben in een wereld vol verrassingen. Ze kon altij d rekenen op de stads- fi losoof voor goede raad en een oppepper. Maar zij n opmerking over schij n die bedriegt verstoorde dat warme en knusse gevoel. Turend liet ze haar blik opnieuw over Dockside Drive glij den. Voor zover zij kon zien, was er niets mis in het stadje. Noch leek er op het water een probleem dat aandacht behoefde. De lange pier aan de linkerkant en de rotsachtige eilanden rechts die de tur- bulente golven temden en de boten in de jachthaven bescherm- den, waren net zo onveranderlij k als de brandingspilaren op het strand buiten het stadje. All es leek normaal. Misschien was Charleys opmerking gewoon een van die fi loso- fi sche observaties waar hij nu en dan graag mee strooide. Wat hem zij n opmerking ook had ingegeven, ze was niet van plan er lang bij stil te staan. ‘ Wat voor taco’s maak je? ’ ‘ Vandaag hebben we kabeljauw. ’ Hij haalde een handvol ge- hakte rode uien uit een koeler en gooide ze op de bakplaat. Het smakelij ke aroma deed haar maag rammelen. ‘Aangevuld met de geheime limoen-korianderroomsaus van mij n grootmoeder. ’ ‘Klinkt heerlij k, zoals altij d. ’ ‘Wij maken het u naar uw zin. ’ Hij draaide de vis om op de gril en strooide kruiden over de ingrediënten op het rooster. ‘En? Heb je nog aanwij zingen gevonden bij Adams huis? ’ Ze knipperde met haar ogen om die onlogische gevolgtrek- king. ‘ Waar heb je het over? ’ ‘Het vandalisme bij Adam Stone thuis gisteren. ’ Hij roerde de uien. ‘Heeft hij geen aangift e gedaan? ’ ‘Niet dat ik weet. ’ En ze zou het weten als hij het had gedaan. Elke aangift e kwam op haar bureau terecht.
12 ‘Dat verbaast me, want het was al de tweede keer. ’ Waren er twee voorvall en van vandalisme binnen de gemeen- tegrenzen geweest waarvan geen melding was gedaan? ‘Tja, ik kan geen misdaden oplossen als de mensen ze niet mel- den. ’ Haar toon was scherp van irritatie. ‘Gezien zij n geschiedenis blij ft hij misschien liever bij de po- litie uit de buurt. Je kent Adam toch wel? ’ Ze riep een beeld op van de man die ze all een van een afstand had gezien. Ongeveer één meter achtentachtig, mager, gespierd, lang donker haar dat werd bij eengehouden door een zwarte bandana, stoere stoppelbaard, gewoonlij k uitgedost in spij ker- broek en een versleten zwart leren jack. Het zou haar niet verba- zen als hij ook een paar tatt oos had. Met andere woorden, een man die zich thuis zou voelen in een motorbende en bij wie de robuuste naam waarbij iedereen in de stad, behalve Charley, hem noemde, goed paste. Stone. ‘Ik weet wie het is. ’ Als een ex-gevangene naar het stadje kwam, deed de politiechef haar huiswerk. ‘Maar we hebben elkaar nooit gesproken. ’ ‘O, nee? ’ Charley legde drie mais-tortill a’s op het werkblad naast hem. ‘Hij gaat regelmatig naar Grace Christian. Ik nam aan dat jull ie paden elkaar gekruist hadden. ’ Dat had gekund, als ze nog naar de kerk ging. Geen onderwerp dat ze geneigd was te bespreken bij vistaco’s op de openbare weg. Maar interessant dat die man de diensten bezocht. Ze zou hem niet hebben aangezien voor een kerkganger. ‘Nee. Ik werk vaak op zondagochtend. ’ All e zondagochtenden eigenlij k. Met opzet. ‘Nou, ik hoop dat je vat krij gt op dat vandalisme voordat het uit de hand loopt tot iets veel ergers dan gespoten graffi ti, een
13 paar gebroken ruiten en uitgegraven bloemen. ’ Hij wees naar de bloembakk en langs de waterkant en begon de taco’s samen te stell en. ‘Rose en de leden van haar tuinclub zij n na het laatste voorval uren bezig geweest te redden wat ze konden. En aardig wat van de bloembakk en zij n beschadigd. Ze hangen met touw- tjes aan elkaar. ’ ‘ We werken zo hard als we kunnen aan de zaak, maar de dader kiest momenten uit dat er niemand in de buurt is. Met ons kleine korps kunnen we niet vierentwintig uur per dag overal zij n. ’ ‘Ik hoor wat je zegt. ’ Hij verpakte de taco’s in wit papier, stopte ze in een bruine zak en legde die voor haar op de toonbank. ‘Maar het is een schande van Adams huis. Hij heeft al te veel tegenval- lers gehad. ’ ‘Ik kan niet veel doen als hij niet de moeite neemt om het te melden. ’ Ze haalde geld tevoorschij n. ‘Maar er kan een aanwij zing zij n. ’ Charley telde het wisselgeld uit en schoof het naar haar toe. En misschien moet je dat eens controleren. Charley hoefde het niet voor haar uit te spell en om de bood- schap over te brengen. De man drong nooit aan, maar hij kon mensen op een vriendelij ke manier in de richting duwen die hij vond dat ze moesten gaan. Lexie zuchtt e en stopte de munten in haar zak. ‘Ik kan er wel- eens langs rij den. ’ ‘Kan geen kwaad. Maar hij is pas later thuis. ’ Juist. Hij was met de rest van BJ’s bouwploeg bezig met de bouw van Tracy en Michaels huis bij Harbor Point Cranberries. Gezien het roddelcircuit in het kleine stadje was het misschien geen goed plan om onverwacht op de bouwplaats te verschij nen om met hem te praten. Wie weet wat de mensen zouden denken als de po- litie hem opspoorde? En een man die zij n schuld aan de gemeen-
14 schap had afb etaald hoefde niet nog meer problemen te krij gen. ‘Ik kan er na het werk langsgaan, op weg naar huis. ’ Niet dat de kans groot was dat ze een dag na het voorval nog een aanwij zing zou vinden. ‘Hoe weet je trouwens wat daar gebeurd is? ’ ‘Adam kwam gisterenmiddag langs om taco’s. Ik denk dat een zondagmiddagbezoek aan mij n nederige truck zij n wekelij kse uitspatt ing is. ’ Een portie taco’s van Charley was een uitspatt ing? De man hield kennelij k niet veel over van het geld dat hij ver- diende met zij n werk voor BJ. Maar ja, als je weer van onderaf aan moest beginnen na vij f jaar in de gevangenis, dan kon het wel even duren voordat je weer bij was. ‘Bedankt voor de lunch. ’ Lexie pakte de zak op, het water liep haar in de mond toen de heerlij ke geur in haar neus drong. ‘Eet ze. ’ Charley grij nsde, stak zij n duimen op en begroett e de volgende klant in de rij . Met de zak in haar hand keek Lexie naar de verleidelij ke bank- jes langs de bochtige kade, maar er lag een berg papierwerk op haar bureau te wachten en ze had het al te lang voor zich uitge- schoven. Ze zett e de pas erin. Misschien konden Matt en zij vanavond na het eten een poosje naar de boten kij ken. Daar genoot hij altij d van en het zou een prett ig einde zij n van de dag. Vooral als haar offi ciële bezoek aan de politieschuwe Adam Stone niet al te vriendelij k zou verlopen. *** Er kwam iets over de weg naar zij n blokhut toe. Toen het knerpen van de wielen weerkaatste in de still e inham stopte Adam met schuren.
15 Hij kreeg nooit bezoek. Helemaal nooit. Niemand werd uitgenodigd, niemand kwam… behalve de van- daal – of de vandalen. Maar aangezien deze bezoeker geen moeite deed om still etjes aan te komen, was het waarschij nlij k geen nieuwe aanval. Clyde kroop dichter naar hem toe en jankte ongerust. ‘ Wees maar niet bang, jongen. ’ Hij bukte en gaf de hond een geruststell end klopje. ‘Misschien is het gewoon iemand die ver- keerd is gereden. ’ Hoopte hij . Een onbekende Civic kwam dertig meter van de blokhut het bos uit. De auto deed geen alarmbell en rinkelen, maar de geüni- formeerde gestalte die zichtbaar was door het open raampje aan de passagierskant wel. Zij n hart sloeg een slag over. Waarom kreeg hij bezoek van de politie? Alsof hij zij n plotselinge onrust voelde, wreef Clyde tegen de pij p van zij n spij kerbroek en jankte nog een keer zachtjes. Hij bukte om de hond weer te aaien, en keek behoedzaam naar de vrouw die achter het stuur vandaan kwam. Hoewel ze nooit een woord hadden gewisseld, wist hij wie Lexie Graham was. Iedereen in het stadje wist dat. Ze was niet all een de politiechef, maar haar opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken in een of ander verafgelegen oord verleende haar een intrigerende geheimzinnigheid. En ze was zo knap als een fi lmster. Tot nu toe had hij haar echter all een van een afstand gezien. Een zo groot mogelij ke afstand. Hij had geen reden om verwikk eld te raken in een ruzie met een vrouw die zelfs van veraf zo intimiderend was… en die veel macht bezat.
16 Maar van dichtbij was ze nog veel intimiderender – op een an- dere manier. Toen ze dichterbij kwam, probeerde hij niet te veel aandacht te besteden aan het glanzende zwarte haar dat naar achteren ge- trokk en was in haar nek. Of aan de weelderige lippen en foto- modelachtige jukbeenderen. Of op de lange, slanke gestalte met rondingen op all e juiste plaatsen. Maar het was moeilij k om al die att ributen te negeren. Hij mocht dan een ex-gedetineerde zij n met een bedenkelij ke achtergrond die geen hoop had ooit een fatsoenlij ke vrouw be- reid te vinden zij n leven te delen, hij was ook een man. En geen man die nog ademhaalde, zou immuun zij n voor de duidelij k zichtbare charmes van de politiechef. Toen ze twee meter van hem af bleef staan en haar zonnebril afzett e, verdween de lucht uit zij n longen. Haar ogen waren zo blauw als de kobaltblauwe zee op een zon- nige dag in Sandpiper Cove en omzoomd door prachtige donkere wimpers, die thuishoorden in een mascara-advertentie. ‘Meneer Stone, ik ben Lexie Graham. Ik geloof niet dat we al kennis hebben gemaakt. ’ Haar stem klonk zakelij k, maar vrien- delij k en een beetje omfl oerst. Hij staarde naar de slanke, sierlij ke vingers die ze hem toestak, tot een stootje van Clyde tegen zij n been zij n verstand opnieuw in werking zett e. In stilte verplaatste hij het schuurpapier naar zij n linkerhand en drukte haar ferm de hand. Na enkele ogenblikk en trok ze een wenkbrauw op en wierp een snell e blik op hun nog steeds om elkaar gevouwen handen. Oeps. Meteen liet hij haar hand los. ‘Sorry dat ik u thuis lastigval, maar ik heb begrepen dat u hier gisteren met vandalisme te maken hebt gekregen. Voor de tweede
17 keer. ’ Ze speurde langs de zij kant van de werkplaats, waar on- danks zij n harde poetswerk restanten van de grove graffi ti hard- nekk ig op het hout waren blij ven zitt en. Hij fronste. Hoe wist ze in vredesnaam dat zij n huis twee keer doelwit was geweest? ‘ Wie heeft u dat verteld? ’ ‘De bron is niet belangrij k. Ik ben nieuwsgierig waarom u de schade niet hebt gemeld. ’ ‘Er viel niet veel te melden. ’ ‘Een wetsovertreding is een wetsovertreding. ’ ‘Hoor eens… ik wil geen moeilij kheden. ’ ‘U hebt al moeilij kheden gehad. En degene die dit heeft gedaan kan terugkomen. ’ ‘Dan regel ik het wel weer. Dit is geen chic perceel. Ze kunnen niets kapotmaken wat ik niet kan repareren. ’ Ze sloeg haar armen over elkaar en nam de wij dbeense hou- ding aan die de politie aanwendde om te intimideren. Het nam hem niet voor haar in. ‘Afrekenen met wetsovertreders is de verantwoordelij kheid van de wetshandhaver. ’ Haar stem klonk nu harder en haar blik was van staal. ‘En u bent niet het enige slachtoff er. Er zij n er nog meer; all emaal onschuldige burgers die dit soort gedoe niet ver- diend hebben. Sommigen zij n ouder en veel minder dan u in staat de schade te repareren. ’ ‘Dat is vervelend, maar ik wil er niet in betrokk en raken. ’ Zij n antwoord kwam er stij f uit. Tartend bij na. Geen slimme houding om aan te nemen tegenover de politie. Maar in plaats van nij dig en onaangenaam tegen hem te doen, deed de chef haar armen van elkaar… slaakte een diepe zucht… en keerde zich naar het water dat tussen de bomen door te zien was. Het bleef enkele ogenblikk en stil.
18 Toen ze zich omdraaide, waren haar gezichtsuitdrukk ing en toon vriendelij ker. ‘Ik begrij p waarom u liever afstand houdt van problemen. Maar we komen niet verder met de oplossing van deze zaak. Ik heb meer aanwij zingen nodig en ik hoopte dat u me zou laten rondneuzen om te zien of ik iets kan vinden wat ons kan helpen de daders te identifi ceren en te arresteren voordat die kleine ergernissen groter worden en iemand kwaad wordt gedaan. ’ Haar verzoek was niet onredelij k. En zoals hij in de leerschool van het leven had geleerd: met re- delij k zij n scoorde je punten – zeker als je niets te verbergen had. ‘Goed. ’ Hij ontspande zij n schouders. ‘Zoek zoveel u wilt, maar ik betwij fel of u iets zult vinden. Ik heb niets gevonden. ’ ‘Dank u. Nog meer schade behalve dat? ’ Ze wees naar zij n werk- plaats. ‘Dit keer niet. Drie weken geleden hebben ze een raam van de blokhut ingegooid en een tree uit het trapje naar de veranda ge- trokk en toen ik op mij n werk was. ’ ‘Ze hebben zich er dus geen zorgen over gemaakt of iemand hen kon horen. ’ Ze inspecteerde de nieuwe trede, smett eloos en nieuw vergeleken met het verweerde grij ze hout eromheen. ‘Dit is een afgelegen plek en doordeweeks is hier niemand be- halve mij n hond Clyde. ’ Toen zij n naam viel, gluurde de hond achter zij n benen van- daan. De houding van de chef warmde een paar graden op toen ze zich op een knie liet zakk en en haar hand uitstak. ‘Hé, Clyde. ’ ‘Hij is schuw bij …’ Voordat Adam de zin kon afmaken, kwam Clyde achter zij n benen vandaan, snuff elde aan haar hand en schoof zo dicht naar haar toe dat ze hem kon aaien. Hij likte zelfs aan haar vingers.
19 Adams mond viel open. ‘Je bent een knappe jongen, wist je dat? ’ Clyde begon te kwis- pelen en ze lachte – een diep, keelachtig geluid dat een vreemd gefl adder in Adams buik veroorzaakte. ‘Ja. Je weet het. ’ Ze keek op. ‘ Wat voor ras is het? ’ ‘Eh… bastaard. ’ ‘Hm. ’ Ze bekeek hem. ‘Ik zie een spoortje terriër… een vleugje beagle… iets van een labrador. Laten we zeggen gemengd ras. Dat klinkt aardiger dan bastaard. Vind je ook niet, Clyde? ’ De pup keft e blij . Had zij n hond iets met een politiechef ? Kon je nagaan. ‘Eens. ’ Ze aaide nog even over zij n vacht en stond op. ‘Ik neem aan dat de vandalen geen verfb ussen hebben achtergelaten. ’ Hij moest even schakelen. ‘Nee. ’ ‘Jammer. Ik laat u weer daarmee verder gaan terwij l ik een kij k- je neem. ’ Ze knikte naar het schuurpapier in zij n hand. ‘U zult er een hoop werk aan hebben om die verf eraf te krij gen. ’ ‘Met werk en geduld kan iedere beschadigde plank glad en nieuw worden gemaakt. ’ Een fl its van verrassing vonkte in haar blauwe irissen. ‘Een ge- dachte die het overdenken waard is. ’ Daarop begon ze een rondje te maken door de schuur, Clyde draafde om haar voeten. Adam schuurde verder… maar het geesteloze werk liet zij n gedachten vrij om te denken aan de bezoekster die ronddwaalde over zij n terrein en vriendschap had gesloten met zij n schuwe hond. Als Clyde haar vertrouwde, moest ze vertrouwen waard zij n. Dieren hadden een goed instinct voor mensen. Niet dat je die nodig had bij de chef. Ze moest wel betrouwbaar zij n als ze voor Buitenlandse Zaken had gewerkt. Voor zulk werk
20 moest je all erlei veiligheidsmachtigingen op hoog niveau hebben en werd je achtergrond nagetrokk en. Daar zou hij nooit doorkomen. Nog een herinnering dat hij door zij n fouten uit het verleden voor de rest van zij n leven bezoedeld was en zij n mogelij kheden tot het doen van veel dingen beperkt waren. Zoals een aardige vrouw ontmoeten. Welke fatsoenlij ke vrouw zou met hem will en omgaan? Een wolk van neerslachtigheid daalde op hem neer ondanks de banen voorjaarszon die de open plek vulden met helderheid en licht. Knarsetandend schuurde hij harder. Dat soort gedachten waren niet gezond. Hij kon zij n nieuwe le- ven beter per dag leiden in plaats van zich zorgen te maken over – ‘Ik zie niets. ’ De chef bleef een paar meter van hem af staan en veegde haar handen af terwij l ze zij n werk bekeek. ‘Ik zou zeggen dat het hout op die plek bij na schoon is. ’ Hij bekeek het stuk dat hij geschuurd had. Slechts vage sporen van de schunnigheid waren over. Jammer dat de ruwe plekk en in een ziel niet zo makk elij k te schuren waren. ‘Ja. Het lukt me wel. ’ Met de schuur tenminste. ‘ Weet u zeker dat u niet offi cieel aangift e wilt doen van de twee incidenten? ’ ‘Ja. Ik heb de schade opgeruimd, dus de eigenaar hoeft niet bang te zij n voor een verzekeringsclaim. ’ ‘Zelf weten. ’ Ze bukte en gaf Clyde nog een laatste klopje. ‘ Wat is er met zij n poot? ’ ‘Ik weet het niet. Die was zo verdraaid toen ik hem vond. Maar hij kan er al aardig mee omgaan. ’ ‘Slimme hond. Aanpassing is de sleutel tot overleving. ’ Er viel een korte stilte en Adam had het gevoel dat ze niet aan Clyde
21 dacht. Maar toen ze zich oprichtt e, had ze haar professionele ma- nier van doen weer aangenomen. Ze haalde een kaartje tevoor- schij n en stak het hem toe. ‘Als u van gedachten verandert, of als er iets anders gebeurt, bel me dan gerust. Tot ziens, Clyde. ’ Ze zwaaide en liep naar haar auto, met Clyde op haar hielen. Ze keerde de Civic op het grindpad en verdween over de weg die tussen de bomen door kronkelde. Pas toen het begon te schemeren, keerde Clyde terug aan zij n zij de, kwispelend en met zij n tong uit zij n bek met die mall e grij ns die hem vaak een hondenkoekje opleverde. ‘ Wanneer heb je besloten om extravert te worden? Ik dacht dat ik je beste maat was? ’ Clyde ging zitt en en legde een poot op Adams been. Wie kon dat ondeugende snuitje weerstaan? ‘Excuus aanvaard. Kom, we gaan een koekje voor je zoeken. ’ De hond liep achter hem aan de blokhut in, schrokte een koek- je op en snelde door de open deur naar buiten om rond te kij ken. Alsof hij hoopte dat hun bezoekster terugkwam. Hij kon het hem niet kwalij k nemen. Een nieuw bezoek van Lexie Graham was inderdaad welkom, zelfs al was ze een politiechef. Maar toen hij de doos met hondenkoekjes terugzett e in de kast, aan haar kaartje voelde en weer naar buiten ging om de schuur op te ruimen, erkende hij de gedachte voor wat het was: een fan- tasievoll e wens die evenmin op de werkelij kheid was gebaseerd als de sprookjes in een kinderboek.
H hoopt oude fouten te kunnen goedmaken. Z hoopt vooral de dag door te komen. Kunnen ze samen een nieuwe start maken? IRENE HANNON Ankerplaats ISBN 9789029729826 NUR 302 9789029729826 Lexie Graham voedt in haar eentje haar zoon op en werkt als politieagente in het idyl ische dorpje Hope Harbor. Elke seconde van haar dag is gevuld. En dan kr gt ze ook nog te maken met een plotselinge golf van diefstal en vandalisme. Wat is er aan de hand? Adam Stone probeert als ex-crimineel een eerl k bestaan op te bouwen. Lexie schakelt z n hulp in om een tienerjongen van het verkeerde pad af te houden. T dens hun samenwerking vliegen de vonken over en weer. Maar Lexie heef helemaal geen t d voor de liefde… toch? Wie had gedacht dat uitgerekend deze twee mensen als een blok voor elkaar zouden val en? En toch gebeurt het, want in Hope Harbor komen uitersten b elkaar en is al es mogel k. Irene Hannon schreef eerder de Hope Harbor-romans Cranberryzomer en Zeerozen . Ze bedacht dit f ctieve dorpje op een reis langs de kust van Oregon. Ze hoopt dat haar lezers genieten van hun bezoek aan dit heerl ke plaatsje, vol romantische en hartverwarmende verhalen. EEN HOPE HARBORROMAN ‘Een heerlijk romantisch verhaal dat niet aan de oppervlakte blijf . ’ -Nederlands Dagblad over Zeerozen IRENE HANNON Ankerplaats Omslag Ankerplaats 140x215mm f POD Variant. indd Alle pagina'sOmslag Ankerplaats 140x215mm f POD Variant. indd Alle pagina's 28-04-20 15:5728-04-20 15:57