bij bels K.H. Miskotte abc K.H. Miskotte bijbels abc kok ‘Bijbels ABC was en is bedoeld om als een windvlaag het oude stof van de bijbelteksten af te blazen. Het is geen knappe hervertelling door een romancier noch een kinderbijbel door een dominee, maar een poging om aandacht te vragen voor de woorden zelf: Hoe zijn de ‘echte’ bijbelteksten op- geschreven, met welke woorden en beelden? Miskotte zoekt in dit boek naar het eigen karakter van de bijbelverhalen, naar de eigen taal van het verhaal, naar de vorm dus – die naar zijn overtuiging uit- eindelijk alles zegt over de inhoud.’ Mirjam Elbers K.H. Miskotte (1894-1976) heeft als predikant en kerkelijk hoogleraar zijn stempel gedrukt op het kerke- lijke en culturele leven van Neder- land in de twintigste eeuw. Hij was van 1921 tot 1945 predikant in de Nederlands Hervormde Kerk en van 1945 tot 1959 hoogleraar te Leiden. ‘Miskotte ging uitbundig om met de taal. Hij overschreed de gren- zen van het gewone taalgebruik om ruimte te kunnen maken voor het lieve leven van dag tot dag. Hij haalde met zijn pen grote woorden strijdvaardig onderuit en werkte tegelijk aan een nieuw, zachtmoe- dig zinsverband. Hij oefende dat in de omgang met Bijbelse verhalen. Die spelde hij als een kind dat net het ABC heeft geleerd en ontdekt wat je allemaal met taal kan doen. Dat kind heeft de toekomst.’ Maarten den Dulk Bijbels ABC is de weergave van een Bijbelcursus die de Amsterdamse predikant K.H. Miskotte (1894-1976) gaf in 1941. Het boek spelde de structuur van de taal en de kernwoorden van het Oude Testament en sprak bemoedigende woorden in oorlogstijd. In de nood van de tijd trok de cursus volle kerken. Bijbels ABC werd in de jaren zestig door de auteur bewerkt en heruitge- geven. Deze editie wordt nu ongewijzigd uitgegeven. Het boek heeft niets aan actualiteit ingeboet en weet ook in deze tijd lezers te boeien. Bijbels ABC is een richtingwijzer voor iedereen die de bijbel gaat lezen: een karakterschets vooraf. Het is dus ook geen goed doorwrocht dogmatiekboek, geen sys- tematische uiteenzetting over de bijbel. Het is slechts bedoeld om de lezer gevoelig te maken voor de eigen woordwereld van de bijbel. NUR 700 ISBN 978 90 435 2736 1 www.kok.nl uitgeverij kok – utrecht kokBObijbelsabc0815.indd 1 11-08-16 13:44
K.H. Miskotte Bijbels ABC Bijbels ABC 1-224.indd 3 17-08-16 11:57
Eerste druk 1941 Tweede (herziene) druk 1966 Derde druk 1971 Vierde druk 1973 Vijfde druk 1977 Zesde druk 1980 Zevende druk 1992 Achtste druk 2016 2016 – Uitgeverij Kok, Utrecht Postbus 13288, 3507 LG Utrecht www.kok.nl Omslagontwerp Garage BNO Opmaak binnenwerk ZetSpiegel, Best ISBN 978 90 435 2736 1 ISBN e-book 978 90 435 2737 8 NUR 700 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden ver- veelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Bijbels ABC 1-224.indd 4 17-08-16 11:57
5 INLEIDING De A van het Bijbels ABC – lezen in bezettingstijd Hebben de woorden van de bijbel echt niets meer te zeggen, of krijgen ze de kans niet? Bedekt onder een dikke laag stof, ver - stopt onder eeuwen dogmatisch christendom, of juist onder - werp van hervertelling of toneelbewerking, lijkt de bijbel zelf af te stevenen op bijzetting in het museum voor primitieve kunst. Immers, de vertelkunst van de bijbel ligt vaak niet erg lekker in het gehoor. Het vertelde is historisch op z’n zachtst gezegd on- waarschijnlijk, en de woorden, vooral in hun vertaalde vorm, klinken hopeloos ouderwets. Dit boek was en is bedoeld om als een windvlaag het oude stof van de bijbelteksten af te blazen. Het is geen knappe hervertel- ling door een romancier noch een kinderbijbel door een domi- nee, maar een poging om aandacht te vragen voor de woorden zelf: Hoe zijn de ‘echte’ bijbelteksten opgeschreven, met welke woorden en beelden? Miskotte zoekt in dit boek naar het eigen karakter van de bijbelverhalen, naar de eigen taal van het verhaal, naar de vorm dus – die naar zijn overtuiging uiteindelijk alles zegt over de inhoud. ‘Poetry is what gets lost in translation’ (Robert Frost): precie s die poëzie van de bijbel is het die Miskotte op het spoor wil komen. Ook vandaag de dag zijn we vooral gewend aan hervertellingen. Zelfs in de literatuur lijkt er steeds minder aandacht voor de sa- menhang van vorm en inhoud te zijn, en lijkt navertellen het hoogste goed te zijn geworden. 1 Ook in de kerk zien wij die 1 Kees Fens, ‘De bevrijdende troost van het ochtendlicht’ in de Vol ks- krant, 23 maart 2008: ‘De analyse van de vorm is in de literatuurbe- schouwing en literatuurkritiek op de achtergrond geraakt. De inhoud heeft het gewonnen, het navertellen is het hoogste geluk, in plaats van Bijbels ABC 1-224.indd 5 17-08-16 11:57
6 tendens. Zondag aan zondag worden er in de kerken bijbel ver- talingen gelezen, in ‘gewone taal’, die het navertellen van het verhaaltje tot kunst hebben verheven. Ook daar overheerst de gedachte dat de ‘inhoud’ in een nieuwe, namelijk eigentijdse, vorm moet worden overgebracht. Maar bij goede teksten zit het geheim, de inhoud dus ook, in de vorm. Bezettingstijd Om die reden heeft Miskotte in 1941 zijn Bijbels ABC geschreven, in de overtuiging dat de vorm van de bijbelse teksten en verhalen álles zegt over de inhoud. Dat de grammatica van de bijbel een ‘geestelijke grammatica’ is. Toen het er in bezettingstijd écht op aankwam, wendde Miskotte zich tot de ‘vorm’. Hij stelde zich de vraag: hoe spreekt de bijbel? Welke woorden zijn daar van be - lang? En welke woorden komen in het geheel niet voor? Gaat het in de bijbel om Blut und Boden, om ras en religie, deugd en ideaal, of om de ‘Naam’ en de ‘namen’ op ‘de aarde onder de hemel ’? Dit geschrift van K.H. Miskotte kan dan ook zonder meer als verzetsliteratuur omschreven worden. Het is met grote haast op - gepend in het eerste oorlogsjaar voor gebruik in de Amsterdamse kerkelijke gemeente. Miskotte was in de veertig en predikant geweest in Kortgene, Meppel en Haarlem toen hij in 1938 in Amsterdam werd beroepen onder andere voor het kerkenwerk onder ‘buitenkerkelijke’ intellectuelen en kunstenaars. Nederland werd kort daarna bezet door nazi-Duitsland en Miskotte was direct in verzet. Al ver vóór de bezetting had Miskotte gewezen op het on-bijbelse, onchristelijke karakter van de ideologie van het fascisme. Hij zag al vroeg in dat deze ideologie welhaast de ondergang móest betekenen van vele met name joodse mensen- levens. Juist in deze bezettingstijd trokken veel mensen naar de kerk; ze hoopten daar iets te vernemen dat hen kon sterken in het verzet, even enkele gegevens aan te raken tot triomf van de vorm. De literatuur is in veel opzichten een sociale gelegenheid geworden, zeker de roman. De vorm is er helaas vaak een van willekeur.’ Bijbels ABC 1-224.indd 6 17-08-16 11:57
7 dat hen kon helpen te verstaan wat er gebeurde. Deze kerkelijke kringen moesten geleid worden, maar de mensen die deze krin- gen gingen leiden moesten zelf ook ‘toegerust’ worden. Daartoe was dit cursusboek Bijbels ABC bedoeld. Het zijn dan ook eigen- lijk niet veel meer dan aantekeningen in aforistische stijl, en het boek leest niet altijd even makkelijk weg. In geconcentreerde pennenstreken zet Miskotte het wezen en de aard van de bij- belse teksten neer: Welke begrippen en woorden zijn eigen aan de bijbel, en wat onderscheidt de bijbel dus van alle andere lite- ratuur en filosofie? Bijbels ABC is dan ook geen uitgebreid naslagwerk voor bijbel- studie, maar een richtingwijzer voor iedereen die de bijbel gaat lezen: een karakterschets vooraf. Het is dus ook geen goed door- wrocht dogmatiekboek, geen systematische uiteenzetting over de bijbel. Het is slechts bedoeld om de lezer gevoelig te maken voor de eigen woordwereld van de bijbel. Miskotte zelf schrijft in het voorwoord: ‘Want wij hebben geen tijd te verliezen. Ik zou ook wel eens heel rustig een boek willen schrijven in gedragen stijl, en wel eens verder mij wagen van de kust en naar de diepte afdalen. Maar alles heeft zijn bestemde tijd; en de tijden verschillen, de tempo’s en de doeleinden van de tij - den verschillen. En er is zoveel in te halen en goed te maken en recht te zetten. En liefst op korte termijn’. Nergens in Bijbels ABC wordt de nazi-ideologie, het fascisme, expliciet genoemd. Het verzet is echter impliciet nog veel krach- tiger. Want wie gaat verstaan wat de begrippen en grondlijnen van de bijbel zijn, die gaat ook de modewoorden, de begrippen die bij óns vereerd worden, doorzien en verstaan. Wie de gram- matica van de schrift gaat spellen, die gaat onmiskenbaar de mach - ten van onze eeuw doorzien. Dát was Miskottes programma. Gewaagd wordt het, als Miskotte in het elfde hoofdstuk ‘Ver - wachting’ de woorden en idealen van zijn tijd zet tegenover de bijbelse grondbegrippen. Ogenschijnlijk nog zonder met een oordeel klaar te staan zet hij woorden als ‘natuur, religie, deugd, ideaal’ (woorden die ook bij de fascistische ideologie in zwang waren) tegenover bijbelse noties als aarde, hemel, gerechtig - heid, gebod. Wie het goed leest, hoort dat hier een bijbelse, Bijbels ABC 1-224.indd 7 17-08-16 11:57
8 diepgaande weerstand geboren wordt. Maar de bezetter las zo niet. Wel was Miskottes studie Edda en Thora (1939) meteen aan het begin van de oorlog verboden. Daarin hanteert Miskotte eigen- lijk dezelfde methode, de ‘fenomenologie’: het ‘formeel’, na ar de vorm, vergelijken van het heidense epos Edda met de Thora, de vijf boeken van Mozes. Maar Bijbels ABC kwam wel door de censuur. Na de oorlog, in 1966, is het boek opnieuw uitgegeven. Miskotte heeft er toen van afgezien het geheel te herschrijven. Wel heeft hij het hier en daar aangepast of uitgebreid. De onder- havige uitgave is gebaseerd op de tekst uit 1966. Vorm en inhoud Waarom zouden we dit boek, ontstaan in de oorlogsjaren, ook nu nog ter hand nemen? Het doet hier en daar ouderwets en zelfs wollig aan. Ook de typografie, met al die hoofdletters en uitroep - tekens, roept vragen op. En toch wil dit geschrift ook nu nog een belangrijke boodschap op de lezer overbrengen. Miskotte waar - schuwt ons als lezers om niet te veel ónze woorden en ideeën en vragen aan de bijbelse teksten op te dringen. Wees op je hoede, zegt Miskotte, laten we eerst maar eens goed kijken naar de structuur van de teksten zelf, en hóren naar wat dáár, in de wereld van de bijbel, de woorden zijn die er werkelijk toe doen. Een prachtig voorbeeld daarvan is wat Miskotte de A van het bijbels ABC noemt. Je zou immers kunnen denken dat de A van het bijbels ABC natuurlijk ‘god’ is. Het gaat tenslotte over de bijbel? Maar niets blijkt minder waar. De A van het bijbels ABC is het woord ‘Naam’, aldus Miskotte. Dát is de hoeksteen van het gehele gebouw van de bijbel. Het gaat in de bijbel om namen, en te midden van die namen om dé NAAM (=JHWH) in het bijzonder. Al onze ideeën over ‘god’, over het goede, het heilige, het schone mogen en moeten wij als lezers loslaten, achterlaten, om ons te laten gezeggen door een boek dat spreekt van de Naam en de namen. Hoe primitief dat ook klinken mag. Bijbels ABC 1-224.indd 8 17-08-16 11:57
9 Blijkbaar gaat het in de bijbel niet zomaar over ‘god’. Want go- den zijn er vele, naar bijbels besef. Goden en machten genoeg. Maar te midden daarvan onderscheidt zich die Ene, JHWH. Uit deze ogenschijnlijke ‘vormkwestie’, namelijk dat het in de bijbel niet over ‘God’ maar over de Naam gaat, leidt Miskotte belangrijke dingen over de inhoud van de bijbel af. Een van de hoofdpunten van Bijbels ABC is de stelling dat de bijbel helemaal geen monotheïsme verkondigt. De vraag of er maar één God is, daarin is men in de bijbel totaal niet geïnteresseerd. Het gaat helemaal niet over de vraag of er maar één God is en of niet alle mensen het ‘eigenlijk over dezelfde God hebben’. Integendeel, in de bijbel wordt beleden: te midden van alle goden en machten die mensen vereren kunnen en steeds weer vereren zullen, is déze God de enige die die naam waardig is. JHWH is God en geen ander. Men is daarmee niet monotheïstisch, integendeel. Deze belijdenis heeft er weet van dat er telkens weer goden en zaken zijn waarvoor mensen de knieën buigen. Het bestaan van die goden wordt niet ontkend, zegt Miskotte. Of die goden ob- jectieve werkelijkheden zijn of subjectieve waandenkbeelden, dat zal te zijner tijd wel blijken. Maar met de verering ervan hebben we in elk geval te máken. Ze zijn er dus wel, maar ze zijn hét niet. Lezen in bezettingstijd: ook nu? Door zijn nadruk op de taal opent Miskotte mensen de ogen voor de goden van de tijd. Als in de bijbel wordt beleden: De HEER (JHWH) is onze God, dan heeft dat direct politieke im- plicaties: niet de Führer, niet de totaalstaat, niet bloed of ras heb - ben het voor het zeggen, maar een Stem die menselijk spreekt in de zwijgende kosmos. Deze ‘betere weerstand’ van Miskotte is op een bepaalde manier vergelijkbaar met het werk van de joodse filoloog Viktor Klem- perer, die vanaf de jaren dertig in nazi-Duitsland bijhield, hoe de nazi-ideologie de taal misvormde: hoe woorden werden mis- bruikt, van nieuwe betekenissen voorzien, in dienst genomen van een heel ander verhaal. In Klemperers ‘LTI: Over de taal van Bijbels ABC 1-224.indd 9 17-08-16 11:57
10 het Derde Rijk’ 2 wordt pijnlijk duidelijk dat ‘taal meer is dan bloed’ (Frans Rosenzweig). Niets minder dan dat heeft Miskotte voor ogen gehad toen hij zijn Bijbels ABC schreef: de woorden van de schrift spellen als verzet tegen het gestamp van de laarzen en de schreeuw van bloed en bodem. En zo gaat Miskotte in Bijbels ABC dan verder, met woorden als ‘Woord’, ‘Rechtvaardigheid’, ‘Weg’, ‘ Heili - ging’ en ‘Verwachting’. En al woorden spellend nadert hij het geheim van de bijbelse teksten. Ook al leven wij gelukkig niet onder een bezettingsmacht, deze benadering van de bijbel heeft bepaald niet aan actualiteit in- geboet. Integendeel. Elke tijd kent zijn taal. Iedere tijd opnieuw wordt bestookt door taal die het denken vormgeeft. De taal be- paalt voor een groot deel de termen waarin wij denken en de manier waarop we naar elkaar en naar de wereld kijken. De taal van de economische markt leert ons de wereld om ons heen te verstaan in termen van product, winst en productiviteit bijvoor- beeld. Een meer spirituele taal zal mens en wereld in termen van ‘persoonlijke ontwikkeling’ proberen te vangen. Een nationalis- tische taal zal de mensen bezien in termen van hun afkomst of geloof. En zo bepaalt de taal waarin we spreken ons denken en ons doen. En de vraag blijft actueel: welke taal is dat? Door welke taal worden wij vandaag de dag ‘bezet’? Is dat een taal die spreek t van recht en gerechtigheid, van sjalom op de aarde onder de he - mel? Want de taal die er wordt gesproken verraadt welke mach - ten zich over ons groot maken, ten koste van de menselijkheid. Volgens Miskotte zou het ons, in welke tijd we ook leven, kun- nen helpen om de bijbelse grondwoorden te spellen – en ze te leggen tegen de heersende taal van onze tijd: de taal van de mar- keting of de taal van de religie, de taal van de haat of de taal van de macht. Want er komt een moment dat deze machten zwijgen. Er komt een moment dat de heersende taal haar failliet onder ogen moet 2 Viktor Klemperer, LTI, Over de taal van het Derde Rijk, Amsterdam 2000 (oorspr. uitgave: LTI, Notizbuch eines Philologen, Berlijn 1947) Bijbels ABC 1-224.indd 10 17-08-16 11:57
11 zien. En dan is het te hopen dat er nog plekken zijn waar een andere taal gespeld wordt, waar de woorden van vrede en ge- rechtigheid, van Naam en Weg bewaard worden, voor een be- tere weerstand. Daarom: neem en lees. En om met Miskotte zelf te spreken: daarbij wensen we de lezer van de woorden heil, de dader van de woorden zegen! Mirjam Elbers Aanbevolen literatuur: - Herman de Liagre Böhl, Miskotte – Theoloog in de branding, 1894-1976, Amsterdam 2016 - Willem van der Meiden, Om de kracht van het weerwoord, Gorin - chem 2006 - H.H. Miskotte, Niet te vergeten Miskotte, Kampen 1981 - K.H. Miskotte, Verzameld Werk, inmiddels 14 delen, uitgegeven bij Uitgeverij Kok, Kampen/Utrecht - Ad van Nieuwpoort, De kleine Mensengod, Amsterdam 1997 Bijbels ABC 1-224.indd 11 17-08-16 11:57
13 WOORD VOORAF bij de tweede, herziene druk Naar dit geschrift schijnt veel vraag te zijn; vele jaren was het niet verkrijgbaar en had toch goede diensten kunnen doen. Nu een nieuwe uitgever zich het lot van het wicht heeft aangetrokken, is de verleiding groot te trachten het een sterker gestel te geven en betere kleur. De schrijver had een kans om nu het verlangen te volgen, waaraan hij al uiting gaf bij de eerste uitgave: ‘Nu hebben wij geen tijd te verliezen; ik zou ook wel eens heel rustig een boek willen schrijven in gedragen stijl en mij wel eens verder willen wagen van de kust en naar de diepte afdalen, maar alles heeft zijn bestemde tijd; en de tijden verschillen, de tempo’s en de doeleinden van de tijden verschillen.’ Dat was toen wij de dreiging van de nazi’s zagen naderen. En nu? Weer staan we in tijdnood vanwege de nood der tijden; er is zoveel in te halen en goed te maken en recht te zetten en liefst op korte termijn. Dit boek zou grondig moeten worden herschreven, dacht ik. Ik weet niet of het dan nog zou functioneren, zoals het in zijn eerste gestalte heeft gedaan. Bovendien heeft het, zegt men, een zekere waarde als document van de tijd omstreeks 1940, toen stormen- derhand de scheiding der geesten zich begon te voltrekken, toen plotseling de vraag naar de zin van de bijbel acuut werd en een stille lekenbeweging op gang kwam; nieuwe kringen werden ge- vormd voor huisgenoten, buurtgenoten, wijkgenoten. (Zo ging het vooral in Amsterdam). Men was vol geestdrift en tegelijk verlegen met de zaak. Er bleek kader nodig voor de leiding. De leiders moesten ergens centraal worden geïnstrueerd. In de Nieuwezijdskapel en al spoedig in een zaal, behorende bij de Nieuwe Kerk op de Dam, waagde ik een cursus op te zetten over de grondlijnen, de kapitale begrippen die de bijbel eigen- zijn en hem onderscheiden van andere religieuze literatuur. Uit die cursus ontstond het boek: Het bijbels abc, geschreven in de Bijbels ABC 1-224.indd 13 17-08-16 11:57
14 winter 1940-1941, verschenen in het najaar van 1941. Het was niet kerkelijk gedacht, neen, als ik het zo mag zeggen: voor het volk. In de voorrede stond toen al: ‘Laat niemand zich verstouten een menselijke, al te menselijke grens te trekken tussen kerkelijke en onkerkelijke mensen en minst van al, indien hij weet wat kerke- lijk onderricht eigenlijk is.’ Dit is namelijk evenzeer bijzonder in zijn thematiek als universeel in zijn strekking; al moet ik toege- ven, dat deze notie van uniek-én-universeel na de oorlog en de bezetting eerder verduisterd is dan verhelderd voor het algemeen bewustzijn. Moeten wij hierin berusten en ons tevreden stellen met een antithese, waarin de solidariteit niet als het primaire be- seft wordt of – omgekeerd – ons verlopen in een ondoordachte aanpassing aan een even ondoordachte allemanswijsheid, die op den duur tot extremen van onredelijkheid leidt, omdat ze met- terdaad het machtige begin en beginsel van ons geestelijk leven verdróngen heeft. Men heeft gezegd, dat het ‘bijbels abc’ nu ni et meer tegen de achtergrond van het heidendom moest gesteld worden, maar tegen de achtergrond van het ‘nihilisme’, maar ik aarzel toe te geven, dat hier voor ons Europeanen een tegenstel- ling ligt. Dit is mede de reden waarom ik ervan afgezien heb een nieuw boek te schrijven en volsta met een hier en daar ingrij- pende, maar doorgaans lichte bewerking van het oude abc. Intussen zoeke men hier vooral niet een dogmatiek in zakfor- maat, ook niet een lekendogmatiek. Het geheel is en blijft for- meel, in zover als de aandacht gericht blijft op de taal van de bijbel, zonder de waarheidsvraag rechtstreeks te stellen en zon - der zijn inhoudelijk gezag op de voorgrond te stellen. Dat met het verstaan van die eigen taal dan tegelijk hoogst belangrijke inhouden aan de dag komen, is niet een oneerlijk-verworven re- sultaat van deze cursus, maar hoort tot de eigenaardigheden van het Boek, tot zijn immanente overtuigingskracht tegenover alle ja- en neen-zeggers. Het dringt zich niet op, maar het heeft een identiteit die men – eenmaal goed ontmoet – niet meer kan vergeten. Dit geldt reeds van het abc, van het gebinte der grond- woorden als zodanig. Wanneer hier het Oude Testament het uitgangspunt van onze overwegingen is, zal men daaruit niet afleiden, dat wij de voor- Bijbels ABC 1-224.indd 14 17-08-16 11:57
15 keur geven aan de wet boven het evangelie, of van de belofte boven de vervulling. Dat zou willekeur zijn en bovendien zó niet te omschrijven. We hebben in feite geen keus van volgorde. Het gaat in dit boekje om de ‘taal’, om beeld en begrip, die de gegevens verbinden. Die taal moet worden geleerd in de bijbel, van het begin áf en het zal ons blijken, dat de taal van het Nieuwe Testament eigenlijk vrijwel geheel in die van het Oude Testa - ment wortelt. In 1940 namen wij de Statenvertaling tot grondslag, omdat die zo getrouwelijk ‘overgezet’ heeft uit de grondtalen en daarbij de stammen van de woorden en hun afleidingen in onze taal laat doorschemeren. Later verscheen het machtige werk van Buber- Rosenzweig, dat daarin nog consequenter is. Het was niet mo- gelijk daarop over te gaan. Het scheen ons genoeg, als wij de ‘vaderen’ door deze en andere vertalingen hier en daar kon - den laten corrigeren. De nieuwe vertaling van het Nederlandsch Bijbelgenootschap was in de oorlogsjaren ook nog niet in een definitieve vorm bij de hand. Zo moge deze ‘kadercursus’ opnieuw uitgaan en, hopen wij, velen helpen om het unieke gaandeweg als het universele te verstaan. En nu: den lezer geluk, den hoorder heil, den dader zegen! K.H.M. Bijbels ABC 1-224.indd 15 17-08-16 11:57
17 1. DE OMGANG MET HET BOEK Tot de kenmerken van de kentering der tijden die wij doormaken, behoort een nieuwe opmerkzaamheid voor het bijbels getuigenis. Bij gereformeerden, roomsen en vrijzinnigen vinden wij een con centratie op de uitlegging van de bijbel van intenser aard dan – mo gen wij zeggen – sinds eeuwen. Allerwegen hoort men ge - wagen van de band die er tussen Europa en de Schrift bestaat en van de bij belse noties die de rechtsstaat vermogen te funderen. Wij zagen hoe in de donkere winter van ’40 mensen van kerkelijke huize en van onkerkelijke afkomst elkander zochten rondom het licht en de scha duw die opdoemen uit het geopende boek. Tien - tallen ‘bijbelkrin gen’ werden in de grote steden gevormd. Dat zijn geen stichtelijke kransjes noch dispuutgezelschappen; meestal zullen het ook geen studieclubs zijn. Wat het dan wel is en waar - om het gaat voor het besef der deelnemers, valt niet zo gemak - kelijk te zeggen, omdat het samenhangt met het geheim der kerk zelf. En het geheim, der kerk is, dat daar iets uitzonderlijks gebeurt. HET WOORD GESCHIEDT Rondom dit binnenste altijd jonge geheim ligt een brede zone van bezinning, van nadering, van benadering. Afgezien van het Woord dat inslaat, bestaat er een bezig-zijn met de neerslag er- van, met de Schrift als getuigenis van dat Woord, als sfeer van wijsheid, als ge leider en gids, als hulp en steun, als draagkracht en stuwkracht. Name lijk daar waar de bijbel niet wordt afgescheept met een formele gezags toekenning, waar hij niet slechts als arse- naal van argumenten wordt gebruikt en niet als grazige weide hier en daar voor het ontsteld ge moed, waar dus niet enkele bewijsplaatsen en enkele stichtelijke woor den worden opgevist uit een onoverzichtelijk geheel, maar waar Bijbels ABC 1-224.indd 17 17-08-16 11:57
18 DE SCHRIFT OPENGAAT ALS EEN WERELD om erin te verkeren, om eruit te leven, om zich werkelijk te bergen en om zich werkelijk te wapenen. De schuld der kerk, ach, er is alle reden geweest en er zijn nieu- we redenen om die breed uit te meten. Verwaarlozing van haar zendingsroeping, halfslachtigheid in de sociale bekommernis, een diep tekort aan gemeenschapszin en aan offervaardigheid, een verburgerlijking, een verslapping, een zelfgenoegzaamheid, een struisvogelpolitiek aangaande de werkelijke machten die de wereld en het mensenleven beheersen, een blindheid voor de goden van de tijd, die ‘ons niet zouden hebben’ en die ons reeds bezaten met huid en haar – maar de eigenlijke schuld en de eigen - lijke nood liggen toch elders, namelijk dat zij, de kerk, geen auto - riteit meer heeft erkend voor zich zelf en geen autoriteit heeft uitgeroepen in de wereld. Want het gezag Gods te beperken, de invloed van Christus te kanaliseren, het werk des Geestes op het ‘innerlijke’ leven te betrekken, dat is een beleefde en voorzich- tige vorm van ontkenning en een zeer werkzame ondermijning van de waarheid waarmee de kerk staat en valt. Wanneer er dan ergens een eerste geruis van nieuw leven is, een ontwaken, een zich de ogen uitwrijven, een tasten naar houvast, een vreugdevol herkennen van het half-geziene en halfbeledene, wanneer er nu een pijn ontstaat van pure spijt over de verloren tijd en de ver- speelde kansen en als die eerste levenstekenen nu dwars door alle richtingen gaan en mensen bijeenbrengt die tevoren naar elkan- der niet omzagen, wanneer de indolentie doorstoken wordt met nieuwe voornemens, dan komt dat nergens anders uit voort dan uit de Ahnung, het vermoeden van de PRESENTIE DER WAARHEID. ‘Zie, Hij staat midden onder u, dien gij niet kent’ (Joh. 1:26). De schande van het eigenlijk en ten slotte ‘niet-erkennen’ wordt echter overtroffen in gloed door de dagende erkentenis: ‘dit woord, dat ik u heden gebiede, dat is voor u niet verborgen en dat is niet Bijbels ABC 1-224.indd 18 17-08-16 11:57
19 verre. Het is niet in de hemel, zodat ge zeggen zoudt: wie zal voor ons ten hemel varen, dat hij het voor ons hale en ons horen late, dat wij het doen. Het is ook niet aan gene zijde der zee, dat gij zeggen zoudt: wie zal voor ons overvaren aan gene zijde der zee, dat hij het voor ons hale, en het ons horen late, dat wij het doen. Want dat Woord is zeer nabij u, in uwe mond en in uw hart, om dat te doen. Ziet, ik heb u heden voorgesteld het leven en het goede en de dood en het kwade’ (Deut. 30:11 v.v.). - Dit nieuw vermoeden, deze erkentenis is onder brede kringen van ons volk een aanvankelijk feit geweest. In het lichten der re - formatie over deze landen, in de opstand tegen Spanje… en in het verzet tegen de dreigementen van het Derde Rijk. Ik spreek van een ‘vermoeden’, van een ‘erkentenis’ en van een ‘aanvank elijk feit’. En men kan er zich in alle tijden over ver heugen, al is het maar een begin en al kan men elkaar van verre niet beoordelen. Velen leven (terecht, m.i.) in de overtuiging, dat de overmacht van de totaalstaat deze inzetten en, kernen van het ‘leven’ en het ‘goede’ niet zal kunnen vernielen. Men leeft dan tegelijk in een eigen wereld met een simpel vertrouwen en, een soort vertrou- welijke afspraken aangaande wat vanzelfsprekend als waarheid zal gelden, als begeleidende belichting zich zal handhaven. MAAR NU HET GEVAAR! Dat wij de hele zaak in het stichtelijke laten verlopen, dat wij met een soort atavisme zouden terugvallen tot colloquia pietatis, tot conventikelen en conventikelgeest, dat de geest van vorige geslach- ten, die bijbelvast waren, maar niet bijbelgetrouw, zoals het nu van ons gevraagd wordt, zou gaan terugkomen en rondwaren door de dreven van dat nieuw-ontloken leven. Of nog erger: dat wij heel opnieuw leren discussiëren en disputeren, zonder dat we zijn ge- doopt, d.i. ondergedompeld in de presentie der waarheid, der waar- heid die uit niets kan worden afgeleid, en die, als Gods waarheid, niet kan gefundeerd worden, die zich zelve stelt en doorzet en recht- vaardigt en verheerlijkt; dat wij gaan praten en nog eens praten en geloven in ons eigen gepraat en gelijk-hebben of gelijk-wil len- heb ben, voordat wij hebben gezien, persoonlijk en tezamen, dat Bijbels ABC 1-224.indd 19 17-08-16 11:57
20 HET GEZAG VOOROP GAAT. Want dat zou betekenen, dat wij, eenzaam-geworden, prijs ge ge- ven aardekinderen, opnieuw in onze eenzaamheid gelaten worden en ons zelve zouden moeten opvoeden in plaats van opgevoed te worden, ons zelf een weg zouden moeten banen door de wirwar der meningen in plaats van overgezet te worden in de wereld, in het Rijk van Hem die de ‘Vader der geesten van alle vlees’ heet. Zelfopvoeding is géén opvoeding; wij kunnen niet tot de Schrift komen, wij moeten ervan uitgaan; er is een vruchtbare beweging naar alle zijden in het ontzaglijke leven mogelijk, maar alleen wanneer wij onze positie kiezen, of liever (want hier valt niets te kiezen) verkoren worden om plaats te nemen in het hart van deze waarheid en der werkelijkheid. Zeker is het honderdmaal eenvoudiger om het gezag der Schrift te beredeneren dan het gezag van de totaalstaat of van een heidense wereldbeschouwing. En toch mág het niet, omdat het in láátste instantie niet ká n. Gods Woord zou niet Woord van God zijn, indien het wél zou kunnen. Het gezag gaat voorop! Maar nu, anderzijds en positief, wat is nódig? wat snijdt aan onze kwade neigingen, ons zelf te rechtvaardigen door middel van de bijbel, de pas af en bewaart ons voor particuliere, sektarische strevingen? Hoe vinden wij echte vrijheid uit het gezag? Wat is in staat te verhinderen dat wij dit gezag misverstaan? Gezag is hier het gezegde zelf, als het zich in zijn eigen aard aan ons aan- dient. Het wordt ons niet opgelegd, maar aangeboden. Het treedt aan het licht en trekt ons tot het licht. Het legt beslag op ons, méér zoals een kunstwerk dat doet dan zoals een betoog dat zou doen. Het wint ons hart niet door het te onderwerpen maar door het te bevrijden. De Schrift ontneemt ons niet onze zelfstandig- heid, maar zij betekent een inwijding in haar hogere oorspron- kelijkheid. Het gezegde komt daarbij tot ons in een eenvoud die onze complicaties beschaamd maakt. Wanneer dit zo ervaren wordt, hoe komt het dan tot al die twistgedingen en haarklove- rijen, al dat raisonneren en muggenziften, al dat beknibbelen en knoeien, al die chicanes van partijen en groepen, voortrekkers en achteruitduwers? Bijbels ABC 1-224.indd 20 17-08-16 11:57
21 Daarover zou veel te zeggen zijn, psychologisch en sociologisch. Als er iets is, dat dit verhinderen of genezen kan, dan moet het het begrip zijn van de geestelijke grammatica der Schriften. HET BEGRIP nl. het begrijpen van hetgeen wij lezen, ons voegende onder zijn greep. Wil het gezag zich uitwerken tot duurzame leiding, dan moeten we gedurig horen en ons aantrekken die eigenlijke vraag: ‘verstaat gij ook, hetgeen gij leest?’ (Hand. 8:30). Niet vooraf als beproeving, of wij gezag zullen toekennen, maar achteraf van uit de inhoud der Schrift, van uit de presentatie der waarheid moe- ten wij leren nauwkeurig te verstaan, het wezenlijke te zien, verschillen op te merken, grenzen te trekken, vormen en con - touren af te tasten en ons in te prenten, ons laten onderrichten door de grondlijnen, de grondwoorden, de geestelijke gramma- tica der Schriften. Dát is de zin van de moderne bijbelkring en van het vormingswerk, waar alle andere nuttigheden en stichte- lijkheden aan ondergeschikt behoren te zijn. Begrip van de záák waarom het gaat! Maar dat zal immers onmogelijk zijn, als er geen begrip is van de eigen taal, waarin de zaak zich aan ons opdringt. Lezen is een zakelijke functie, een openheid voor het gegevene, waarbij wij onze eigen gedachten op de achtergrond schuiven. LEZEN IS LEREN Het gaat daarbij om zo elementaire dingen, dat we ons beledigd voelen, ze ons voorgezet te krijgen, terwijl we dan toch al spoe- dig ontdekken, dat ze inderdaad goeddeels onbekend zijn en onbeproefd, dat we er nog niet mee geleefd en gewerkt hebben. Dat heel de Schrift één anti-heidens getuigenis is, terwijl het heidendom toch de natuurlijke religie is van het mensdom, in duizend vormen en één bedoeling, kijk, dat waren we toch eigen- lijk kwijt. We trippelden al van zaal tot zaal in de academie van het geestelijk leven en overtroefden elkaar in hoge en hogere, diepe en diepere, fijne en fijnere en allerfijnste wijsheden, le - Bijbels ABC 1-224.indd 21 17-08-16 11:57
22 ringen, beginselen – en hadden de lagere school, ja, de bewaar- school overgeslagen. Nu begrijpen we waarom we vaak geplaagd werden met het gevoel, dat we, hoewel we alles begrepen, toch het eigenlijke niet grepen, hoewel we het zo mooi vonden, toch niet wóónden in die schoonheid, hoewel we over tuigd waren van de waarheid, toch ergens in een hoekje van ons hart altijd een steunsel zochten voor ons zelf, om de waarheid steun te ver - lenen. Daarom TERUG NAAR HET ABC naar de simpele orde van de grondlijnen der. H. Schrift en het leven daaruit. Vooral ook het denken van daaruit; want denken is een levens- akte. Ons leven komt, door het denken, pas op het peil van het ons be stemde mens-zijn, van geestelijk bewustzijn en verant- woordelijk heid. En toch kan het verdwalen en zich verstrikken in onvruchtbare problemen. Zo zag de grote Franz Rosenzweig niet alleen in het ‘lernen’ der Talmoedscholen, maar ook in de moderne uitbouw van een ‘Wissenschaft des Judentums’ een do- delijk gevaar. ‘Bildung und kein Ende’ heet de beroemde bro- chure die de stoot gegeven heeft tot de stichting van ‘das jüdi- sche Lehrhaus’ te Frankfurt. Nu is het wel zeker, dat wij ons met het overwoekeren van de specialis men in de wetenschap niet kunnen gaan bemoeien. Heel anders staat het geschapen met het leven. Want daar streven we niet naar een eenheidsconceptie; integendeel, we gaan ervan uit. De eenheid van ons bestaan blijft het veronderstelde bij al wat wij denken en doen. Eertijds, toen wij nog in een cultuur woonden – hoeveel eeuwen is dat geleden? – gold hetzelfde van een volk, zelfs van een continent. Denkende over het bijbels abc, worden we gewaar, hoezeer dit – denk aan de oecumene en aan de zending – continenten in hun contro versen van moraal, volksaard en taal verbindt. Het ferment van die ver- binding blijft (ondanks de misverstanden) de sprake der Schrift, de taal, die ons tot een gelijkgestemde eenvoud brengt. Men weet dan b.v. hoe de mens eraan toe is in zijn bestaan, hoe hij niet boven zich zelf uit kan, hoe hij zelfs niet over zich zelf spreken Bijbels ABC 1-224.indd 22 17-08-16 11:57
23 kan; hij kan zich slechts uitspreken; en als hij zich binnenste bui- ten zou keren, zou het nog slechts een gebaar van noodweer zijn, een vertwijfelde greep naar de zin van zijn bestaan en mis- schien tegelijk een de vertwijfeling doorbrekend vertrouwen op hoop tegen hoop. Zo is de eenvoud, die door de bijbelse een- voud wordt gewekt een vrucht van, geen voorwaarde voor het horen en voor het spellende verstaan van de waarheid, die zich present stelt. Dat moet het geheim zijn van de grote eenvoud die in deze grote tijd over velen vaardig werd. Over eenvoud bestaan intussen zonderlinge misverstanden. De ‘eenvoudigen’ zijn vaak het verst van de eenvoud der Schriften verwijderd. De eenvoud is de eenvoud van het oog, dat de één- heid ziet, de éne bedoeling, de heilsbedoeling, het wélgemeende, het hartelijke. Aan waarachtig eenvoudigen wordt wijsheid ge- leerd; en dan blijken zij zeer dicht bij elkaar te leven en dicht bijeen te zijn zelfs in hun schijnbaar tegenstrijdig streven. De betekenis van de beweging in ons land, om de gemeente te ‘activeren’ allereerst in geestelijke zin, de zin dus o.a. van de bijbelstudie van ‘leken’ lag en ligt in deze door God (via het lo t) ons opgedrongen wending naar DE EENVOUD DE EENHEID DE EENDRACHT. Er is meer eenvoud nodig; maar zij kan niet worden geforceerd door samen te stormen naar de dáád. Er is meer eenheid nodig; zij kan zeker niet worden verkregen door camouflage van geschillen. Er is meer eendracht nodig; zij kan echter zonder de ware een- voud en de ware eenheid niet bestaan. Daarom moeten wij elkáár verstaan; maar om elkaar te verstaan, moeten we eerst samen de Schrift verstaan, hét grondbestek, het bestel, het gebinte, het patroon, het weefsel, en wat daar sche- ring en inslag is. Samen lezen; samen leren; en allereerst dáárin samen léven, daaraan ons hart ophalen. En van daar uit aan de samenleving, samenwerkende, bouwen, zo het ons nog vergund Bijbels ABC 1-224.indd 23 17-08-16 11:57
24 wordt. Men zal zeggen, dat dit een zaak van lange adem zal zijn: samen de Schrift te verstaan! De eeuwen zijn ermee bezig ge- weest en de mensen zijn het niet eens geworden. Dat is zogezegd niet waar; wat ons verenigt als christenen is veel meer dan het- geen ons scheidt. We erva ren dit tegenwoordig weer. Ik zou verder willen gaan: we ervaren weer hoezeer we met Israël verbonden zijn door het heilig Onderricht, dat wij hebben ontvan gen van Godswege. Maar ik zeg bovendien: het zou niet de eerste keer zijn dat de nood in een onverwacht tempo de geesten dreef van een heel volk, van een kerkgemeenschap, van een jeugd, om te grijpen naar het wezen lijke, om van hart tot hart te verkeren met de Boodschap en de Leer. Zo was het in de eerste opgang van de reformatietijd, waarover wij ons nooit genoeg kunnen verbazen. Waar kwam het vandaan, die geestdrift, die persoonlijke zeker- heid, die gemeenschappelijke vreugde en martelaarsmoed? Nie- mand heeft het ‘historisch’ ge peild. Mij dunkt: van een ongetelde schare, geleerden en ongelet terden ; is in meerdere of mindere mate te zeggen, wat Karl Barth zegt in zijn ‘Luther-feier’ (1933): ‘Luther war einfältig… gerade in den kritischen Momenten seines Lebens (und diese waren sogleich die der ganzen Kirchen- und Weltgeschichte)… einfach wie ein Kind, das ein auswendig ge- lerntes Sprüchlein aufsagt und in diesem Augenblick nichts ande- res zu sagen weiss als eben dieses Sprüch lein.’ Dat kan alleen als een mens in hart en nieren gegrepen is door het Woord Gods, dat alle religieuze pronk van eigenwillige of overge leverde zekerheden doorklieft. Maar als men het geloof zelf voor ook een religie houdt, is er geen doorbraak, geen uit- tocht uit het boze of gemoedelijke huis-van-bewaring, dat tra - ditie genoemd wordt, mogelijk. ’t Is toch zo eenvoudig, zou men menen: lezen is leren, leren is denken, denken is uiteinde - lijk horen. Langs dit touw, bevestigd aan onze tralies, laten we ons zakken en zijn op vrije voe ten gesteld. Om in het open veld hórende te staan. Velen roepen om de dáád; het zou kunnen zijn, dat de oerdaad het hóren is, het hóren, waaruit ook eertijds het verzet tegen de Bijbels ABC 1-224.indd 24 17-08-16 11:57
25 tirannie, het martelaarschap, het nieuwe lied, een nieuw diaco- naat, een nieuw belijden en lijden en doen is voortgekomen. En nu: al is het abc niet zélf het wezenlijke, het is de grammatica, onontbeerlijk, om dat wezenlijke ten slotte niet mis te verstaan, zó mis, dat ook de beste verwachting aangaande de daad instort. Voor de hoogste dingen kunnen wij geen plannen beramen. Bereid-zijn is alles! Veel boeken te maken is vermoeienis des geestes. Leren uit het éne, dat is beslissend! Het is tijd, het is de allerhoogste tijd, daarmee ernst te maken, opdat wij sterke weerstand zouden bieden in de boze dag, ‘en alles verricht hebbende, staande blijven’ (Ef. 6:13b). - Bijbels ABC 1-224.indd 25 17-08-16 11:57
bij bels K.H. Miskotte abc K.H. Miskotte bijbels abc kok ‘Bijbels ABC was en is bedoeld om als een windvlaag het oude stof van de bijbelteksten af te blazen. Het is geen knappe hervertelling door een romancier noch een kinderbijbel door een dominee, maar een poging om aandacht te vragen voor de woorden zelf: Hoe zijn de ‘echte’ bijbelteksten op- geschreven, met welke woorden en beelden? Miskotte zoekt in dit boek naar het eigen karakter van de bijbelverhalen, naar de eigen taal van het verhaal, naar de vorm dus – die naar zijn overtuiging uit- eindelijk alles zegt over de inhoud.’ Mirjam Elbers K.H. Miskotte (1894-1976) heeft als predikant en kerkelijk hoogleraar zijn stempel gedrukt op het kerke- lijke en culturele leven van Neder- land in de twintigste eeuw. Hij was van 1921 tot 1945 predikant in de Nederlands Hervormde Kerk en van 1945 tot 1959 hoogleraar te Leiden. ‘Miskotte ging uitbundig om met de taal. Hij overschreed de gren- zen van het gewone taalgebruik om ruimte te kunnen maken voor het lieve leven van dag tot dag. Hij haalde met zijn pen grote woorden strijdvaardig onderuit en werkte tegelijk aan een nieuw, zachtmoe- dig zinsverband. Hij oefende dat in de omgang met Bijbelse verhalen. Die spelde hij als een kind dat net het ABC heeft geleerd en ontdekt wat je allemaal met taal kan doen. Dat kind heeft de toekomst.’ Maarten den Dulk Bijbels ABC is de weergave van een Bijbelcursus die de Amsterdamse predikant K.H. Miskotte (1894-1976) gaf in 1941. Het boek spelde de structuur van de taal en de kernwoorden van het Oude Testament en sprak bemoedigende woorden in oorlogstijd. In de nood van de tijd trok de cursus volle kerken. Bijbels ABC werd in de jaren zestig door de auteur bewerkt en heruitge- geven. Deze editie wordt nu ongewijzigd uitgegeven. Het boek heeft niets aan actualiteit ingeboet en weet ook in deze tijd lezers te boeien. Bijbels ABC is een richtingwijzer voor iedereen die de bijbel gaat lezen: een karakterschets vooraf. Het is dus ook geen goed doorwrocht dogmatiekboek, geen sys- tematische uiteenzetting over de bijbel. Het is slechts bedoeld om de lezer gevoelig te maken voor de eigen woordwereld van de bijbel. NUR 700 ISBN 978 90 435 2736 1 www.kok.nl uitgeverij kok – utrecht kokBObijbelsabc0815.indd 1 11-08-16 13:44