fë~≥ saï, kom eens hier en houd deze paal vast!’ Snel legt Isaï het zware kleed neer als hij ziet dat zijn vader tevergeefs twee palen tegelijk overeind wil houden. Met een paar grote stappen is hij bij hem en grijpt een van de palen stevig vast. Er klinkt een goedkeurend gebrom als Isaï de stok handig vastzet met een touw. ‘De grond is hier beter, vindt u niet? ’ vraagt Isaï. Zijn vader knikt. Tijdens hun lange tocht om het land van Edom was de aarde hard geweest. Het duurde vaak lang voor de pinnen stevig waren vastgeslagen. ‘Als we doorwerken staat de tent voor de zon op zijn hoogste punt is, ’ zegt zijn vader en gebaart hem mee te lopen voor de volgende paal. Hij hoeft niet veel te zeggen, Isaï weet wat hij moet doen. De afgelopen zomer was de wolk boven de tabernakel bijna elke morgen opgestegen, behalve natuur- lijk op de sabbat. Als de wolk in beweging komt, is dat het sein om hun tenten af te breken en verder te reizen naar de plek die El Sjaddai hun zal wijzen. Het zweet gutst van zijn vaders gezicht als hij de volgende pin in de grond slaat. Het is midden in de zomer en de zon is tergend heet. Isaï kijkt om zich heen. ‘Het lijkt of die rotsen hier uit de aarde groeien. ’ Zijn vader humt instemmend. Hij gebaart naar de stapel stenen iets verderop: ‘Moeder en Chana hebben het druk gehad. ’ Isaï grijnst en knikt. Zijn moeder en zusje hebben ze weggehaald zodat niets door hun matten prikt als ze zitten of liggen. Niets is irritanter dan de venijnige punt van een steen in je rug als je wilt slapen. De twee zijn nu nergens te 5 Úf Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 5
bekennen, waarschijnlijk verkennen ze het kamp zodat ze weten waar ze water kunnen halen, en wat nog meer belangrijk is voor al die dingen die vrouwen en meisjes doen. Isaï’s blik dwaalt over de muur van bergen die oprijst aan de rand van de vallei. Her en der steken korte, stevige bomen hun groene kroon de lucht in. Hoe verder ze naar het noor- den reizen, hoe meer groen hij ziet. Hoe zou het zijn om deze bergen te beklimmen? Wat een uitzicht zou hij hebben! En hij zou dichter bij El Sjaddai zijn. Mooi en spannend tegelijk … El Sjaddai is zo groot en heilig dat het beter lijkt om niet te dichtbij te komen. Als zijn vader hem aanstoot beseft hij pas dat er net iets tegen hem gezegd is. ‘Wat zegt u? ’ ‘Hier. ’ Er wordt hem een touw aangereikt. Terwijl Isaï de tentpin door de lus haalt en de paal met het touw vastzet, zegt zijn vader: ‘Ik zei dat het nu niet lang meer duurt voor we in het beloofde land zijn. ’ Zoals altijd beginnen zijn vaders ogen te schitteren als hij over dit land praat. ‘El Sjaddai heeft het beloofd aan de kinderen van Abraham. Hij heeft gezegd dat we veertig jaar in de woestijn zouden leven en die jaren zijn bijna voorbij. Misschien wonen we volgend jaar in huizen van steen. ’ Dan commandeert hij: ‘Houd eens vast. ’ Met de volgende paal in zijn handen vraagt Isaï: ‘Hoe zou het zijn om op een vaste plek te wonen? ’ Zijn vader haalt zijn schouders op. ‘Ik weet het eigenlijk niet. Net als jij ben ik in de woestijn geboren. We kunnen zaaien en het gewas zien opkomen. Gerst, tarwe … misschien planten we wel een paar druivenstruiken. ’ ‘En dadelpalmen, ’ vult Isaï aan. Verlekkerd denkt hij aan de stroperige dadelhoning. ‘Zijn daar trouwens net zo veel stenen als hier? ’ Zijn vader kijkt even op en timmert dan verder. ‘Vast wel. ’ 6 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 6
In dat geval zijn ze eerst wel even bezig met het steenvrij maken van de grond, voordat ze kunnen zaaien en oogsten. ‘Dan hebben we in elk geval genoeg stenen om ons huis te bouwen. ’ Zijn vader lacht breed. ‘Zo is het!’ Met de volgende paal in zijn handen kijkt Isaï naar Sechem, zijn oudere broer. Aan de rand van het kamp legt hij met een paar anderen de laatste hand aan een simpele om- heining voor de schapen en geiten. Ondertussen komen zijn moeder en zusje Chana aanlopen. Ze gaan meteen aan de slag met het openvouwen van de geitenharen kleden die ze straks over de palen en touwen zullen leggen. De dikke, stugge kleden beschutten hen tegen hitte, kou en regen. ‘Isaï!’ Hij schrikt op en pakt het stuk touw aan dat vader hem voorhoudt. ‘Wat zit je toch altijd te dromen, ’ moppert vader. Toch hoort Isaï dat zijn goede stemming niet is verdwenen. Nu ze steeds dichter bij het beloofde land komen, gonst het hele Israëlische kamp van de verwachting die in alle harten leeft. Ze zijn er bijna! Even later bukt hij zich om de zware huiden op te rapen. Zijn tuniek plakt tegen zijn rug. Het grootste kleed vormt het dak. De kleine lappen ruwe stof, met de kleurige patro- nen, komen aan de zijkanten. ‘Dit moet wel recht, ’ vindt zijn moeder en ze trekt aan een van de kleurige kleden die Isaï net heeft bevestigd. Hij doet een stap naar achteren. Baf ! Een tik tegen zijn achterhoofd en de stem van Seri: ‘Kom mee, laat die vrou- wen de tenten maar afmaken. ’ Hij lacht en port zijn neef hardhandig in zijn zij. Zijn moeder kijkt geërgerd op en wappert met haar handen: ‘Toe Isaï, je lijkt nog een kind als je je zo gedraagt. ’ 7 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 7
Hij bloost en bevestigt haastig nog een kleed. Zijn moeder babbelt verder: ‘Het is niet te geloven dat Sechem en Hadassa aan het einde van de zomer gaan trouwen. ’ O nee, zul je zien dat zijn moeder er straks weer over begint. De twinkeling in haar donkere ogen verraadt dat ze zin heeft om hem te plagen. Handig ordenen zijn moeders handen de kleden, maar dan buigt ze zich naar hem toe: ‘Heb jij al een meisje op het oog, zoon? ’ Daar heb je het al. Hij slaakt een diepe zucht. Zijn moeder doet er nog een schepje bovenop: ‘En jij, Seri? ’ Ook zijn neef voelt zich ongemakkelijk. Isaï ziet het aan zijn handen die de stof van zijn tuniek fijnknijpen. Toch pocht Seri: ‘Ik weet niet wie ik moet kiezen, ze willen mij allemaal wel. ’ Zijn moeder begint te lachen: ‘Dat zal wel. Ga maar, jongens. ’ Opgelucht haast Isaï zich achter Seri aan. Snel als een berggeit manoeuvreert Seri tussen de half op- gezette tenten door. De lucht zindert van alle stemmen en het gehamer. Op dit moment is het een chaos, maar iedereen heeft een vaste plek. De tent van vader staat tussen de andere tenten van Manasse, de stam waar zij bij horen, aan de achterkant van de tabernakel. Aan de ene kant staan de tenten van de nakomelingen van Efraïm en aan de andere kant ligt de woestijn. Als Seri plotseling stilstaat, botst Isaï bijna tegen hem op. Hij duwt hem aan de kant: ‘Loop eens door, man!’ Seri lijkt hem niet te horen en bukt zich. Hij pakt iets glinsterends op, verstopt het tussen de vouwen van zijn tuniek en zet er weer de pas in. Nieuwsgierig stapt Isaï achter hem aan: ‘Wat was dat? ’ ‘Niets, ’ snauwt Seri. 8 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 8
Seri denkt toch zeker niet hij hem gelooft? Het liefst wil hij hem inhalen zodat hij kan zien wat zijn neef gevonden heeft, maar hij vertikt het om als een klein kind achter hem aan te hollen. Hij vertraagt zijn pas en overweegt rechts- omkeert te maken als Seri hem roept: ‘Isaï, kom!’ Zijn neef staat stil onder een acaciaboom, in de schaduw. ‘Nou? ’ bromt hij als hij bij Seri is. Zijn neef opent zijn hand. Isaï wil pakken wat erin ligt, maar Seri trekt zijn hand weg. ‘Laat zien, ’ commandeert Isaï. ‘Hij is voor mij, ’ zegt Seri beslist. Isaï haalt zijn schouders op, alsof het hem niets kan schelen. ‘Dat moet jij weten. ’ Zijn neef trekt een grimmig gezicht en als hij zijn hand naar boven beweegt, ziet Isaï dat het een mes is. Seri houdt het onder zijn kin en daarna voor zijn gezicht. Het mes heeft een krom lemmet en een fijn bewerkt handvat waarin glinste- rende, turkooizen stenen zijn bevestigd. Isaï hapt naar adem. De steentjes zijn prachtig en hij moet ze even met zijn vinger aanraken. Hij fluistert: ‘Degene die het kwijt is, zal zo’n mes snel missen. ’ De grijns op Seri’s gezicht verdwijnt. Geërgerd steekt hij het mes achter zijn gordel en verstopt het weer in de plooien van zijn tuniek. ‘Het is voor mij, ’ herhaalt hij. Als Isaï iets wil tegenwerpen, trekt Seri hem aan de mouw. ‘Kom, ik weet iets leuks. ’ Isaï laat zich meevoeren naar de buitenste tenten van hun stam. Hij wist het zweet van zijn voorhoofd. Ondanks dat de zon nog niet op zijn hoogste punt staat, is het al broeierig heet. Het lijkt of de hitte van de bergen af stroomt, zo de vallei in. Zijn gedachten zijn nog bij het mes. Op een dag zal de eigenaar ontdekken dat Seri het in zijn bezit heeft. En wat 9 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 9
zal er dan gebeuren? Isaï heeft er sowieso geen goed gevoel over. Gebukt verdwijnt Seri achter een paar rotsen aan de rand van het kamp. Als Isaï naast hem is gekropen, wijst Seri naar een man die langzaam een touw met een pin vastzet in de grond, net zoals Isaï even daarvoor met vader heeft gedaan. Het is Machir, een man die erom bekendstaat dat hij altijd als laatste zijn tent heeft staan. Zorgvuldig knoopt Machir een touw vast aan de paal die de tent overeind moet houden en buigt zich over de pin. Na een paar stevige klappen komt Machir overeind, streelt zijn baard en bekijkt zijn werk. Dan loopt hij traag naar de andere kant van de tent om de palen daar wat meer houvast te geven. ‘Dit wordt lachen, ’ fluistert Seri en voor Isaï kan reageren, kruipt hij achter de rots vandaan, naar de half opgezette tent. In de opening van de tent ernaast ziet Isaï een stukje van de rug van de buurman. Als het goed is kan hij niets zien van wat Seri doet, maar wat als hij zich iets draait? Er kriebelt een lach in zijn keel als Seri aan de pin wrikt en hem uit de grond trekt. Al snel zakt het dak van de tent in. Het volgende moment is Seri weer bij hem, achter de rots. Isaï’s hart klopt in zijn keel. Ze volgen de bewegingen van Machir die aandachtig een paar palen vastzet en dan tot de ontdek- king komt dat de andere kant van de tent half is ingezakt. Even kijkt hij om zich heen en Isaï duikt weg. Als ze weer durven te kijken is Machir opnieuw bezig de pin in de grond te slaan. Isaï smoort het geluid van zijn lach met zijn tuniek en moet nog harder lachen als Seri achter zijn hand hinnikt: ‘Zag je zijn gezicht? ’ Als ze bedaard zijn, zegt Seri: ‘Nu jij. ’ Meteen breekt het zweet hem uit. ‘Toe, Isaï, of ben je een bangerik? ’ 10 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 10
Hij kent de blik in Seri’s ogen. Hij zal niet stoppen voordat Isaï een van de pinnen uit de grond heeft getrokken. Zenuw- achtig wrijft hij over zijn wang, er klinkt een raspend geluid door de haren die eindelijk zijn gaan groeien en laten zien dat hij een man aan het worden is. ‘Welke pin zal ik pakken? ’ fluistert hij. ‘Dezelfde. Als Machir weer naar de andere kant loopt. ’ Isaï slikt. Wat als iemand hem ziet? Zijn handen spelen met een kwastje dat moeder aan de hoek van zijn mantel heeft genaaid. Hij schrikt als Seri op zijn friemelende vingers slaat en sist: ‘Nu!’ Ook geeft Seri hem nog een harde duw waardoor hij de beschutting van de rots al mist. Binnensmonds scheldend op zijn neef haast hij zich naar de tent. Zijn handen zijn glad als hij de pin uit de grond probeert te trekken. Machir heeft hem vast dieper in de grond geslagen. Hij rukt aan het touw en zijn hart bonkt zo hard dat hij bang is dat Machir het kan horen. Opeens schiet de pin toch los! Snel rent hij terug naar de rots, maar hij is zo gehaast dat hij met zijn tenen tegen een steen stoot. Hij negeert de pijn en vliegt bijna naar hun schuilplaats. Als hij achter de rots zit, omknellen zijn handen zijn tenen. Seri houdt gnuivend de tent in de gaten. Zonder zijn voet los te laten steekt Isaï zijn hoofd boven de steen uit zodat hij het ook kan zien. Met zijn handen in de zij staat Machir beteuterd bij zijn verzakte dak. Dan bukt hij zich om de pin te bekijken en als Seri zijn lachen niet meer kan inhouden, kijkt hij op. Isaï trekt zich snel terug achter de rots. Te laat, Machir ziet hem. Hij moet hier weg! Haastig krabbelt hij overeind en maakt zich uit de voeten. Hij is nog geen paar stappen ver als hij een kreet hoort van Seri. Als hij zich omdraait, kan hij zijn grijns niet onderdrukken. Machir heeft Seri vast bij de hals van zijn tuniek en de benauwde 11 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 11
blik in de ogen van zijn neef zorgt dat de lachkriebel weer in zijn keel zit. ‘Kom jij ook maar!’ Berustend loopt Isaï loopt naar hen toe. Hij kan Seri niet zo bij Machir achterlaten. Seri kreunt: ‘Laat me los. ’ Maar Machir snuift alleen en verstevigt zijn greep. ‘Hebben ze weer wat uitgevreten? ’ roept de buurman van Machir, die hen nu wel ziet. ‘Pak ze maar flink aan. ’ Machir knikt en lacht berekenend. ‘Ik heb twee goede hulpen gekregen. ’ De buurman lacht mee: ‘Zet ze maar aan het werk. ’ Machir blijft met zijn armen over elkaar staan terwijl hij aanwijzingen geeft. Isaï drapeert een zwaar kleed over de touwen en moppert inwendig op zichzelf. Dit had hij net zo goed voor zijn moeder kunnen doen, dan had ze hem daarna misschien een koek met dadelhoning toegestoken. Daar hoeft hij nu niet op te rekenen. Stom van Seri om zich te laten pakken! Chagrijnig komt hij weer bij de tent van zijn vader. Terwijl hij braaf Machir aan het helpen was, is Seri ertussenuit ge- knepen. ‘Sjalom zoon, wat hebben jullie nu weer uitgehaald? ’ vraagt zijn vader. Hoe weet hij dat nu weer? Hij haalt zijn schouders op. ‘Als je alleen terugkeert, is het meestal hommeles, ’ verzucht zijn vader. ‘Hoelang ga je hier nog mee door? ’ Ja, hij weet het. Hij is te oud voor dit soort dingen. ‘Ik heb het al opgelost, vader. ’ De donkere blik van zijn vader doet hem ineenkrimpen. ‘Weet je het zeker? ’ Hij knikt. Machir was tevreden over zijn tent toen hij vertrok. Het zal Isaï verbazen als hij nog zijn beklag zal doen 12 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 12
bij zijn vader. De woorden die Machir tegen zijn vrouw sprak, echoën nog na in zijn oren: ‘De tent heeft niet eerder zo stevig gestaan. De volgende keer mag hij weer helpen. ’ Hij schenkt een kom vol water en laat zich op de mat zakken naast zijn vader. Het is heerlijk in de schaduw. Eigenlijk had hij zich voorgenomen Seri op te zoeken en hem eens flink de waarheid te zeggen, maar hij zit hier prima. Hij schrikt als zijn vader een hand op zijn schouder legt en het water bijna uit zijn kom golft. Zijn vader zegt: ‘Als je je hebt misdragen, mag je net als vroeger manna gaan rapen. ’ ‘Ja, vader. ’ Isaï fronst zijn wenkbrauwen. Zal zijn vader hem echt mee op pad sturen met Chana? Het zou echt verschrik- kelijk zijn om tussen al die vrouwen en meisjes te gaan rapen. Daar is hij echt te oud voor! Als hij opzij kijkt ziet hij echter pretlichtjes in zijn vaders donkere ogen. Gerustge- steld neemt hij een slok water en geniet van het vocht dat het stof in zijn keel wegspoelt. Eerst uitrusten en dan zal hij Seri opzoeken. Even ziet hij het mes met de prachtige turkooizen steentjes weer voor zich. De kans is klein dat hij Seri kan overtuigen om de eigenaar te zoeken, maar om het achter te houden? Daar komen gegarandeerd problemen van. 13 Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 13
iÉáä~ et pad slingert zich voor Leila uit, om de berg heen. Nog even en dan kan ze in de schaduw van de berg uitrusten, net als het vee. Al de hele ochtend is ze op pad met de geiten en schapen van haar vader, haar benen voelen zwaar van het laatste stuk dat ze moest klimmen. Gerouti- neerd mikt ze een klein steentje in de richting van een te ver afgedwaalde jonge geit. Hij schrikt als het vlak voor zijn poten tegen de rotsen ketst en maakt een potsierlijke sprong opzij. Ze lacht hardop en roept goedmoedig: ‘Kom, lelijkerd!’ Ze grist nog een steentje uit het kleine zakje om haar gordel, maar na een aarzeling gaat het beest al mekkerend terug naar de kudde. Zijn vacht is een mengeling van zwarte, witte en bruine haren. Ook al houdt vader meer van geiten met een egale vacht – hun haar is kostbaarder wanneer het een- maal tot garen is verwerkt – zij heeft een zwak voor dit beest. Het is nieuwsgieriger dan zijn soortgenoten. In zijn korte leventje heeft ze al heel wat steentjes naar hem moeten gooien. De band van de geitenleren waterzak snijdt in haar schou- der en ze snakt ernaar om het ding naast zich neer te leggen. Tenminste, nadat ze het grootste deel eruit heeft gedronken. Als ze de bocht om is, staat ze ineens stil. Ze hapt naar adem. Het anders zo rustige dal is veranderd in een kronkelende mierenhoop! Een enorm tentenkamp heeft zich uitgespreid over de vallei. Zo’n groot kamp heeft ze nog nooit gezien. In het midden staat een grote tent en het lijkt of de wonderlijke wolk doelbewust daarboven heeft stilge-houden. Maar dat kan toch niet? 14 e Binnenwerk De dromer en het slangenmeisje_Opmaak 1 05-03-19 16:04 Pagina 14