inhoud Boek 1: juf in de pan (AVI M3) Boek 2: bom in de klas (AVI M3) Boek 3: geef juf aan mij! (AVI E3) Boek 4: ga niet in dat gat! (AVI E3)
7 AVI-BOEK•AVI-BOEK•AVI-BOEK•AVI-BOEK•AVI-BOEK•
9 inhoud 1. geen zin . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 2. koel plan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 3. geef geen kik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 4. stap niet in een drol . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 5. waar is de juf? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 6. bak de juf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 7. eet een neus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 8. ruik ik een kind? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 9. ren juf fiep! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 10. ijs voor groep 3 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
11 1. geen zin ‘ik heb geen zin’, zegt juf fiep. ‘ik geef geen les. het is te heet. te heet voor taal. te heet voor een boek. te heet voor een som. ik doe het niet meer. ik ben het zat. ik geef geen les. ’
1212 juf fiep zit lui in haar stoel. ‘zo’, zegt ze. ‘wat gaan we doen? zeg het maar. groep 3 is de baas. ’ ‘dat kan niet, juf fiep’, zegt eef. ‘wij zijn niet de baas. u bent de baas. en u moet voor de klas. ik wil les. ’ ‘ik niet hoor’, zegt saar. ‘ik ook niet’, zegt kas. ‘niet weer maan roos vis. niet weer sok pen teen. ik ben het zat. ik ben zat van die teen. ik ben zat van de sok. ’ ‘ik ook’, zegt juf. ‘het is tijd voor iets leuks. goed, klas. wat gaan we doen? waar gaan we heen? ’
13 2. koel plan ‘ik wil naar zee’, zegt kas. ‘ja, naar zee!’ roept saar. ‘dat is koel! ik duik in een golf. ik vang een vis. ik maak een vuur. ik eet de vis op. goed plan. we gaan naar zee. ’ ‘nee’, zegt rik. ‘ik weet wat. naar de ijs-baan! daar is het koud. ’ ‘of naar de film’, zegt roos. ‘een film van een ijs-beer. op de noord-pool. brrr. koud. ’
14 ‘nee, niet naar de film’, zegt kas. ‘maar echt naar de pool. dat is pas leuk. ’ ‘ik weet het niet’, zegt juf fiep. ‘is dat niet eng? wat als er een beer is? een ijs-beer? wat als hij trek heeft? wat als hij mijn klas op eet? ’ ‘wees maar niet bang’, zegt kas. die beer eet ons niet. die beer eet u, juf fiep. ha ha. ’ ‘ho ho’, zegt juf fiep. ‘die beer eet mij? ’ ‘ja juf fiep’, zegt kas. ‘het is niet leuk voor u. maar ja. zijn maag is leeg. en dan ruikt hij ons. ha, zegt hij dan. ik ruik vlees. hij sluipt op de geur af. hij ziet ons. hij ziet u.
15 en dan zegt hij: “wat kies ik? een klein kind? of juf fiep? die juf fiep heeft veel vlees. dat is niet gek, zo veel vlees. die neem ik maar. ” hij grijpt u. en dan eet hij u op. wat een pech. voor u. niet voor ons. ’ kas lacht. ‘kas’, zegt juf fiep. ‘wat ben je toch lief. je bent een schat. maar wacht. zei je nou veel vlees? zei je dat ik dik ben? ’ juf fiep gooit een spons. kas duikt snel weg. ha, dat was mis!
1616 3. geef geen kik ‘ik weet het nog niet’, zegt juf fiep. ‘de zee is te ver. de film is te duur. de noord-pool is te eng. de ijs-baan is dicht. denk toch eens na. kom op klas. ’ saar steekt haar hand op. ‘ik weet het, juf fiep. we gaan naar het bos. het bos is niet ver. het is er koel. er komt geen zon. er is een meer. ’ ‘ja!’ roept koos. ‘naar het bos. naar het meer. vet koel, juf fiep. doen we dat? ’ ‘het bos . . . ’ zegt juf fiep.
1717 ‘mij lijkt het goed. maar groep 3 is de baas. ’ ‘ik wil niet naar het bos’, zegt eef. ‘ik wil les. ’ ‘ik niet’, zegt kas. ‘ik wil naar het bos. ’ ‘ik ook’, zegt saar. ‘vet!’ roept rik. ‘goed’, zegt juf fiep. ‘dan gaan we naar het bos. ’ ‘ik ga niet mee’, zegt eef. ‘jij gaat wel mee’, zegt juf fiep. ‘kom op, klas. pak je sap. pak je koek. zet je pet op. de zon is fel. zijn we klaar? goed. dan gaan we. maar pas op. heel stil zijn. sluip op de gang. als de juf van groep 8 ons hoort . . . dan is het mis. ’
1818 sluip . . . sluip . . . sluip . . . ssssssst . . . geef geen kik. lach niet. bots niet. val niet. wees stil als een muis.
1919 daar is de hal. snel! de deur door. de zon in. jes! groep 3 is weg. groep 3 is vrij!