4 © 2018 Den Hertog B. V. , Houten ISBN 978 90 331 2895 0 www. uitgeverijdenhertog. nl Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opge- slagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij digitaal, elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
5 INHOUD 1. Kweektuingeluk – 9 Moedergeluk 10 - Houden van moeder-zijn 11 - Geluk zoeken in omstandigheden 12 - Roeping 13 - Verwachting 13 - De eeuwigheid op ons netvlies 14 - Over dit boek 15 Deel 1 Als Eva. Roeping en verwondering in je huwelijk 2. Heb ik een roeping in mijn huwelijk? – 21 Onderdanig zijn 21 - Waarom is je man de leider? 23 - Een bijzondere afbeelding 24 - Het probleem met onderdanigheid 25 - Geschapen als helper 25 - Hoe help ik hem? 26 - Respect voor je man 27 3. Je huwelijk in zwaar weer – 30 Zwaar weer? 30 - Alles anders 32 - De geestelijke strijd 33 - De wapens van de boze 34 - Gods wapens 36 - Overwinning 37 4. Intimiteit in je huwelijk – 40 Een kind met pijn 41 - Je laten kennen 41 - Communicatie 43 - Barrières 44 - Kwetsbaar zijn kun je leren 46 - Lichamelijke intimiteit 48 - Tot Gods eer 48 Deel 2 Als Jochebed. Roeping en verwondering in je moederschap 5. Heb ik een roeping voor het moederschap? – 55 Geloven in het donker 55 - Moeder aller levenden 56 - Moeder zijn is genade 57 - Het grote doel 58 - En die vloek dan? 59 - Moeder zijn in Gods Koninkrijk 61 - Drijfveren 62 6. Onze kinderen leren Wie de Heere is – 65 Verborgen voor de Farao 65 - Verborgen voor de wereld 66 - Leren Wie God is 67 - Huisgodsdienst 69 - Godsbeeld 70 - Spreken over God 71 -
6 Kinderen leren bijbellezen en bidden 72 - Door het geloof 73 - Vragen uitlokken 74 - Vertellen over Gods daden 75 7. Van wie zijn onze kinderen? – 78 Erfdeel 79 - Bezitter-moeder 79 - Moeder als medearbeider 80 - Gedoopt 83 - Oneindig veel veiliger 84 8. Onze kinderen leren wie ze zelf zijn – 86 Ze lijken op ons 86 - Jezelf leren kennen 87 - Gezag 88 - De buitenkant opvoeden 89 - Opvoeden van het hart 90 - Wijzen op het kruis 91 - Grachten graven 93 9. Kinderen koesteren – 96 Onkruid 97 - Koester wat waarde heeft 103 Deel 3 Als Martha en Maria. Roeping en verwondering in je huis 10. Heb ik een roeping in mijn huis? – 109 Resultaat 109 - Bezoek in Bethanië 110 - Prijzenswaardig 111 - De ‘perfecte’ huisvrouw 113 - Onbelangrijk 114 - Huishouden met de eeuwigheid op ons netvlies 116 - Waarin is de hoop? 117 11. Je huis koesteren – 119 Een woonblad-waardig huis 119 - Je huis bouwen 120 - Je huis bouwen of afbreken met woorden 121 - Je gezin te eten geven 122 - Vieren aan tafel 124 12. Je huis een herberg? – 126 Niet perfect 126 - Een plek om er voor anderen te zijn 128 - Danken en delen 130 - Niet comfortabel 132 - Je huis als zendingsveld 134 - De huisgenoten des geloofs 136 13. Het beste deel – 139 Alleen dienen 139 - Doen of zijn 140 - Liefdedienst 141 - De aarde van onze ziel 142 - Binnenkamer 144 - Stille tijd van een moeder 146 - Een altaar in huis 148
7 Deel 4 Leven in de tussentuin. Roeping en verwondering voor moeders tussen het eerste en het tweede paradijs 14. De tuin van je leven – 153 Geschapen om te bebouwen 154 - Jouw tuin 155 - Knieënwerk 158 - Zaaien in het licht van de eeuwigheid 158 - Vijf broden en twee visjes 160 - Roeping en verwachting 161 15. Doe ik het goed? – 163 Vergelijken 163 - Surrogaat 164 - Wie staat in het middelpunt? 165 - Perfectie versus goed genoeg zijn 167 - Afhankelijk 168 - Niet genoeg 169 - Met Hem gekruisigd 170 16. Zaaien met tranen, maaien met gejuich – 173 Efficiënt moederschap 173 - Handenbinders 174 - Stervend leven 175 - Het tarwegraan 177 - Voor het Koninkrijk 178 - Zaaien en maaien 179 - De tussentuin 180 - Alle dingen nieuw 181 Dank – 184 De moeders uit dit boek – 186 Noten – 192
8
9 H OOFDSTUK 1 K WEEKTUINGELUK M ama! Tomaatjes!’ Het enthousiasme roept me naar de tuin. Twee blonde meisjes staan op hun tenen bij het moestuinrek. ‘Kijk mam! Er zijn echt tomaatjes!’ En inderdaad, een groen trosje hangt tri- omfantelijk aan een takje van de tomatenplant. ‘Mogen we ze plukken? ’ ‘Nee!’ schrik ik. ‘Die zijn nog lang niet klaar. Ze moeten nog groeien en het zonnetje moet er eerst nog een poosje flink op schijnen zodat ze mooi rood worden. Dan worden ze pas lekker. ’ De dames onderzoeken intussen de andere tomatenplanten of er al vruchten te zien zijn. En ja hoor, op één na hebben alle planten hun eerste trosjes. ‘We gaan elke dag kijken of ze al rood zijn, ’ beslist onze vijfjarige. ‘Nou, je moet nog een hele poos geduld hebben. Tomaatjes hebben rust en tijd en zonlicht nodig om rijp te worden. Weet je wat je wel elke dag mag doen? ’ Ze knikt heftig. ‘Water geven natuurlijk!’ Dit is een van die leuke momenten in de tuin. Het ontdekken en genieten van alles wat groeit. Vrucht zien op je werk. De verwondering en het en- thousiasme van de kinderen gadeslaan. Maar er zijn ook momenten dat ik tuinieren helemaal niet leuk vind. Bijvoorbeeld als alle sla aangevreten is door slakken. Of als we vol verwachting de radijsjes gaan oogsten, maar ontdekken dat er iemand ondergronds al van een feestmaal heeft genoten. Of als mijn geliefde pioenroos doodgevroren blijkt te zijn. Dan zucht ik: ‘Ik ben hier ook helemaal niet geschikt voor. ’ En dat is ook zo. Mijn ene opa was boomkweker en mijn andere oma had
10 een prachtige bloementuin bij haar huis in de polder. Er kwam eens een verslaggever van Libelle langs die spontaan een reportage maakte toen hij haar buiten bezig zag. Mijn moeder houdt ook van tuinieren. Ik niet. Ik weet niets van planten en bloemen en ik vind het veel werk, waar je vieze handen van krijgt. Het enige wat ik voor ons huwelijk had verzorgd was een vetplantje en ik presteerde het om zelfs dat weg te laten kwijnen. Maar we kochten een huis en kregen een tuin en als het voorjaar in de lucht zit, krijg je zin om daar iets te zien groeien en leven en bloeien. Bakken getimmerd, grond gekocht, zaadjes gezaaid. Ik zou wel eens even tuinieren! Hoe moeilijk kon dat zijn? Maar dat viel tegen! Er groeide van alles, maar ook veel onkruid. Niets deed wat ik wilde. En wat deden al die beesten tussen mijn groenten? Hoe langer we bezig waren, hoe meer we ontdekten dat tuinieren niet simpel is en hoe meer ik ontmoedigd raakte. Had iemand me misschien kunnen vertellen dat de werkelijkheid niet zo eenvoudig is als het boekje? Moedergeluk Ik geloof dat het leven van een moeder op tuinieren lijkt. Het is prachtig! Wat een zegen dat de Heere me een man heeft gegeven om lief te heb- ben en mee samen te zijn. Kinderen om te koesteren, voor te zorgen, op te voeden en van te genieten. En een huis om een thuis van te maken. Ik houd zielsveel van onze kinderen. Ik geniet intens van hun lachjes, eerste stapjes en gesprekjes. Ik zie hen opgroeien, leren, zich ontwikkelen. Een eerste verjaardag, een kleverig kusje op mijn wang, een knutselwerkje speciaal voor mama, uitgestrekte armpjes vanuit een ledikant, leren praten, fietsen, lezen. Het maakt me blij, trots, gelukkig. Dat zijn de leuke momenten van het leven als moeder. Maar er zijn ook andere momenten. Dagen dat ik uitkijk naar het moment dat mijn man thuiskomt, zodat ik het niet meer alleen hoef te doen. Dagen waarop ik een zucht van verlichting slaak als de kinderen in bed liggen en ik ein-de-lijk rust heb. Dagen waarop ik medelijden heb
11 met mezelf omdat de kinderen ruziemaken, omdat de stapel was maar niet kleiner wordt, of omdat de kinderen wéér niet luisteren. Dagen dat ik me realiseer dat ik mijn man meer als huisgenoot behandel, of als collega, dan als mijn echtgenoot. Het was aan het einde van zo’n dag dat ik ergens de uitspraak las:Alle moeders houden van hun kinderen, maar niet alle moeders houden van het moederschap. Ging dat over mij? Ik vond onze kinderen de leuksten van de wereld, ik deed enorm mijn best om het goed te doen als moeder, ik probeerde een liefhebbende echtgenote te zijn en het huis enigszins leefbaar te houden . . . Maar hield ik wel echt van wat ik aan het doen was? Was ik een gelukkige moeder? Houden van moeder-zijn Ik voelde me niet zo’n blije moeder toen ik een kleutertekening van viltstift vond op mijn pas behangen slaapkamermuur. Of toen ik voor de vijfde keer in een nacht gewekt werd door een verkouden kind. Die vreugde is ook ver te zoeken op het moment dat ik eten probeer te koken en een peuter een zakje koffieprut uit de prullenbak over de keukenvloer smeert, terwijl dochterlief vanaf de wc schreeuwt dat ze klaar is en of mama nú wil komen. En dan zijn dat nog maar een paar van die kleine voorvallen die achteraf wel grappig zijn. Dan heb ik het nog niet eens gehad over de echte zorgen die het moederschap kan meebrengen. Als ik eerlijk was, had ik soms het gevoel dat mijn rol, mijn leven als moeder niet echt bij me paste, dat ik er niet goed in was. Ik moest erkennen dat ik me soms moeder voelde tegen wil en dank. Als ik op het schoolplein om me heen keek, vroeg ik me af waarom al die andere moeders het nu wel voor elkaar hadden. Waarom zij wel op hun plek leken te zijn als moeder. En waarom ik niet? Ik had soms het gevoel dat
12 ik maar een beetje deed alsof. Dat ik hier gewoon niet geschikt voor was. Waarom ging het in mijn huwelijk, de opvoeding van onze kinderen en mijn huishouden niet gewoon volgens het boekje? Had iemand me misschien kunnen vertellen dat moederschap zó ingewikkeld kan zijn? Geluk zoeken in omstandigheden Ik probeerde de afgelopen jaren bewust of onbewust verschillende stra- tegieën uit om meer te gaan houden van het moederschap: • proberen zo min mogelijk last te hebben van onze kinderen (toen werd ik onaardig); • het moederschap ‘erbij doen’ terwijl ik mijn vreugde zocht in andere dingen (dat kostte me veel energie en gaf me weinig voldoening); • de successen van onze kinderen als mijn persoonlijke succes zien en leven van wat mijn kinderen allemaal deden en konden (toen raakte ik teleurgesteld); • de perfecte moeder en echtgenote zijn en het perfecte huis hebben (dat duurde niet lang; het werd een desillusie en maakte me uitgeput). Geen van deze dingen bracht de vreugde die ik zocht. Het is niet afhanke- lijk van de grootte van ons gezin, de ruimte in ons huis of het gedrag en de gezondheid van onze kinderen of we vreugde vinden in het moeder- zijn. Het is ook niet afhankelijk van hoe groot of klein ons budget is, of we waardering voor ons werk krijgen of niet en of we voldoende vrije tijd hebben. Die dingen kunnen ons leven misschien wel makkelijker maken. Maar echte vreugde is niet afhankelijk van de omstandigheden. Ik geloof dat er twee kernwoorden zijn die helpen om vreugde en rust in ons moederschap krijgen. Roeping en verwachting. Als we onze roe- ping in ons huwelijk, ons gezin en ons huis gaan zien en aanvaarden, en álles van de Heere leren verwachten, kunnen we echt gaan houden van het moeder-zijn.
13 Roeping ‘Roeping? ’, denk jij misschien. ‘Het moederschap is me overkomen. We hoopten dat we kinderen zouden krijgen en we hebben ze gekregen . . . Ik heb daar nooit een roeping voor gevoeld. ’ Als je graag tomaatjes wil eten uit eigen tuin, moet je ze zaaien. Je wil weten hoe je dat moet doen. Je leest erover en gaat aan het werk. Je zorgt voor goede, vochtige aarde en gaat zaaien, uitdunnen, ompotten, afharden, opbinden, dieven en dagelijks water geven. Als je dat niet doet, kun je lang wachten, maar dan wordt het niets met die tomaten. Voor ons leven als vrouw en moeder kunnen we nergens meer leren dan in de Bijbel. In Gods Woord lezen we wat Zijn wil is voor ons hart en ons leven. Het lijkt misschien niet makkelijk om die bijbelse princi- pes toe te passen op ons, vrouwen van nu. Maar hoewel ons leven, onze ideeën en onze gedachten gevormd zijn door de tijd waarin we leven, maakt dat de bijbelse boodschap niet minder waar. Dit boek wil je laten zien, geholpen door de levensverhalen van vier vrouwen uit de Bijbel, wat de betekenis is van de bijbelse roeping voor jonge vrouwen vandaag. Waartoe roept de Heere ons in ons huwelijk, in de opvoeding van onze kinderen, in ons huis en in ons hart? Wat zaaien we in onze moedertuin? Hoe zorgen we voor de plantjes? Verwachting Ik hoop dat je door het lezen geïnspireerd en bemoedigd zal worden. Maar vooral hoop ik dat je blik tijdens het lezen steeds wordt meege- voerd naar boven. Als we alleen kijken naar onze roeping, naar de dingen die de Heere van ons vraagt, worden we óf hoogmoedig óf moedeloos. Hoogmoedig, omdat we denken dat ons leven aardig in lijn is met onze bijbelse roeping. Of moedeloos omdat onze ogen geopend zijn voor al ons tekort en al onze zonden. Wie kan echt leven naar de wil van God, naar Zijn roeping voor ons? Daarom slaan we onze blik naar boven. Wie tomaten zaait en alles
14 doet wat je doen moet om tomaten groot te brengen, is afhankelijk van zon en warmte. De zon en de temperatuur hebben we zelf niet in de hand. Als de zomer nat en koud is, oogst je geen roodzoete tomaten. Geen enkel moestuinboek geeft een succesgarantie. We zijn ondanks al onze eigen in- spanningen afhankelijk van Gods zorg en zegen. In de tuin en in ons leven. De Heere zegent ons, rijkelijk, onverdiend. Opdat we ons verwonderen! Daarom slaan we onze blik naar boven. In 2 Koningen 3 lezen we de geschiedenis van drie koningen die met grote legers en veel vee zeven dagen de woestijn in zijn gereisd. En dan hebben ze geen water! De profeet Elisa geeft hun een opdracht van God. Ze moeten grachten gaan graven in die gortdroge woestijn, waar geen druppel water is en waar niets groeit of bloeit. Wat een zinloze opdracht lijkt dat! Wat een uitputtende en vervelende klus! Maar als die soldaten gaan doen wat de Heere van hen vraagt, al begrijpen ze niet waarom, dan werkt de Heere het wonder. De volgende morgen staan de grachten vol helder, leven- gevend water. Zijn trouw is die dag nieuw! Alles wat we kregen in ons huwelijk, ons gezin en ons huis, is van de Heere. Daarom moeten we weten wat onze roeping is. Daarom mo- gen we biddend werken, elke dag opnieuw. Wij worden geroepen om te zaaien en te zorgen voor alles wat God ons gaf, zoals je dat doet in je tuin: uitdunnen, ompotten, afharden, opbinden, dieven en dagelijks water geven. En daarom mogen we de zegen, het wonder van de Heere verwachten. Zijn trouw is elke dag nieuw. De eeuwigheid op ons netvlies We zijn vaak zo bezig met ons kleine verhaal, ons zo belangrijke leven. Dit boek wil je blik richten op het grote verhaal, de werkelijkheid van Gods Woord, van Genesis tot Openbaring, waardoor ons kleine verhaal in perspectief van de eeuwigheid komt te staan. Niet met de hoofdvraag: ‘Wie ben ik? Wat kan ik doen om een goede moeder te zijn? ’
15 Maar: ‘Van wie ben ik? Wat vraagt de Heere van mij? Verwacht ik alles van mezelf of van Hem? ’ Van Jonathan Edwards is het gebed bekend: O God, prent de eeuwig- heid op mijn netvlies. Met de eeuwigheid op ons netvlies staat alles in perspectief. Al die uiterlijke criteria waarmee we onszelf beoordelen en vergelijken met anderen zijn dan niet meer belangrijk. Met de eeuwig- heid op ons netvlies gaat het om de eer van God en om het behoud van onszelf, onze man, onze kinderen en al die anderen om ons heen. Met de eeuwigheid op ons netvlies ligt daar onze taak én onze vervulling. In dit boek vind je geen ‘tien stappen om goed te leven’. Alleen een verandering van je gedrag geeft je geen gerichtheid op de eeuwigheid. Je kunt het jezelf niet aanleren. Er is een verandering van je hart, van je be- staan nodig. En dat is mogelijk! Het is Goede Vrijdag geweest. De Heere Jezus stierf aan het kruis en er is vergeving mogelijk voor de grootste van de zondaren. En het is Pasen geweest. Jezus leeft! Hij is Priester en offerde Zijn eigen leven. Hij is Profeet en wil ons onderwijzen, en ons leren de eeuwigheid op ons netvlies te bewaren. Hij is Koning en wil ons hart, ons leven en ons gezin regeren, zodat we niet meer ons eigen koninkrijk opbouwen maar deel mogen worden van Zijn Koninkrijk. Zijn trouw is van eeuwigheid en elke dag nieuw. Over dit boek In het eerste deel lees je aan de hand van het leven van Eva over je roe ping in je huwelijk. Waarom eerst drie hoofdstukken over het huwelijk in een boek over moederschap? Omdat ons moederschap er niet zou zijn zonder ons huwelijk. Omdat ons huwelijk het verbond is dat door de Heere werd gegeven, waarop ons gezin rust. Omdat de manier waarop we moeder zijn heel veel te maken heeft met de manier waarop we in ons huwelijk staan. En omdat ik, en veel andere moeders met mij, gemerkt heb dat een huwelijk niet vanzelf goed gaat, zeker niet als je kinderen gekregen hebt. In het tweede deel lees je wat we van het leven van Jochebed kunnen
16 leren over onze roeping in ons gezin. Wat is onze roeping voor onze kinderen? Wat leren we onze kinderen over de Heere en over zichzelf ? Het derde deel neemt je mee naar de geschiedenis van Martha en Maria, waarbij je leest over je roeping in je huis. Waarom doen we ons werk in ons huis? Is er enige waarde te vinden in al dat opruimen en poetsen? Hoe wil de Heere dat we omgaan met ons huis en ons hart? Het vierde en laatste deel ten slotte, gaat over je eigen hart en leven als moeder in de tuin van je leven, het kleine stukje tijd en ruimte dat wij krijgen in het licht van de eeuwigheid. Dit boek had ik niet alleen kunnen schrijven. Ik ben maar gewoon vrouw en moeder, en nog niet eens zo lang. Ik ben geen deskundige en ik heb hier geen diploma voor. Wat je leest in dit boek gaat over het leven van elke dag. Het gaat over de betekenis van Gods Woord voor moeders van nu. En daarom moest dit boek niet alleen over mij gaan. In dit boek lees je ook de verhalen van zes andere moeders. Deze moeders waren bereid om mij over hun leven te vertellen. Ze vertelden me persoonlijke dingen over hun huwelijk, hun gezin, hun huis, hun worstelingen. Ze vertelden me waar ze kracht uit putten en hoe ze het leven leven. Ik heb veel van hen geleerd. Die ervaringen vind je door het hele boek heen. Als je eerst wil weten wie deze moeders zijn, blader dan even naar de laatste pagina’s van dit boek. Daar stellen zij zich voor. Op www. elkedagnieuw. nl/moederboek vind je bij elk hoofd- stuk iets extra’s om te downloaden en te gebruiken. Bij hoofdstuk 1 vind je een filmpje ter introductie op dit boek. Alle moeders die meewerkten komen hierin in beeld. Aan het einde van elk hoofdstuk in dit boek vind je door- denkers, vragen en ideeën om over te schrijven in je notitie- boek. Daarin kun je alles opschrijven wat je uit dit boek wil
17 meenemen. Bijvoorbeeld ideeën die je graag wil proberen, bijbelteksten die je wil onthouden, maar ook je eigen er- varingen en gedachten. Daarmee maak je de theorie uit dit boek praktisch voor jezelf. Je notitieboekje wordt een heel fijn boekje waar je nog vaak doorheen zal willen bladeren om je leerervaringen opnieuw te lezen.