K leuren Is hun ontluikende liefde bestand tegen de waarheid? spel K leuren DEBORAH RANEY Olivia Cline maakt plannen om met haar man Derek te verhuizen naar een andere stad. Daar hopen ze Dereks af aire met een collega voor altijd achter zich te kunnen laten. Maar nog voor ze goed en wel in hun nieuwe huis wonen, overlijdt Derek plotseling. Zonder man, zonder inkomsten, in een vreemd huis in een plaats waar ze niemand kent, is Olivia eenzamer dan ooit. Terugkeren naar Chicago is geen optie, dus Olivia gaat op zoek naar werk. Ze vindt een baan als assistent in het atelier van kunstschilder Reed Vincent, die al snel Olivia’s talenten ontdekt. Onder zijn levendige begeleiding komt Olivia tot bloei en krijgt ze nieuw vertrouwen in de toekomst. Totdat ze met een schok besef waarom zijn handtekening haar zo bekend voorkomt… Deborah Raney schrijf meeslepende verhalen over hoofdpersonen die voor ingewikkelde keuzes komen te staan. Inmiddels zijn er in Nederland meer dan vijf ien romans van haar hand verschenen, waaronder de series Hanover Falls en Chicory Inn . ISBN 978 90 43531542 NUR 302 9789043531542
KLEURENSPEL
Andere romans van Deborah Raney Serie Chicory Inn: Dochterlief Draagkracht Droomwens Dierbaar Danklied Serie Hanover Falls: Zo goed als altijd Wat er ook gebeurt Tegen beter weten in Serie Clayburn: Vluchtplaats Ommekeer Weerklank Toeverlaat Levensecht Tweestrijd Opklaring Regenseizoen Vaderliefde Hartenkreet Twinkeling Moederhart Familieband
Deborah Raney Kleurenspel Roman Vertaald door Willem Keesmaat KokBoekencentrum Uitgevers • Utrecht
Vertaling: Willem Keesmaat Ontwerp omslag: Villa Grafi ca Lay-out binnenwerk: Crius Group ISBN 978 90 435 3154 2 ISBN 978 90 435 3155 9 (ebook) NUR 302 www.kokboekencentrum.nl De Bijbelteksten zijn ontleend aan De Nieuwe Bijbelvertaling © 2004. Oorspronkelijk verschenen onder de titel Insight bij Raney Day Press, USA. ©Deborah Raney, 2016 © 2019 KokBoekencentrum Uitgevers, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Uitgeverij KokBoekencentrum vindt het belangrijk om op milieuvrien- delijke en verantwoorde wijze met natuurlijke bronnen om te gaan. Bij de productie van het papieren boek van deze titel is daarom gebruikgemaakt van papier waarvan het zeker is dat de productie niet tot bosvernietiging heeft geleid. Ook is het papier 100% chloor- en zwavelvrij gebleekt.
Voor Terry Stucky. Je inzichten worden altijd gewaardeerd. Bedankt dat je met me mee reist, dat je blij voor me bent en dat je me helpt om met beide benen op de grond te blijven staan.
Geliefde broeders en zusters, vergis u niet: elke goede gave, elk volmaakt geschenk komt van boven, van de Vader van de hemellichten; bij hem is nooit enige verandering of verduiste- ring waar te nemen. Jakobus 1:16-17
7 1 Olivia Cline pakte een handvol penselen uit een jampot en wikkelde die voorzichtig in krantenpapier voor ze ze in een gereedstaande schoenendoos legde. Een lok asblond haar viel voor haar ogen en ze veegde die achter haar oor voor ze een tweede schoenendoos met half op- gerolde tubes olieverf vulde. ‘Hé, hallo daar.’ Derek stak zijn hoofd om de hoek van de deur van de logeerkamer, met op zijn ene schouder een kartonnen doos. Hij hield zijn hoofd een beetje scheef. ‘Wat ben je aan het doen?’ ‘Ik ben gewoon mijn schilderspullen aan het inpakken. Maar laat de verhuizers eraf blijven. Ik neem ze zelf mee wanneer ik met de auto kom.’ Derek zuchtte en rolde met zijn ogen. Hij zette de doos op de grond, liep naar haar toe en legde zijn handen op haar schouders. ‘Olivia.’ De stem van haar echtgenoot klonk streng, maar ze kende ondertussen de schittering in zijn ogen – het licht dat nu in de groene vlekjes van zijn bruine ogen glansde. Hij was niet boos op haar. Ze ontspande zich een beetje. De lijnen in Dereks voorhoofd verzachtten zich en er ver- scheen een glimlach op zijn gezicht. ‘Voor het eerst in ons leven hebben we de luxe om het inpakken over te laten aan profes- sionals.’ Hij liet zijn handen over haar armen glijden, nam de schoenendoos van haar over en zette die terug in de kast. ‘Laat de verhuizers zich daar maar om bekommeren. Je gebruikt die spullen toch niet. Waarom gooi je ze niet gewoon weg? Weer iets minder om mee te hoeven slepen.’
8 Ze probeerde haar opkomende irritatie van zich af te zetten. Derek was het afgelopen jaar veranderd, maar er waren momen- ten … Ze slikte moeizaam. ‘Nog niet. En het voelt beter als ik in elk geval zelf de dozen inpak. Heb je gezien wat ze met het servies van oma hebben gedaan?’ ‘Die jongens weten wat ze doen. Je kunt hun deze klus echt wel toevertrouwen.’ Vertrouwen. Het woord bleef in de lucht tussen hen in hangen. Olivia was zich ervan bewust dat ze op haar tong beet en ze schudde de gevoelens van zich af die haar gedachten verduis- terden. Ze keek langs Derek heen, over de balustrade van de overloop. Misschien leerde ze om haar man weer te vertrouwen, maar de groep rauwdouwers die daarbeneden met dozen stond te jongleren, vertrouwde ze in elk geval niet. Olieverf was duur. En haar marterharen penselen konden zo breken – als ze al niet het gevaar liepen om van ouderdom en onbruik weg te rotten. Achter haar schraapte Derek zijn keel. ‘Ik dacht gewoon dat dit een goede gelegenheid zou zijn om je van die spullen te ontdoen. Het nieuwe huis is niet zo veel groter dan dit. En trouwens, je hebt al zeker – hoeveel, drie, vier jaar? – niet meer geschilderd.’ Zes, om precies te zijn. En dat deed pijn. Derek had nooit begrepen hoeveel ze had opgegeven toen ze haar penselen had weggelegd om ‘echt’ werk te zoeken. Zoals hij haar vaak voor- hield, had ze geluk gehad dat ze haar kunstenaarstalenten in haar werk kwijt kon. Ze had haar succes als binnenhuisarchitecte te danken aan haar creatieve talenten en ze had het gevoel dat de twee jaar kunstacademie waardevoller waren geweest dan haar bachelor in Business Administration. Die twee jaar waren in elk geval een stuk leuker geweest. Ze hield trouwens van haar werk, hoor. Het zou haar zwaar vallen om volgende week afscheid te nemen van haar cliënten en haar collega’s. Maar stiekem hoopte ze dat ze zich weer op haar kunst kon storten, wanneer ze zich eenmaal in Missouri hadden gesetteld. Niet dat een gehucht als Hanover Falls een Mekka voor kunstenaars was, maar ze zou in elk geval meer tijd
9 hebben om haar creatieve talenten te gebruiken. Derek zat echter op een heel ander spoor. Hij wilde een baby. Baby’s. Zijzelf wilde ook een gezin stichten, maar nu al? Zo snel na … na alles wat ze hadden meegemaakt? Ze wist het allemaal nog niet zo zeker. Misschien moesten ze eerst een paar jaar aan hun nieuwe woonplaats wennen en alle kennis die ze het af- gelopen jaar tijdens de huwelijkscounseling hadden opgedaan, leren toepassen. Ze waren nog jong. Amper dertig. Ze hadden nog tijd genoeg. Enkele van hun vrienden waren pas tegen de veertig aan kinderen begonnen. Maar Derek wilde al jarenlang kinderen. En zeker vier. Dat was een van de dingen waar ze het meest ruzie over hadden gemaakt, vanaf het allereerste begin, toen ze allebei nog op school zaten, van een studielening moesten rondkomen en in een haveloos eenkamerappartement op macaroni met kaas leefden. En dat was niet ‘studentikoos haveloos’. Gewoon echt haveloos. Maar nu had Derek deze geweldige baan te pakken gekregen en vielen alle puzzelstukjes waarnaar ze hadden verlangd op hun plaats. Over een paar dagen zou hij in Hanover Falls aan de slag gaan. Maar waarom huiverde ze dan wanneer ze eraan dacht om Chicago te verlaten, zich ergens anders te settelen en de moeder van Derek Clines kinderen te worden? Er kletterde beneden iets op de grond en Dereks gezicht ver- trok. ‘Ik denk dat ik maar beter even kan gaan kijken wat dat was.’ ‘Ja, graag,’ reageerde ze. Ze volgde hem de kamer uit en keek over de balustrade. De verhuizers waren nergens te bekennen, maar ze zag het schilderij nog steeds in de gang hangen. Ze hapte lichtjes naar adem en haastte zich langs Derek de trap af. Dit schilderij was iets wat ze niet durfde toe te vertrouwen aan de zorgen van deze verhuizers … Maak daar maar ‘slopers’ van, dacht ze op het moment dat ze een volgende tenenkrommende klap hoorde. Ze haastte zich naar de gang en tilde het canvas van het haakje aan de muur van de smalle gang. De eiken lijst was niets bijzon- ders en het canvas stond een beetje bol. Ze had zich voorge-
10 nomen om het schilderij te fatsoeneren voordat ze hem in het volgende huis ophing. Iets aan dit werk had altijd aangevoeld als een vast punt in haar leven, had altijd ‘thuis’ naar haar gefl uisterd, meer dan alle andere spullen die ze bezat. Ze bekeek het landschap waaraan ze meer dan een maand had gewerkt. Er krulde een glimlach om haar lippen. Een van Dereks klaagzangen over haar ging erover dat ze niet snel ergens van onder de indruk was. Maar met dit werk van eigen hand had ze het in elk geval voor elkaar gekregen om indruk op zichzelf te maken. Nu, jaren later, genoot ze nog steeds van de manier waarop haar penselen de groene schaduwen van een late middag in een rustgevende plattelandsomgeving hadden weten te vangen. In de buurt van drie asymmetrische bomen keken drie koeien mijmerend naar hun spiegelbeeld in een spiegelglad vennetje. Het was eigenlijk wel vreemd, bedacht ze, dat dit schilderij haar zo wist te boeien. Ze was een stadsmeisje. Dat was ze altijd al geweest. Normaal gesproken begon haar hart alleen maar sneller te kloppen van neonverlichting en roestvrijstaal. Maar iets in dit rustieke plaatje sprak haar aan, raakte een gevoelige plek in haar binnenste. Een plekje dat ze koesterde, ook al wist ze niet waarom. Hoewel hij dat nooit hardop had gezegd, vermoedde ze dat Derek niet warm of koud werd van het doek. Ze herinnerde zich nog steeds de opmerking die hij langs zijn neus weg had gemaakt toen ze naar deze rijtjeswoning waren verhuisd en hij het tegen de muur van de gang had zien staan, net voor het zou worden opgehangen. ‘Weet je zeker dat je dit doek daar wilt hebben?’ had hij gevraagd. ‘Dit wordt de enige plek in het huis die sommige mensen zullen zien.’ Ze had hem op dat moment niet gevraagd wat hij daar precies mee bedoelde, maar die opmerking stak nog steeds een beetje. En waarom hing het schilderij hier nog steeds? Haar blik gleed langs de kale muren van de gecombineerde eet/woonkamer. Derek had het inpakken van hun andere schilderijen en kunst geregeld
11 – alle werken van andere kunstenaars. Dat was het eerste wat hij die morgen had gedaan. Dus waarom hing dit schilderij er nog? Had Derek misschien het idee dat dit een goede gelegenheid was om haar schilderij achter te laten? Ze keek naar de kunstige vlekjes witte en zwarte verf die de grazende koeien moesten voorstellen. Haar vingers gleden liefko- zend over de grove penseelstreken. Er lag een impressionistische sfeer over het stuk. Olivia was een beetje verlegen geworden toen haar vriendin Jayne het met een Monet had vergeleken. Maar tegelijkertijd had ze zich wel vereerd gevoeld. ‘Het maakt me niet uit wat hij vindt,’ fl uisterde ze. Maar ze schrok van de recalcitrante toon in haar stem. Want die maakte duidelijk dat het haar wel iets uitmaakte. In de keuken vond Olivia de rol dik, bruin pakpapier dat de verhuizers hadden gebruikt om alles in te wikkelen. Ze scheurde er een groot stuk af en sleepte het achter zich aan, terwijl ze naar de gang liep. Ze tilde de zware lijst op, zette hem op het papier en wikkelde hem erin alsof ze een pasgeboren baby inbakerde. Met tape maakte ze het papier zorgvuldig vast, waarna ze het enigszins lompe geval naar haar auto droeg en hem voorzichtig op de achterbank legde. Als ze de week erop haar auto inpakte om zich in Hanover Falls bij Derek te voegen, zou ze de laatste handdoeken en het beddengoed gebruiken om het kwetsbare schilderij nog beter te beschermen. En in het huis daar zou ze hem een mooi plekje geven. Mis- schien dat dat huis dan een beetje meer als thuis aanvoelde. *** Er huilde een sirene door de straten, een stukje voorbij de cul- de-sac waaraan het huis van de familie Cline stond. Olivia vul- de een plastic bekertje onder de keukenkraan en liep over de glimmende, eiken vloer naar de magnetron. De hakken van haar pumps tikten op het hout en het geluid galmde door het kleine rijtjeshuis. Ze zou op weg naar haar werk even langs Starbucks
12 rijden voor iets substantiëlers. Oploskoffi e was bijna nog erger dan helemaal geen koffi e, maar het hielp om de maartse kou in de lege kamers te verdrijven. Ze had de kachel vijf graden hoger gezet, maar het was net alsof de ijzige wind van Lake Michigan zo door de een of andere onzichtbare scheur in de muur het huis in blies. Ze liet de magnetron nog eens dertig seconden draaien en ging op weg naar de voordeur om de krant te halen. Halverwege de gang herinnerde ze zich dat Derek met ingang van de vori- ge dag hun abonnement had opgezegd. De diepe sporen in de vloerbedekking, op de plek waar hun boekenkast had gestaan, herinnerden haar eraan dat ook hun boeken al in Hanover Falls waren. Ze voelde zich gedesoriënteerd en verloren in haar eigen huis. Overal waar ze greep, kreeg ze loze lucht te pakken. Niets was waar ze verwachtte dat het zich zou bevinden. Ze leefde nu al bijna een week zo en ze werd er gek van. De draaischijf van de magnetron kwam piepend tot stilstand en er klonk een ‘ping’. Ze wierp een blik op haar horloge. Kwart voor acht. Derek stapte nu waarschijnlijk zijn luxe kantoor bij Parker & Associates binnen. Ze beeldde zich in dat hij mensen aan het adviseren was, of wat Engineering Administrators dan ook mochten doen. Natuurlijk met pak aan en stropdas om. Ze glimlachte. Haar echtgenoot zou op dit moment in de zevende hemel zijn. Hij was altijd al in zijn element geweest wanneer hij mensen kon vertellen wat ze moesten doen. En daar was hij goed in. Hij wist hoe hij mensen op zo’n manier moest aansturen dat ze zich niet realiseerden dat ze werden aangestuurd. Dat was zijn gave. En dat had hij in hun tienjarige huwelijk vaker met haar gedaan dan ze wilde toegeven. Maar dat lag nu allemaal in het verleden. De counseling had hun goedgedaan. Ze liep terug naar de magnetron, haalde het bekertje eruit en gooide er een eetlepel oploskoffi e in. Toen ze die erdoor roerde, drong de geur van het spul haar neusgaten binnen en wist die haar er bijna van te overtuigen dat het hier om echte koffi e ging. Ze slaakte een zucht. Hoe moeilijk het ook was geweest,
13 Derek en zij hadden samen de pijnlijke, trieste sessies met Tom en JoAnne Bennett, een ouder stel uit hun kerk dat als coun- selors fungeerde, doorstaan. De familie Bennett had zelf ook wat stormen in hun huwelijk overleefd, waardoor hun advies op levenservaring was gebaseerd en hun woorden veel zeggings- kracht hadden. Olivia kon achteraf vol overtuiging zeggen: ‘Ik ben blij dat we hebben volgehouden. Het was elke pijnlijke minuut waard.’ Ze wist nog steeds niet precies wat ze van het hele babygedoe moest denken. Ja, natuurlijk wilde ze kinderen. Uiteindelijk. Als ze zichzelf als oude vrouw met een knot inbeeldde, zag ze zichzelf echt wel als grootmoeder. Maar Olivia was enig kind geweest, een baby waar lang op was gewacht en was geboren toen haar moeder tweeënveertig was en haar vader al bijna vijftig. Ze had niet veel met kinderen te maken gehad en om eerlijk te zijn was ze er doodsbang voor. Ze was met Derek getrouwd toen ze allebei begin twintig waren en de tien jaar daarna waren voorbijgevlogen, terwijl ze hun opleiding afmaakten en aan hun carrières timmerden. En nu Derek zijn tweede master had gehaald en een navenante baan had weten te bemachtigen, kregen ze het fi nancieel eindelijk iets ruimer en zouden ze van elkaar kunnen gaan genieten. Maar dat punt hadden ze bijna niet gered. Ze nam een slokje van haar koffi e en grimaste. Er spoelde een golf van misselijkheid door haar heen toen ze aan het verraad en het verdriet van de afgelopen twee jaar dacht. Dereks aff aire. Ze kon het nog steeds niet bevatten. Ze werd er echt lichamelijk ziek van wanneer ze eraan dacht en de woorden verstikten haar. Ze had nooit gedacht dat haar zoiets zou overkomen. Dat hun zoiets zou overkomen. Geen enkel stel was zo verliefd op elkaar op hun perfecte trouwdag als zij en Derek Cline waren geweest. Soms bladerde ze door hun trouwalbum en bestudeerde ze hun frisse, jonge gezich- ten, op zoek naar een aanwijzing van wat hun was overkomen. Maar die vond ze nooit. Op de foto’s straalden ze en hadden ze alleen maar oog voor elkaar. En ze had vaak het gevoel gehad dat
14 ze naar de gezichten van onbekenden keek. Ze hield nog steeds van Derek en misschien wel meer dan ooit. Maar ze kon zich die onschuldige, giechelige verliefdheid die ze op die dag moesten hebben gevoeld niet meer herinneren. Die sprookjesachtige dag. Als er al tekenen te vinden waren van de komende ellende, zouden dat de gespannen glimlachjes van Dereks ouders op de trouwfoto’s kunnen zijn geweest. Haar eigen ouders waren enkele maanden na elkaar overleden, terwijl ze nog op de universiteit zat en ze had gedacht dat ze opnieuw de ouderlijke liefde en de geborgenheid van een familie bij Bill en Carolyn Cline zou vinden. Helaas paste Olivia Masden niet in het plaatje dat de familie Cline voor ogen had gehad als ze aan een echtgenote voor hun enige zoon dachten. Dereks moeder had meteen vanaf het begin al onderkoeld en afstandelijk tegen haar gedaan. Olivia was later te weten gekomen dat Carolyn nog steeds boos was om het feit dat haar zoon het had uitgemaakt met zijn liefje van de mid- delbare school en dan had hij ook nog eens het lef gehad om te trouwen voordat hij de universiteit had afgerond. Dereks vader had Olivia er zelfs van beschuldigd – hoewel niet recht in haar gezicht – dat ze niet op liefde uit was, maar op geld. Het echtpaar Cline had zich tijdens de trouwdag een gemaakte glimlach aangemeten en zich beleefd opgesteld, maar voordat de inkt in het trouwboekje goed en wel droog was, wonden ze er geen doekjes om en maakten duidelijk dat ze niet bepaald blij waren met Dereks keuze. De jaren daarna waren Olivia en haar schoonmoeder op be- leefde afstand van elkaar gebleven. In het begin had Olivia heel erg haar best gedaan om de afstand te overbruggen, maar uit- eindelijk had ze het opgegeven en geleerd om dankbaar te zijn voor de zeldzame kruimels vriendschap die Carolyn haar kant op wierp. Vijf jaar geleden had Carolyn echter de diagnose borstkanker gekregen. Ondanks Dereks protesten had Olivia geprobeerd de banden met haar aan te halen en had ze zelfs een paar keer
15 enkele dagen met haar doorgebracht in het statige landhuis van de familie Cline in Oak Park, wanneer Derek van huis was voor zijn werk. Tegen de tijd dat haar schoonmoeder overleed, amper een jaar nadat er kanker bij haar was ontdekt, had Olivia bijna het gevoel dat ze een vriendin was kwijtgeraakt. Bill Cline trouwde nog geen jaar later opnieuw, ging met pensioen en verhuisde naar Florida om elke dag te kunnen golfen. Zijn nieuwe vrouw, Doris, was zelfs nog minder geïn- teresseerd in een relatie met haar dan Carolyn was geweest. En ze was trouwens ook totaal niet geïnteresseerd in Derek. Olivia stuurde verjaardagskaarten naar zowel Bill als Doris, en eveneens vaderdagkaartjes die ze ook nog eens met Dereks naam onder- tekende, maar ze hadden elkaar al sinds Kerst twee jaar geleden niet meer gesproken. Terwijl Olivia en Derek de counseling bij de familie Bennett volgden, had het oudere stel naar voren gebracht dat Dereks aff aire een verlate reactie kon zijn geweest op de dood van zijn moeder. Of, wat waarschijnlijker was, het snelle hertrouwen van zijn vader, wat Derek als verraad aan zijn moeder zag. Wel ironisch dat hij er dan voor had gekozen om met zijn pijn om te gaan door zijn eigen vrouw te verraden. Op dat moment ging Olivia’s telefoon over en Olivia schrok. Derek had hun vaste telefoon laten afsluiten voordat hij vertrok. De man was effi ciënt, dat moest ze hem nageven. Ze zette het bijna lege bekertje neer en rommelde door haar handtasje, waarin ze haar telefoon had gestopt. Toen ze hem had, zag ze op het schermpje de naam ‘Parker & Associates’ staan. Ze drukte op opnemen. ‘Hoi. Hoe gaat het? Heb je alles naar binnen gekregen?’ ‘Bijna. Ik laat de zware spullen aan jou over.’ ‘Erg grappig. Je bent dus aan het werk?’ ‘Jazeker, mevrouw. En ik vermaak me uitstekend. Ik zit hier met een grandioos uitzicht op …’ Hij ging zachter praten. ‘Wacht even …’ Er klonk een ritselend geluid door de telefoon en ze schudde
16 glimlachend haar hoofd. Ze zag hem in gedachten al de deur van zijn kantoor dichtdoen, om er zeker van te zijn dat niemand kon horen hoe enthousiast hij was, als een joch van tien dat net een nieuwe Xbox voor zijn verjaardag heeft gekregen, terwijl hij ongetwijfeld deed alsof hij een zakelijk telefoongesprek voerde. ‘Oké.’ Hij kwam weer aan de lijn en zijn stem klonk vol bra- voure. ‘Ik zit hier dus in een hoekkantoor bij het très prestigieuse Parker & Associates, met een geweldig uitzicht op het meer … nou ja, het is eigenlijk meer een grote vijver. Maar dat maakt niet uit. Je echtgenoot is bezig de ladder te beklimmen.’ Ze moest lachen. ‘Echt cool, schat. Ik ben trots op je.’ Ze zei er maar niet bij dat hij alleen maar omhoog kon. ‘Dank je. Ik ben eigenlijk ook best wel trots op mezelf.’ ‘Terecht. Je hebt hard genoeg gewerkt om dit te bereiken.’ ‘Het enige wat ik hier nog mis, ben jij, zodat we baby’s kun- nen gaan maken.’ ‘Wauw! Laat me eerst even mijn tassen uitpakken, oké?’ Ze deed net alsof ze verongelijkt was. ‘Maar mis je me dan zelfs niet eens een beetje?’ ‘Ja.’ Derek werd opeens serieus. ‘Ik mis je ontzettend.’ ‘Ik mis jou ook.’ ‘Maar ik ben absoluut serieus als het om baby’s gaat, Olivia. Wacht maar tot je het huis ziet. Er is daar een perfecte babyka- mer. Het heeft zo’n soort – hoe heet dat ook alweer? – torentje met een raam en een zitplek, en de muren zijn al babyblauw geverfd. Voor mij zoon.’ Ze grinnikte en hoopte dat hij de spanning in haar lachje niet zou horen. ‘Dat heet een “erker”. Torentjes zijn voor kastelen.’ ‘Nou ja, dit is ons kasteel, schat.’ Haar lach was nu gemeend. ‘Ik kan niet wachten tot ik het zie.’ ‘Het wacht alleen nog maar op jouw fi nishing touch – en een paar baby’s – om het helemaal af te maken.’ ‘Ho, rustig aan! Eentje tegelijk.’ Ze wist dat Derek ervan over- tuigd was dat een baby het lelijke litteken dat zijn aff aire had veroorzaakt, zou uitwissen. Hij liep nog steeds met heel wat
17 schuldgevoelens rond. Maar ze vermoedde dat hij ook haar gedeeltelijk de schuld gaf van zijn misstap. Misschien had hij wel een punt. Net als hij was ook zij he- lemaal opgegaan in haar carrière, onwillig om zelfs maar een weekend niet beschikbaar te zijn, uit angst dat ze promotiekan- sen zou mislopen. Ze was bezig geweest de spreekwoordelijke carrièreladder te beklimmen en had zich nergens door laten tegenhouden. ‘Ben je er nog?’ Dereks stem haalde haar uit haar gedach- testroom. ‘Jawel. Je kunt maar beter weer aan het werk gaan. Het zou jammer zijn als je al werd ontslagen voordat ik daar ben.’ ‘Ha! Dat gaat echt niet gebeuren. Ze houden hier nu al veel te veel van me.’ ‘Dat zal best.’ ‘Ik hou van je. Kom snel naar huis.’ Om de een of andere reden schrok ze van die opmerking. Hij zag Hanover Falls al als zijn thuis. Ze hoopte dat dat haar net zo makkelijk af zou gaan. ‘Nog een dagje werken en dan kom ik ook.’ Ze hoorde dat hij zijn hand over de telefoon legde en op gedempte toon met iemand praatte. Een paar seconden later zei hij: ‘Ik moet gaan, schat.’ Het werd stil aan de andere kant van de lijn en ze beet op de binnenkant van haar wang. Hij snapte het nog steeds niet helemaal. Deze verhuizing was niet alleen maar la-di-da, wat een lol, voor haar. Ze gaf een baan op waar ze van hield, liet een stad achter die haar energie gaf, vriendinnen die meer zussen waren geworden, vooral de afgelopen twee jaar. Ze gaf heel wat op om naar Missouri te verhuizen en zijn baby’s te baren. Als ze al kinderen kon krijgen. Ze was al zo lang aan de pil dat ze zich soms afvroeg of het misschien toch niet zo makkelijk zou worden om zwanger te raken. Ze duwde die knagende angst van zich af. Ze hield van Derek en ze wist dat dit voor hen de juiste stap was. Ze wist dat ze
18 vanzelf enthousiast zou worden over haar nieuwe leven – hun nieuwe leven – als ze eenmaal in Hanover Falls was. Maar op dit moment wilde ze dat ze gewoon voor zichzelf kon toegeven dat ze eerst nog een beetje moest rouwen over het leven dat ze achter zich liet. En over wat zijn aff aire hun had gekost.
K leuren Is hun ontluikende liefde bestand tegen de waarheid? spel K leuren DEBORAH RANEY Olivia Cline maakt plannen om met haar man Derek te verhuizen naar een andere stad. Daar hopen ze Dereks af aire met een collega voor altijd achter zich te kunnen laten. Maar nog voor ze goed en wel in hun nieuwe huis wonen, overlijdt Derek plotseling. Zonder man, zonder inkomsten, in een vreemd huis in een plaats waar ze niemand kent, is Olivia eenzamer dan ooit. Terugkeren naar Chicago is geen optie, dus Olivia gaat op zoek naar werk. Ze vindt een baan als assistent in het atelier van kunstschilder Reed Vincent, die al snel Olivia’s talenten ontdekt. Onder zijn levendige begeleiding komt Olivia tot bloei en krijgt ze nieuw vertrouwen in de toekomst. Totdat ze met een schok besef waarom zijn handtekening haar zo bekend voorkomt… Deborah Raney schrijf meeslepende verhalen over hoofdpersonen die voor ingewikkelde keuzes komen te staan. Inmiddels zijn er in Nederland meer dan vijf ien romans van haar hand verschenen, waaronder de series Hanover Falls en Chicory Inn . ISBN 978 90 43531542 NUR 302 9789043531542