CM YK 22 MM 150 MM 230 MM Een jongen uit het volk wor dt Neder l a nds grootste zeeheld ichiel de Ruyter heeft dertig jaar lang op zee gevaren en nu is het genoeg geweest. Hij heeft dankzij de koopvaardij een mooi kapitaaltje opgebouwd en wil nu aan wal blijven. Dat heeft hij zijn vrouw beloofd! Maar dan breekt de derde Engelse oorlog uit en blokkeren de Engelsen de scheepvaart naar Zeeland. Michiel is verontwaardigd, helemaal als hij hoort dat hij is voorgedragen om als admiraal met een vloot naar het Kanaal te varen om de strijd met de Engelsen aan te gaan. Met tegenzin stemt hij in, maar zodra het eerste Engelse schip in zicht komt, stort hij zich vol overgave op het avontuur. Michiel Adriaanszoon de Ruyter werd geboren in Vlissingen op 24 maart 1607 als zoon van een bierbrouwersknecht. Hij kwam in 1652 in dienst bij de Marine onder Admiraal Maarten Tromp tijdens het begin van de eer - ste Engelse Oorlog. Na de derde Engelse Oorlog werd De Ruyter naar de Middellandse Zee gestuurd om bijstand te verlenen aan de Spaanse Koning tegen de Fransen. Daar behaalde De Ruyter de overwinning, maar hij raak - te gewond en stierf op 29 april 1676. ISBN 978 90 266 2113 0 NUR 284/285 www.uitgeverijcallenbach.nl M
Om vier uur Õs middags stoten de vloten op elkaar. De donder van het geschut rolt over zee, en vriend en vijand gaan schuil in een dichte kruitdampÉ (Blz. 21) opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 2
opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 3
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag wor den ver veelv oudigd, opgeslagen in een geautomatiseer d gege vensbestand, of openbaar gemaakt,in enige vor m of op enige wijze,hetzij elektr onisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier ,zonder vooraf- gaande schriftelijk e toestemming van de uitge ver . opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 4 Derde druk, 2015 Herziene editie © Uitgeverij Callenbach – Utrecht, 2006 www.kok.nl Oorspronkelijk verschenen onder de titel Bestevaer bij uitgeverij La Rivière &Voorhoeve Omslagillustratie: Bas Mazur Omslagontwerp: Spaansenmedia Layout/dtp: Gerard de Groot ISBN 978 90 266 2113 0 ISBN e-book 978 90 266 2114 7 NUR 284/285 Leeftijd vanaf 10 jaar
5 Inhoud 1. En zeetocht ~~~~~~~~~~~~~~~~~~7 2. Plymouth ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~18 3. Dubbel Wit gokt mis ~~~~~~~~~~~~~~23 4. Terheyden ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~34 5. De Ruyter en Johan de Witt ~~~~~~~~~~~45 6. In Amsterdam en om de Zuid ~~~~~~~~~~50 7. Op Funen en in de Sont ~~~~~~~~~~~~~59 8. Plezierreis om de Zuid ~~~~~~~~~~~~~67 9. De vreemde brief ~~~~~~~~~~~~~~~~75 10. Het geheim onthuld ~~~~~~~~~~~~~~82 11. Gevaarlijke thuisvaart ~~~~~~~~~~~~~~94 12. Bestevaer ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~99 13. De vierdaagse zeeslag ~~~~~~~~~~~~~~104 14. Nederlaag en breuk ~~~~~~~~~~~~~~~118 15. Chatham ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~123 16. Vrede? ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~131 17. Redder van het vaderland ~~~~~~~~~~~~137 18. Verwarring ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~149 19. Verzoening ~~~~~~~~~~~~~~~~~~162 20. De vuurproef ~~~~~~~~~~~~~~~~~170 21. De Prins op de vloot ~~~~~~~~~~~~~~177 22. Kijkduin ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~184 23. Waar de Staten hun vlag aan toevertrouwen ~~~~190 24. De laatste slag ~~~~~~~~~~~~~~~~~204 25. Voornaamste feiten uit de marineloopbaan van Michiel Adriaanszoon de Ruyter (1607-1676) ~~~217 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 5
1. En zeetocht m ICHIEL ADRIAANSZOON DE RUYTER, breedge- sschouderd en verweerd, met het eerste grijs in de zwarte haren, die tot op zijn schouders hangen, zit in het kantoor van de Lampsens, kooplieden en reders te Vlissingen, tegenover meneer Cornelis, rustig en kaal, maar nog helder van blik en scherp in zaken. Ze hebben het over ivoor en cochenillei 1, zuidvruchten, kruid- nagelen en noten en Cornelis Lampsens geeft zijn bezoeker raad. ÔIk zou mÕn voorraad vasthouden, Michiel, de prijzen lopen op.Õ De Ruyter stelt veel prijs op het advies van zijn vroegere bazen, die, sinds hij de dienst van de Lampsens heeft verlaten om schip- per-reder op een eigen schip te worden, de voornaamste afnemers zijn geworden van de goederen, die hij thuisbracht uit Afrika en de Antillen, en die zijn raadslieden zijn, nu hij de zee er aan heeft gegeven en behalve rustend zeeman ook handelaar wil zijn. Akkoord, hij houdt zijn voorraad vast. ÔEen kleine stagnatie in de aanvoer is niet zo erg,Õ zegt Lampsens. ÔDie verlevendigt de vraag; daar heb je voordeel van. Als het maar niet te lang duurt.Õ ÔDan hebben wij ervoor te zorgen dat er weer aanvoer komt,Õ meent De Ruyter. ÔJawel, jawel, maar het Kanaal zit dicht. De Engelsen laten geen Hollands of Zeeuws schip passeren. En Tromp is met Õs Lands vloot naar het noorden. De Staten houden de Oostzeevaart open. De Kanaalvaart komt voor de heren op de tweede plaats.Õ ÔVoor Zeeland is de Kanaalvaart van het grootste belang. Die moet ook open.Õ De Ruyter spreekt met nadruk. ÔDat is je mening, h?Õ vraagt Lampsens. 7 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 7
ÔNatuurlijk!Õ ÔDe Staten overwegen een tweede gros 2de zee op te sturen om in het Kanaal te ageren 3,Õ deelt Lampsens mee. ÔGoed zo!Õ ÔWitte de With zal admiraal zijn, maar Zeeland wenst een Zeeuw als tweede in het bevel.Õ ÔDaar hebben we recht op. De Hollanders delen veel te veel de lakens uit.Õ ÔJuist! Hm... die post van tweede man op het tweede gros is wat voor jou, Michiel!Õ De Ruyter lacht. Dit is een grapje. Men maakt een koopvaardij- kapitein op stel en sprong geen admiraal. ÔDit keer is het toch de bedoeling,Õ zegt Lampsens. ÔDe Zeeuwse admiraliteit 4heeft me opgedragen je over deze zaak te polsen.Õ De Ruyter fronst de zware wenkbrauwen. ÔMeneer weet toch dat ik aan wal wil blijven.Õ Lampsens gaat daar niet op in. ÔDe admiraliteit heeft zich herin- nerd dat je tien jaar geleden een blauwe maandag op Õs Lands vloot hebt gediend en dat je je toen in de zeetocht tegen Portugal voor- treffelijk hebt geweerd. Daarom hebben ze je vrijmoedig bij de Staten voorgedragen.Õ ÔAl voorgedragen?!Õ roept De Ruyter uit. ÔJa,Õ zegt Lampsens, Ôen je moet het doen.Õ Hoewel De Ruyter altijd zeer gevoelig is geweest voor LampsensÕ raad, heeft hij er deze keer geen oren naar. Ruim dertig jaar heeft hij gevaren. Door zuinigheid en ijver, en zegen op zijn vaart en in zijn handel, heeft hij een kapitaaltje opgespaard. Hij wil nu aan wal blijven. ÔJe bent vijfenveertig, nietwaar? Voel je je nu al te oud?Õ vraagt Lampsens. De Ruyter rekt zich uit. Hij oud? Volstrekt niet. Hij is vitaal en kerngezond. Het lichte beven van zijn handen, als gevolg van een vergiftiging, jaren geleden opgelopen door het eten van bedorven vis, is voor hem geen reden om ÔneeÕ te zeggen. Maar zijn besluit 8 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 8
staat vast. Na al die tijd op zee gezwalkt te hebben, blijft hij thuis. ÔAh, Annetje zit erachter,Õ schertst Lampsens. Met een glimlach geeft De Ruyter zich gewonnen. Inderdaad, bij hun huwelijk, dat een paar maanden geleden gesloten is, hebben zijn vrouw en hij afgesproken dat hij aan wal zal blijven. ÔMaar,Õ vraagt hij ernstig, Ôhebben Annetje en ik, na alles wat wij beiden achter de rug hebben, niet een beetje recht op een huiselijk huwelijksleven?Õ Lampsens kent hun omstandigheden. Het is haar tweede en De Ruyters derde huwelijk. Annetjes eerste man is op zee gebleven. Michiel was, nadat hij als jongeman op vierentwintigjarige leeftijd getrouwd was, uitgevaren. Toen hij na ongeveer een jaar weer thuiskwam, vond hij zijn woning leeg. Zijn vrouw lag in het graf, samen met een pasgeboren kindje. Met zijn tweede vrouw is hij veertien jaar getrouwd geweest, maar bij zijn thuiskomst na een lange reis, vond hij haar ook in het graf. Nu hij voor de derde keer getrouwd is, weet Lampsens dat Michiel en Annetje zich samen willen wijden aan de opvoeding van de kinderen: drie uit zijn tweede en twee uit haar eerste huwelijk. Cornelis Lampsens gunt hem graag de huiselijke gezelligheid. ÔMaar,Õ vraagt hij, met een vertrouwelijk dalen van zijn stem, Ôzou jij het uit kunnen houden aan de wal, Michiel?Õ De Ruyter trekt zijn wenkbrauwen op. ÔWeet jij nog hoe je vroeger was?Õ voegt Lampsens eraan toe. De Ruyter glimlacht opnieuw. Nu komen andere jaren voor zijn geest. Zijn jongenstijd. Hij was een drukke en vechtlustige knaap, een plaag voor zijn schoolmeester, die hem ten slotte heeft wegge- jaagd. Na de voortijdig afgebroken schoolperiode is hij in de touwslagerij 5terechtgekomen. Daar maakte hij het nog bonter dan op school. Als hij maar even de kans kreeg, glipte hij uit de werkplaats weg om te gaan zwerven langs de haven en op de sche- pen te klimmen. Soms dwaalde hij door de duinen naar het Noordzeestrand en eens is hij op de toren van de Grote Kerk geklommen, tot aan het haantje toe, omdat hij van die hoge post 9 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 9
zo mooi de schepen op de Schelde en in de Noordzee kon zien. Hij wou dat hij op een van die schepen zat, want hij verlangde met heel zijn vurig jongenshart naar zee. De school was hem te benauwd geweest en de touwslagerij veel te donker en het draaien aan het grote rad was een verschrikking voor hem; hij deed zijn werk daar slecht. Na de schoolmeester joeg ook de touwslagerij- baas hem weg en toen wist vader Adriaan niet hoe het met zijn zoon verder moest. ÔLaat me gaan varen,Õ heeft Michiel gezegd. Zijn vader vond dat maar niets en hij verwachtte er niet veel van; de jongen was een nietsnut, dacht hij. Maar Michiel kreeg zijn zin en werkelijk, zodra hij voet aan boord gezet had, was hij een ande- re jongen: vlug, netjes, hardwerkend en vol toewijding voor zijn werk. Zijn schipper prees hem steeds weer. En Michiel had het grootste plezier in het zeemansleven. Maar dat was toen. Zijn hang naar avontuur is meer dan voldoen- de bevredigd in de driendertig jaren van tochten door ijs en mist, van Spitsbergen tot Zuid-Amerika. In bittere koude en zinderen- de hitte, in windstilten nabij de Linie, waar de teer smolt en het voedsel rotte, en tijdens vele stormen, waarbij het pompen of ver- zuipen was. Hij heeft behalve tegen weer en wind gevochten tegen Duinkerker kapers en Algerijnse piraten; hij heeft in een Spaanse gevangenis gezeten en is daaruit ontsnapt om arm en ellendig, na een bedeltocht door Frankrijk en de zuidelijke Nederlanden, in het vaderland terug te keren. ÔIs dit nog niet genoeg geweest?Õ vraagt hij. ÔVoor mij wel,Õ zegt Lampsens rustig. ÔMaar voor jou?Õ De Ruyter, die anders steeds zijn woordje klaar heeft, heeft hierop niet onmiddellijk een weerwoord. Hij plukt verlegen aan zijn snor. In de afgelopen winter heeft hij zich echt behaaglijk gevoeld bij vrouw en kinderen in zijn woning aan de Lange Nieuwstraat. Een redelijk groot huis in vergelijking tot de kleine huisjes waarin hij vroeger woonde. Hij heeft ook met plezier door Vlissingen gewandeld, langs de nieuwe havens en wallen en door het nieuwe stadsdeel, waar druk wordt gebouwd aan woningen en pakhuizen. 10 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 10
Het was gezellig in de stad. En hij stelde zich voor dat hij een goe- de plaats zou kunnen krijgen onder de mensen. Hij wou in de handel gaan; hij was hiermee al op kleine schaal begonnen. En stond voor hem, als man van veel ervaring en zakelijk inzicht, die het poortrecht 6had, de weg naar de vroedschap 7niet open? Zo dacht hij deze winter. Maar nu Lampsens dit zegt, moet hij toegeven Ð al doet hij het niet hardop Ð dat er in hem iets is veranderd sinds het lente is geworden en de schepen, die op het winterdok gelegen hebben, vers geteerd en opgetuigd, de haven uitzeilen, door Spleet en Deurlo naar de volle zee. Die schepen zijn weer in hun element. En zijn gevoel is soms als het winterdok: leeg. Hij onderdrukt deze gevoelens. Hij heeft plichten jegens zijn vrouw en kinderen. Kan Lampsens dat begrijpen? ÔJawel,Õ zegt Lampsens, Ômaar je hebt ook plichten tegenover het vaderland, Michiel.Õ De zware wenkbrauwen van de bezoeker fronsen zich en zijn handen beven iets sterker dan gewoonlijk. Verdient hij deze ver- maning? Na zijn eerste zeetochten is hij bij de afloop van het bestand met Spanje Ð een jongen nog Ð in Õs Lands dienst gegaan. Onder Prins Maurits heeft hij eerst gevochten in het Kleefse en daarna bij de verdediging van Bergen op Zoom, toen die stad door Spinola werd belegerd.Tien jaar geleden heeft hij op Õs Lands vloot gediend en in zijn vaartijd bij de koopvaardij heeft hij ook vaak een robbertje gevochten tegen Spanje. Heeft hij nog niet genoeg gedaan? Moet hij soms ltijd klaar staan? Doen anderen dat ook? Lampsens antwoordt op die vragen niet rechtstreeks. ÔDenk hier maar eens over na, Michiel,Õ zegt hij op vaderlijke toon. ÔHet is beter dat je dit uitmaakt met je eigen geweten en met God, mis- schien ook met je vrouw.Õ Zo nemen ze afscheid, De Ruyter enigszins geprikkeld. En nu loopt hij door de straten van Vlissingen te vechten met zichzelf. Dit is lastig. Hij vecht veel liever tegen kapers en piraten. 11 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 11
Hij discussieert veel liever met de hele Zeeuwse admiraliteit, dan tegen zijn geweten en tegen... God. Heeft hij genoeg gedaan? Indien gij doet al hetgeen gij schuldig zijt te doen, wat loon hebt gij?staat in het boek, waarin hij dagelijks leest. Maar heeft hij de plicht om voor het vaderland te vechten? Hij is koopvaardijkapitein geweest; hij heeft geen enkele verplichting om naar Õs Lands vloot te gaan. Zijn slotsom is dat hij het verzoek Ð het is nog niet eens een verzoek van de admiraliteit, want Lampsens polste hem slechts Ð gerust van de hand kan wijzen en evengoed met een zuiver hart aanstaande zondag het Heilig Avondmaal kan vieren. En toch bevredigt dit De Ruyter niet. Hij kent de Engelse vloot: veel zware schepen en veel zwaar geschut. Hij kent de Engelse kapiteins: zeer bekwame zeelui en dapper op het gevaarlijke af. Dit wordt een hardere oorlog dan die tegen Spanje in zijn laatste fase. Het vaderland is zeker in gevaar. Maar hij heeft vr zijn trouwen uit eigen beweging tegen zijn vrouw gezegd: ÔJe trouwt niet met een varend man, Annetje. Ik blijf aan wal bij jou en bij de kinderen.Õ Op die belofte komt hij niet terug. De volgende dag is De Ruyter dankbaar dat hij tegenover Lampsens de boot afgehouden en voor Annetje de zaak verzwe- gen heeft, want hij wordt nu rechtstreeks benaderd door de Zeeuwse admiraliteit, maar voor een andere opdracht. Men vraagt hem naar Calais te gaan om daar matrozen te werven voor het nieuwe gros, want er zijn, nu Õs Lands vloot in verband met de Engelse oorlog zo enorm wordt uitgebreid, in de Verenigde Nederlanden geen zeelieden genoeg te vinden. Aan deze opdracht geeft hij graag gehoor. Hij gaat onmiddellijk naar de Franse haven, en gaat op zoek naar zeelieden. Hij vindt er mannen bereid om bij de Hollanders te dienen. Dit komt vanwe- ge het feit dat veel zeelui in Calais Michiel de Ruyter kennen als een rechtvaardig schipper, die hart heeft voor zijn volk en altijd goed zorgdraagt voor het voedsel. Er zijn er die hem vragen of zij 12 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 12
gaan varen onder hem, maar daarop antwoordt hij ontwijkend. Na zijn terugkeer in zijn vaderstad brengt hij in de vergadering van de Zeeuwse admiraliteit verslag uit van zijn opdracht en de heren prijzen hem voor de dienst, die hij hiermee aan het vader- land bewezen heeft. Bij deze lof kijkt De Ruyter even naar Lampsens. Hoort die nu wel dat hij zijn vaderland heeft willen en kunnen dienen zonder opnieuw naar zee te gaan? Tegelijk schrikt hij op. De voorzitter van de admiraliteit voegt aan zijn dankwoord toe dat er nu nog belangrijker werk voor kapitein De Ruyter is. Niet voorzichtig polsend, zoals Cornelis Lampsens had gedaan, maar plompverloren en formeel, nog wel in opdracht van de Generale Staten te Den Haag, verzoekt hij hem de tweede man in het bevel te worden van het nieuwe gros. De Ruyter gaat tegen dit onverwachte aanbod onmiddellijk in verweer en wel met nieuwe argumenten. In Calais heeft hij van vissers, die dwars door de vloot van de Engelse admiraal Ayscue heengevaren zijn, gehoord dat deze beschikt over vele kolossale oorlogsschepen, zwaar bewapend en goed bemand.Wat hiertegen- over in de Wielingen verzameld wordt, zijn minderwaardige sche- pen met te licht geschut en een te klein aantal matrozen. Hij past ervoor met zulke schepen zee te kiezen. Het is weer Lampsens, die zijn argumenten weerlegt door te vra- gen of hij dus meent dat er, waar sterkere oorlogsschepen met zwaar geschut tot op heden niet voorhanden zijn, dan niets gedaan moet worden. Natuurlijk moet dat wel. De oud-koopvaardijkapitein weet al te goed dat tientallen West- 8, Frans- 9en Levantvaarders 10 op komst zijn en dat er kostbare zilverschepen 11 uit Spanje moeten komen. Die mogen geen prooi van de Engelsen worden. De vaart door het Kanaal dient beschermd te worden met de middelen die men heeft. De Ruyter geeft ook toe dat de Engelse vloot wel zware schepen en goede kapiteins heeft, maar dat haar bemanning wat zeemanschap aangaat het niet kan halen bij de Nederlandse boots- 13 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 13
gezellen 12. Bij ontmoetingen met Engelse oorlogsschepen heeft hij meermalen waargenomen welk schorem er daar tot de zeedienst wordt gedwongen. Maar hij merkt op dat er Nederlandse kapiteins zullen zijn van wie hij vreest dat zij slap zullen vechten, niet omdat het hun man- keert aan dapperheid of zeemanschap, maar omdat ze er geen zin meer in hebben, als Witte de With Ð de heren kennen hem toch ook als dapper en bekwaam, maar tevens ruw en driftig Ð tegen hen gaat schreeuwen en vloeken. ÔDat is nu juist een van de belangrijkste redenen, waarom wij u dringend nodig hebben,Õ zegt Lampsens. ÔWil het nieuwe gros iets kunnen beginnen tegen Ayscue, dan moet er naast De With, die als ervaren vechtofficier onmisbaar is, een man staan, die het vertrou- wen heeft van de kapiteins en van de bemanning, en deze man bent u!Õ Wat moet De Ruyter hierop zeggen? Dat hij de zondebok zal worden van de heftige en vaak onredelijke admiraal en het scheepsvolk? Dit lijkt op zelfmedelijden. Hij valt terug, wat hij niet had gewild, op zijn verlangen om bij vrouw en kinderen te blijven, en hierop zegt Cornelis Lampsens nogmaals: ÔVecht dit maar uit met God en met je vrouw, maar wel snel, want de zaak heeft haast.Õ Dus is hij even ver als op de dag, toen hij met Lampsens sprak in zijn kantoor. Diezelfde avond zit De Ruyter bij zijn vrouw in de huiskamer, zij breiend, hij lezend in de Bijbel, iets wat hij vaak en graag doet. Naast de Spiegel der Zeevaart en het Tresor der Zeevaart, de boe- ken van Lucas Wagenaar, die honderden Nederlandse schippers wegwijs hebben gemaakt op de oceanen, is de Bijbel zijn dagelijk- se lectuur, altijd tot troost en bemoediging. Maar ditmaal geeft het oude boek hem geen antwoord op de vragen die hem bezighou- den. Hij zucht; zijn handen beven meer dan anders. Wat Annetje tegen hem zegt, hoort hij niet. Op een gegeven moment legt zij haar breiwerk neer en kijkt hem aan. ÔWat is er aan de hand, Michiel?Õ vraagt zij met nadruk. 14 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 14
Hij houdt zich op de vlakte, maar zij blijft doorvragen en uitein- delijk vertelt hij wat de heren van hem wensen en ook wat hij daarop geantwoord heeft. Hierna is het stil in de kamer. Hij ziet dat Annetje bleek is gewor- den en dat er een pijnlijk groefje naast haar smalle mond gekomen is. Het spijt hem dat hij haar alles verteld heeft. ÔIk blijf thuis,Õ zegt hij, de pijnlijke stilte doorbrekend. ÔIk houd me aan wat ik je beloofd heb.Õ Maar deze woorden luchten haar niet op; zij blijft bleek en het groefje blijft scherp. ÔMg dat wel?Õ vraagt ze eindelijk hees. ÔMag jij wel weigeren?Õ ÔWil jij dan dat ik ga?Õ vraagt hij verbaasd en min of meer ger- gerd. ÔJe weet wel wat ik graag wil,Õ antwoordt zij zacht. ÔMaar plicht gaat voor.Õ ÔOnze afspraak!Õ roept hij uit. ÔHet is nu oorlog, man.Õ Hij ijsbeert een poosje door de kamer, zoals hij vroeger vaak op het halfdek 13 van zijn schip deed, weer vechtend met zichzelf. Opeens blijft hij recht voor haar staan. ÔJe bent een zeemansvrouw van het beste soort, Annetje,Õ prijst hij haar. ÔNu jij het goedvindt, ga ik, maar voor n zeetocht.Õ ÔÕt Is goed, Michiel,Õ zegt zij. De volgende morgen ontvangt de Zeeuwse admiraliteit bericht... 15 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 15
opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 16
opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 17
Voornaamste feiten uit de marineloopbaan van Michiel Adriaanszoon de Ruyter (1607-1676) EERSTE ENGELSE OORLOG, 1652-1654 1652 29 juli Aangesteld tot vice-commandeur bij Zeeuwse admiraliteit. 26 augustus Slag bij Plymouth; overwinning. 8 oktober Slag bij Kentish Knook onder Witte de With; nederlaag. 9 december Slag bij Dungeness onder Tromp; overwin- ning. 1653 28 februari-2 maart Roemvolle terugtocht van Portland tot de Schelde onder Tromp. 12 juni Slag bij Nieuwpoort onder Tromp; neder- laag. 10 augustus Slag bij Terheyden.Tromp sneuvelt. 11 november Vice-admiraal van Holland en West- Friesland. DIVERSE ZEETOCHTEN 1654-1663Verschillende tochten naar de Middellandse Zee om de zeeroverij te beteugelen en naar de Oostzee om vrije koopvaart door Sont en Belten te handhaven. 217 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 217
1659 November Actie op Funen. INLEIDING TWEEDE ENGELSE OORLOG 1664 September Met geheime orders uit Middellandse Zee naar Guinea. 1665 Februari Met geheime orders van Guinea naar Antillen en New-Foundland. Juli Hachelijke thuisvaart. TWEEDE ENGELSE OORLOG, 1665-1667 1665 11 augustus Luitenant-admiraal van Holland en West- Friesland; opperbevelhebber van Õs Lands vloot. 1666 11-14 juni Vierdaagse zeeslag; overwinning. 4-5 augustus Tweedaagse zeeslag; nederlaag. 1667 Juni Tocht naar Chatham. 218 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 218
DERDE ENGELSE OORLOG, 1672-1674 1672 7 juni Slag bij Solebay; onbeslist. 7 en 14 juni Slagen op Schooneveld. 21 augustus Slag bij Kijkduin. Engels-Franse vloot van onze kust verdreven. ZEETOCHT NAAR SICILIè, 1675-1676 1676 8 januari Slag bij Stromboli. 22 april Slag bij de Etna; gewond. 29 april Aan de opgelopen verwondingen gestorven. 219 opmk.Bestevaer 23-01-2008 12:49 Pagina 219
CM YK 22 MM 150 MM 230 MM Een jongen uit het volk wor dt Neder l a nds grootste zeeheld ichiel de Ruyter heeft dertig jaar lang op zee gevaren en nu is het genoeg geweest. Hij heeft dankzij de koopvaardij een mooi kapitaaltje opgebouwd en wil nu aan wal blijven. Dat heeft hij zijn vrouw beloofd! Maar dan breekt de derde Engelse oorlog uit en blokkeren de Engelsen de scheepvaart naar Zeeland. Michiel is verontwaardigd, helemaal als hij hoort dat hij is voorgedragen om als admiraal met een vloot naar het Kanaal te varen om de strijd met de Engelsen aan te gaan. Met tegenzin stemt hij in, maar zodra het eerste Engelse schip in zicht komt, stort hij zich vol overgave op het avontuur. Michiel Adriaanszoon de Ruyter werd geboren in Vlissingen op 24 maart 1607 als zoon van een bierbrouwersknecht. Hij kwam in 1652 in dienst bij de Marine onder Admiraal Maarten Tromp tijdens het begin van de eer - ste Engelse Oorlog. Na de derde Engelse Oorlog werd De Ruyter naar de Middellandse Zee gestuurd om bijstand te verlenen aan de Spaanse Koning tegen de Fransen. Daar behaalde De Ruyter de overwinning, maar hij raak - te gewond en stierf op 29 april 1676. ISBN 978 90 266 2113 0 NUR 284/285 www.uitgeverijcallenbach.nl M