Inhoud Om te beginnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 1. De bron van je bestaan Jezus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 2. Zo dicht bij de bron, en tóch … Eva . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 3. Een bron in de woestijn Hagar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 4. Putten uit dezelfde bron Rebekka (1). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 5. Een bron die nooit opdroogt Rebekka (2). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 6. Onuitputtelijk Lea en Rachel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 7. Uit betrouwbare bron Rachab . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 8. Bitter of zoet water Naomi en Ruth . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65 9. Innerlijke bron Esther . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 10. Water in wijn Maria . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84 11. Wachten bij de bron Anna . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94 12. Thuis bij de bron Martha en Maria . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103 13. Stromend water Maria van Magdala . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112 14. Bron van levend water De Samaritaanse vrouw . . . . . . . . . . 121 15. De weg naar de Bron Priscilla . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130 En nu jij … . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139 Woord van dank . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 141 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 5
Ik ben je thuis, je waterbron, je anker en je haven. Bij Mij kun je je jas uitdoen, je voeden en je laven. Ik ben je regen en je zon, je maan en al je sterren. Als je verdwaalt zoek Ik je op, herken je al van verre. Ik ben je gids en je kompas, je uitzicht, je omgeving. Altijd dichtbij, waar je ook bent; je weg en je bestemming. Ik ben je steun, je toeverlaat, je houvast en je kracht. Ik ben en was en zal er zijn, als Ik je thuis verwacht. Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 7
E Om te beginnen Dan zult U lijken op een tuin met voldoende water, een altijd opborrelende bron. – Jesaja 58:11b (Het Boek (htb)) en kleine dertig jaar lang woonden we in een vrijstaand huis met daarachter een behoorlijk lapje grond, groot genoeg om ons aardig bezig te houden. Wieden, poten, snoeien, grasmaaien … Het vergde nogal wat tijd en energie om die tuin bij te houden. Toch kon al dat werk zomaar teniet worden gedaan in tijden van droogte. Want wat die tuin namelijk het hardst nodig had om te blijven groeien en bloeien, was water. De wortels van al die bomen en planten moesten zich daaraan kunnen laven en hun dorst ermee stillen om zo te kun- nen blijven gedijen. Het klinkt simpel, maar dat was het niet altijd. Regenwater was namelijk niet altijd voorhanden, en met kraanwater wilden we natuur- lijk zuinig omgaan. Om die reden hebben we destijds een bron gesla- gen. Een gat van een kleine dertig meter diep vanwaaruit we naar believen water konden oppompen om de tuin te bevloeien. Water uit eigen bron … geweldig toch! God belooft zijn volk in Jesaja 58:11 dat ze zo’n goed bevloeide tuin kunnen worden, en bovendien een bron waarvan het water nooit opdroogt. Dat klinkt geweldig … wie wil dat nu niet? De realiteit van ons dagelijks leven blijkt iets wispelturiger te zijn. De ene dag stromen we over van liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing, 8 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 8
de vrucht van de Geest die God ons belooft; de volgende dag lijken onkruid en ongedierte al dat moois weer te hebben aangevreten, en weer een dag later lijkt heel die eens zo mooie tuin verdord en ver- droogd. Die ervaring is niet iets van deze tijd. Ook in de Bijbel komen we mensen tegen, mannen en vrouwen, die verwoede pogingen doen om hun levenstuin voortdurend van het nodige water te voorzien, maar die net als wij af en toe gewoon droog komen te staan. Gelukkig reiken veel van deze verhalen ons ook handvatten aan om nieuwe bronnen te slaan, onze wortels uit te strekken en water te vinden voor onze dors- tige zielen, om ons te laven aan de liefde, genade en trouw van onze God. In dit boek willen we met een aantal van hen een tijdje optrekken. Vrouwen zoals jij en ik. Vrouwen die op een punt in hun leven God ont- moeten en, vaak met vallen en opstaan, ontdekken dat Hij een onuit- puttelijke Bron is van levend water, van alles wat we nodig hebben om overeind te blijven in dit leven, te gedijen en vrucht te dragen. Wij mogen ons als Gods kinderen bij hen aansluiten en samen met hen vol vreugde water putten uit de bron van onze redding. Als de HEER volk voor volk registreert, schrijft Hij over hen op: ‘Hier kind aan huis. ’ Zij zingen, dansen en blijven zingen: ‘Al mijn bronnen vind ik in u. ’ – Psalm 87:6-7 (Willibrordvertaling 2012 (wv2012)) 9 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 9
1 De bron van je bestaan Jezus Toen kwam Jezus van Galilea naar de Jordaan, naar Johan- nes, om door hem gedoopt te worden. Maar Johannes wilde Hem hiervan weerhouden en zei: Ik heb het nodig door U gedoopt te worden, en komt U naar mij? Maar Jezus antwoordde hem en zei: Laat het nu gebeuren, want op deze wijze past het ons alle gerechtigheid te vervul- len. Toen liet hij het Hem toe. En nadat Jezus gedoopt was, kwam Hij meteen op uit het water; en zie, de hemelen werden voor Hem geopend, en Hij zag de Geest van God als een duif neerdalen en op Zich komen. En zie, een stem uit de hemelen zei: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb! – Mattheüs 3:13-17 10 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 10
Want de Vader, die de bron van leven is, heeft de Zoon ge- machtigd om eveneens bron van leven te zijn. – Johannes 5:26 (wv2012) e Bijbel staat er vol van. Verhalen waarin we ons herkennen, over vrouwen aan wie we ons kunnen spiegelen en van wie we kunnen leren hoe het wel of niet moet. Vrouwen die hun leven leefden, met hun mogelijkheden en beperkingen. Die geboren werden en stierven, en in de jaren van hun bestaan op aarde God ontmoetten op hun levensweg, en zo met hun verhaal in de Bijbel terechtkwamen en geschiedenis schreven. En al zijn er heel wat eeuwen verstreken tussen hun tijd op aarde en de onze, toch weten we dat er in veel opzichten niets nieuws onder de zon is. Dat wij ten diepste tegen dezelfde problemen aanlopen, van dezelfde dingen genieten en dat we bovenal dezelfde God kennen. De God van Abraham, Izak en Jakob, van Hagar, Rebekka, Lea en Rachel. De God die zich in de geschiedenis van de mens telkens weer open- baart op een andere manier en ons zo steeds weer nieuwe aspecten laat zien van zijn karakter, zijn wezen. Hijzelf verandert niet, maar zijn manier van omgaan met de mens, met mannen en vrouwen door de geschiedenis heen, verandert wel degelijk. Dat maakt van Hem een persoonlijk God, die betrokken is bij de mensen die Hij ooit bedacht en maakte naar zijn evenbeeld. De mensen die Hij de vrijheid gaf om te leven, te kiezen, fouten te maken, af te dwalen en terug te komen. Al die mannen en vrouwen die Hij liefheeft en die Hij wil helpen om tijdens hun leven hier op aarde tot hun volle recht te komen. Maar voor we ons verdiepen in het wel en wee van enkele vrouwen uit de bijbelse geschiedenis, gaan we eerst terug naar de Bron – de Bron van hun en ons leven. We richten de schijnwerper op Jezus, God in de gedaante van een mens, helemaal aan het begin van zijn bedie- ning op aarde. We willen ontdekken hoe Hij werd toegerust om de taak die Hem wachtte te vervullen, waaruit Hij zijn kracht putte en waarin Hij zijn identiteit zocht en vond. 11 D Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 11
Het doek gaat op In de jaren tussen Jezus’ geboorte en zijn openbare optreden gaat het doek in de Bijbel maar een keer voor Hem op. Hij is dan inmiddels een jongen van twaalf en mag met zijn ouders mee naar Jeruzalem om Pesach te vieren. Het moet voor de jonge Jezus een ingrijpende en aan- grijpende gebeurtenis zijn geweest. Te lopen door de straten van die stad, met eigen ogen te zien hoe het Pesach werd gevierd, het feest dat een voorafschaduwing was van de belangrijkste reden van zijn komst, en voet te zetten in de tempel, het aardse huis van zijn Vader in de hemel … Na afloop van het feest blijft Hij achter in de stad, terwijl zijn ouders nietsvermoedend de thuisreis aanvaarden. Als ze na een dag reizen merken dat Jezus niet in het reisgezelschap verkeert, keren ze halsoverkop terug naar Jeruzalem. Na een bange zoektocht van drie dagen treffen ze Hem uiteindelijk aan in de tempel. Hun opgekropte angst uit zich in een verwijt: Kind, hoe kon je ons dit aandoen? Wat waren je vader en ik ongerust toen we je kwijt waren. Jezus reageert met een wijs- heid en een inzicht die zijn jaren ver te boven gaan: Waarom hebben jul- lie mij gezocht? Wisten jullie niet dat ik bij mijn Vader moest zijn? (uit Luk. 2:41-52, WV2012). Met deze ene opmerking tilt Hij een tipje van de sluier op, de slui- er die hangt over zijn afkomst, zijn bestaan vóór Hij als mens geboren werd. Even vangen we een glimp op van zijn relatie met zijn Vader in de hemel, een relatie waar we verder in die eerste jaren van zijn leven weinig tot niets van meekrijgen. Waar we überhaupt maar heel weinig van weten. In die paar woorden van Jezus klinkt ook wat heimwee door, heimwee naar Huis. Hoe Hij de relatie met zijn Vader precies onderhoudt in de eerste drie decennia van zijn leven, we weten het niet. Maar dit ene voorval laat wel zien dat Hij ondanks zijn leeftijd wel degelijk weet wie Hij is, wie Hem zijn identiteit verleent en wie de Bron is waaruit Hij kracht kan putten, elke dag weer. Na dit gebeuren in de tempel valt het doek weer en leeft Hij zijn leven nog een kleine twintig jaar achter de coulissen. 12 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 12
Jezus moet een jaar of dertig zijn geweest op het moment dat Hij van- uit Galilea naar de Jordaan komt, waar Johannes de Doper mensen doopt. Tot op dat moment is Jezus nog niet in het openbaar versche- nen en weten maar weinig mensen van zijn bestaan. Zelfs Johannes weet tot op dat moment niet dat Hij de Messias is, hoewel de twee mannen familie van elkaar zijn en bovendien leeftijdgenoten. Maar hij herkent Hem wel. Op een of andere manier beseft hij met- een wie hij voor zich heeft. Dít is het moment waar hij zijn leven lang naar heeft uitgekeken. Dít is de man voor wie hij de weg heeft moeten banen. Híj is het Licht waarvan Johannes al die tijd heeft getuigd. Het doek is opgegaan. Jezus is op het toneel verschenen. Johannes, honderd procent zeker van zijn zaak, kondigt zijn op- komst aan met woorden die aan duidelijkheid niets te wensen over- laten: Híj was het van Wie ik zei: Deze Die na mij komt, is vóór mij gewor- den, want Hij was er eerder dan ik … Zie het Lam van God, Dat de zonde van de wereld wegneemt … En ik heb gezien en getuigd dat Híj de Zoon van God is. (uit Joh. 1) Bevestiging Hoewel het heel bijzonder is dat Johannes de Messias herkent en Hem met zijn woorden erkent, is dat blijkbaar niet genoeg. Bevestigende woorden van de ene mens over een ander zijn enorm invloedrijk en belangrijk, en hebben vaak verstrekkende gevolgen. We moeten de kracht van zulke woorden niet onderschatten. Maar het oordeel van een mens over zijn medemens is niet altijd betrouwbaar en onbevoor- oordeeld. Onze woorden zijn niet altijd oprecht en kunnen worden gebruikt om een ander over te halen, te paaien of te manipuleren. In het geval van Johannes ligt dat anders. We weten door wat ons in de Bijbel wordt aangereikt over Johannes’ achtergrond dat zijn woor- den hem door de heilige Geest zijn ingegeven, de Geest die hem al vanaf de moederschoot inspireert en kracht geeft. Maar God doet er nog een schepje bovenop. Hijzelf geeft Jezus zijn goddelijke stempel van goedkeuring. Zodra Jezus door Johannes is 13 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 13
gedoopt, gaat de hemel open en daalt de heilige Geest als een duif op Hem neer. Een heel bijzonder moment. Een zichtbaar symbool voor een onzichtbare werkelijkheid: de innige verbondenheid tussen Vader, Zoon en Geest. En dan spreekt de Vader vanuit de hemel die intieme vaderlijke woorden van liefde en bevestiging: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb! En de Geest en de bruid zeggen: Kom! En laat hij die het hoort, zeggen: Kom! En laat hij die dorst heeft, komen; en laat hij die wil, het water des levens nemen, voor niets. – Openbaring 22:17 Identiteit Daarmee staat Jezus’ identiteit vast, nog voor Hij aan zijn bediening is begonnen. Niet alleen voor Johannes, maar voor iedereen die getuige is van die bijzondere gebeurtenis. Voortaan is het een uitgemaakte zaak wie de oorsprong van Jezus’ autoriteit is. Zijn identiteit is niet gebaseerd op prestatie, maar op relatie. Zijn bestaan en zijn persoon zijn niet gedekt door zijn daden, maar enkel en alleen door de liefde van zijn Vader. Hij is de Bron van zijn bestaan. Want bij U is de bron van het leven. – Psalm 36:10a 14 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 14
En nu jij . . . Lees Mattheüs 3:13-17, Markus 1:9-11, Lukas 3:21-22 en Johannes 1:29-34 en denk na over de volgende vragen: 1. Vier keer een verslag van dezelfde gebeurtenis. Wat gebeurt er pre- cies? Wat zijn de verschillen en wat de overeenkomsten? 2. Waarom aarzelt Johannes de Doper als Jezus aangeeft door hem gedoopt te willen worden? 3. Hoe neemt Jezus die bezwaren weg? 4. Wat heeft Jezus gedaan om Gods bevestiging en liefdesverklaring te verdienen? 5. Op grond waarvan mogen ook wij ons deze woorden van bevesti- ging en liefde toe-eigenen en onszelf Gods geliefde dochters noe- men? 6. Wat volgt er direct op deze bijzondere gebeurtenis in de Jordaan? Wat kun je daaruit opmaken? (Matth. 3:13-17; Mark. 1:9-13) 7. Wat weet je over de manier waarop Jezus de relatie met zijn Vader onderhield? Kun je daar iets over terugvinden in de evangeliën? 8. Hoe onderhoud jij je relatie met God? Kun je in dat opzicht iets leren van het voorbeeld van Jezus? 9. Wat spreekt je het meest aan in dit verhaal over Jezus? Wat zegt dit over de Bron van jouw bestaan, en hoe zou je dit in jouw leven van alledag kunnen meenemen? 15 Binnenwerk Putten uit de Bron_Opmaak 1 21-04-22 17:51 Pagina 15