Volgen

4 © 2018 Den Hertog B.V., Houten ISBN 978 90 331 2870 7 www.uitgeverijdenhertog.nl Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgesla- gen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij digitaal, elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

5 Inhoud Inleiding – 7 Twaalf gewone mannen – 13 Simon Petrus – 27 Andreas – 43 Jakobus – 55 Johannes – 69 Filippus – 83 Nathanaël – 97 Thomas – 111 Mattheüs en Simon Zelotes – 123 Jakobus en Judas – 137 Judas Iskariot – 147 Epiloog – 161

6 Neemt Mi jn juk op u, en leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en gi j zult rust vinden voor uw zielen. Want Mi jn juk is zacht en Mijn last is licht. MATTHEÜS 11 VERS 29 EN 30

7 Inleiding Nederlan d is een fijn land. Iedereen kan er naar school. Na de basisschool volgt het voortgezet onderwijs en daarna een beroepsopleiding. School is misschien niet altijd even leuk en boeiend, maar wel nodig om een goe- de toekomst op te bouwen. In dit boekje volg je twaalf jonge mannen. Zij volgen geen beroepsopleiding. Zij vol- gen Jezus en in drie jaren leren zij van Hem. Dit verandert hun leven en bepaalt hun toekomst. En niet alleen hun toekomst, maar ook de toekomst van allen die door hen in de Heere Jezus geloven zullen. Gewoon Het is toch een buitengewoon verhaal. Als je van jongs af aan met de Bijbel opgroeit, ben je misschien gewend geraakt aan de verhalen uit de Bijbel. Het vreemde is dat wij het ongewone gewoon zijn gaan vinden en het gewone ongewoon. Wij horen over de eeuwige Zoon van God, Die mens werd en wij vinden het gewoon. Wij lezen over mensen uit de Bijbel en vinden hen bijzonder. Dat is wat ik bedoel. De menswording van Jezus is het grootste wonder, want het betekent dat er mensen gered kunnen worden. Niet Petrus, Johannes en Thomas zijn bijzondere men- sen, maar hun Meester. De discipelen van de Heere Jezus

8 zijn geen bijzondere mensen. Ze zijn gewoon. Het zijn geen jongens die afkomstig zijn uit de hoogste kringen van de samenleving. Het waren twaalf gewone mannen, eigenlijk jonge jongens. Jongeren, zoals ze vaak in de Sta- tenvertaling worden genoemd. Dat is ook dé reden om dit boekje voor jongeren te schrijven. Gods Koninkrijk De Heere Jezus riep deze twaalf jongeren. Zij zijn steeds in de buurt van Hem. Hij is hun Meester en zij volgen in het spoor van de Meester. Ze zien Zijn wonderen. Hij is met hen in gesprek. Hij geeft hun onderwijs. Hij kneedt en vormt hen voor de grote taak die Hij hen oplegt. Zo legt Christus het fundament van Zijn gemeente. Hij had er ook alles aan kunnen doen om ervoor te zorgen dat heel veel mensen Zijn boodschap gingen om- armen. Op die manier zou Hij steeds meer aanhangers krij- gen. Er zijn veel leiders geweest in de wereldgeschiedenis die zo een beweging begonnen. Met Jezus was dat anders. Hij koos voor twaalf discipelen en leerde hen. Menselijk gezien had dit geen kans van slagen. Maar Zijn Koninkrijk is geen zaak van luidruchtigheid. Het was de Heere Zelf Die door de mond van de profeet Zacharia sprak: ‘Niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijn Geest zal het geschieden’ (Zach. 4:6). Dichtbij Jezus legde de toekomst van Zijn gemeente en de verkon- diging van het Evangelie op de schouders van deze jonge mannen. Hij had met de roeping van de twaalf discipelen een bijzonder plan. Jezus gaf hun onderwijs. Hij legde Zijn

9 juk – Zijn onderwijs – op hen, om hen voor te bereiden op hun taak. De Bijbel geeft ook een heel eerlijk beeld van deze jon- ge mensen. Alles wat zij hebben, doen, denken en zeggen, hadden wij ook kunnen doen. Hun karaktertrekken zijn ons niet vreemd. En hun karakters lopen ook nog eens flink uiteen. Ze zijn verschillend. Daarom gaat de Heere ook verschillend met hen om. Dat is leerzaam. Daarbij ko- men allerlei thema’s langs die ook nu in ons leven spelen. Ik denk aan vriendschap, trouw, geloof en ongeloof en wat het is om alleen te komen staan als christen. De discipelen komen heel dicht bij ons. Ze zijn echt mens. Net als jij en ik. Zij waren jong, waarschijnlijk even oud als jij of net iets ouder. De dis- cipelen zijn voor jou voorbeelden. Zij waren ook zondaren. Door Gods Heilige Geest werden ze weder- geboren. Zij leerden wie zij waren voor God. Maar zij leerden ook te leven van genade. De Heere riep hen en werkte in hen het geloof. Niets hadden zij van zichzelf. Alles kwam van Hem. De lijn naar jou In dit boekje volg je het spoor van de Meester aan de hand van Zijn leerlingen. Dit boekje gaat dus over mensen, maar ik hoop dat jij ontdekt wat het grote geheim was van deze mensen. De rode draad van dit boekje wordt niet gevormd door het verhaal van de discipelen, maar door de genade van de Heere Jezus in hun leven. Het geheim van de discipelen is dat Jezus hen vasthield. Hij bad voor De discipelen zijn voor jou voorbeelden. Zij waren ook zondaren. Door Gods Heilige Geest werden ze wedergebo- ren.

10 hen. Zelfs vóórdat Hij hen riep. Hij bad niet alleen voor de discipelen, maar ook voor allen die door hun woord in Hem zouden geloven: ‘En Ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor degenen die door hun woord in Mij gelo- ven zullen’ (Joh. 17:20). Dat is een bijzonder gebed van de Heere Jezus. Het zijn bemoedigende woorden, voor de discpelen, maar ook voor jou. Dit verbindt jouw leven aan het leven van de twaalf discipelen. Met hen begon de lijn van de apostolische kerk. Door hun woord zijn mensen in Christus gaan geloven, tot op de dag van vandaag. Bijbelstudies Het idee om dit boek te schrijven, ontstond toen ik bezig was om voor jongerenblad Daniël een serie te schrijven over de discipelen van de Heere Jezus. Dit boekje zet niet alle gegevens die er te vinden zijn over de discipelen op een rijtje. Dan zou het veel dikker worden. Eigenlijk zijn het bijbelstudies geworden over de discipelen van de Heere Jezus. Het is trouwens onmogelijk om compleet te zijn. Over mensen raak je uitgepraat en uitgeschreven, maar over de genade die de Heere Jezus werkt in het leven van zondaren en over de Meester Zelf raak je niet uitge- dacht of uitgeschreven. Zelfs Johannes, de discipel die het dichtst bij Jezus heeft verkeerd, schreef aan het einde van zijn evangelie: ‘Er zijn nog vele andere dingen die Jezus ge- daan heeft, welke zo zij elk bijzonder geschreven werden, ik acht dat ook de wereld zelve de geschreven boeken niet zou vatten’ (Joh. 21:25). Dit geheim is alleen te leren in de omgang met Hem, door het geloof. Dat is bevinding: erva- ren Wie de Heere in Christus is voor zondaren en Wie Hij Zelf is in Zijn werk als Profeet, Hogepriester en Koning.

11 Ik hoop en bid of de Heere door Zijn Geest dit boekje wil gebruiken voor jou. Ik bid dat jij Hem vindt en ervaart dat je door Hem gevonden bent, want: ‘Dit is het eeuwi- ge leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die Gij gezonden hebt’ (Joh. 17:3).