Bekijk de tekstversie van dit leesfragment.10 A an het Van Dalenplein staan hoge huizen. In elk huis is een bovenhuis en een benedenhuis. Sanne woont in een bovenhuis. Onder haar woont Sep. Sanne drukt haar neus tegen het raam. Hoei-oei! Het is net of ze de zee hoort bulderen. Ze kijkt naar de vogels in de lucht. Hun vleugels gaan niet op en neer. Toch gaan de vogels hard vooruit met wijde vleu- gels. Dat doet de wind. Het stormt. Sanne ziet het aan de bomen. Hun takken zwiepen heen en weer. Er liggen afgewaaide tak- ken op de straat. En er waait een plastic tas over de stoep. Sanne wipt van haar stoel. Ze wil naar buiten. Ze wil de wind voelen. Vlug trekt ze haar jas aan. ‘Pas maar op met die wind’, zegt mama. ‘Straks vlieg je nog weg. ’ Sanne lacht. Dat zou leuk zijn! Lekker vliegen. Net als de vogels in de lucht. Storm ₁ Sep en Sanne_bw-deel 3. indd 10 24-05-18 13:35
11 Een paar tellen later staat Sanne voor de deur van Sep. Sep houdt ook van storm. Dat weet ze zeker. Sanne kleppert met de brievenbus. Ze gluurt door de gleuf. ‘Sep! Sep! Het stormt!’ Sep en Sanne_bw-deel 3. indd 11 24-05-18 13:35
12 Daar komt Sep al. Hij wurmt zich in zijn jas en stapt de deur uit. ‘Joehoe!’ Sep laat zijn rits open. Hij loopt met grote stappen over de stoep tegen de wind in. Met zijn armen wijd. Net alsof hij vleugels heeft. Sanne doet haar rits ook open. Ze loopt achter Sep aan. Ook met grote stappen. Want rennen gaat niet. Brr, het is wel koud met hun jassen open. Gelukkig hebben ze allebei een dikke trui aan. De wind duwt hard tegen hen aan. Maar Sep en Sanne zijn sterker dan de wind. Ze hangen naar voren te- gen de wind in. Ze lopen helemaal tot het eind van de straat. Bonk. Sanne botst tegen Sep aan. Die stopt opeens. ‘Nu weer terug’, zegt Sep. Hij draait zich om. Sanne draait zich ook om. De wind duwt nu in hun rug. Sep en Sanne hollen er-vandoor. Dat voelt heel anders. Bijna alsof ze vliegen! Sanne struikelt haast over haar eigen benen. Zo hard gaat ze. Bij de bocht in de stoep staat een bank- je. Daar ploffen ze samen op neer. ‘Wow!’ roept Sep. ‘Wat een storm. ’ ‘Heb je de vogels al gezien? ’ wijst Sanne naar boven. Sep kijkt omhoog. ‘Ze hoeven niet te flapperen met hun vleugels. Ze zweven op de wind. ’ ‘Rrr’, horen ze achter zich op de stoep. Daar gaat meneer Van Dam met zijn rol- lator. ‘Hallo kinderen’, zegt hij. ‘Wat een weer, vandaag!’ ‘Wij houden van storm’, zegt Sep. ‘Nou, nou’, zegt meneer Van Dam. ‘Ik vind het maar niks. ’ Hij drukt zijn hoed stevig op zijn hoofd. Sep en Sanne_bw-deel 3. indd 12 24-05-18 13:35
13 ‘Maar mijn brood is op. Dus ik moet wel naar de bakker. ’ ‘Rrr. ’ En verder loopt meneer Van Dam tegen de wind in. Huppakee, daar waait zijn hoed van zijn hoofd. Zo met een boog de lucht in. ‘O nee!’ roept meneer Van Dam. ‘Daar gaat mijn mooie hoed. ’ Sep en Sanne rennen erachteraan. De hoed buitelt door de lucht. Dan valt hij ineens naar beneden. Midden op de straat. Gelukkig rijdt er net geen auto. Sep raapt de hoed vlug op. Sanne plukt er een blaadje af. Dan brengen ze hem terug naar meneer Van Dam. Die is stil blijven staan op de stoep. ‘Dank je wel, kinders. ’ Hij schudt zijn hoofd. ‘Een hoed op is niks gedaan met die wind. Ik breng hem weer terug naar huis. En dan wacht ik de storm maar even af. Ik eet wel beschuiten vandaag. ’ ‘Mmm, beschuiten’, zegt Sanne. Dat wil zij ook wel. Lekker geen boterhammen. ‘Kom’, zegt Sep. ‘We gaan leunen in de wind. ’ ‘Huh? ’ zegt Sanne. ‘Hoe dan? ’ ‘Op het grasveldje’, zegt Sep. Ze steken over naar het midden van de straat, waar een grasveldje is met een zandbak en speeltoestellen. ‘Hier waait het nog meer’, zegt Sanne. ‘Hoe kan dat? ’ ‘Door de huizen’, zegt Sep. ‘Die staan niet in de weg. ’ ‘Hoe weet jij dat? ’ Sep haalt zijn schouders op. ‘Gewoon, omdat ik dat weet. ’ Dan draait hij zijn gezicht naar de wind toe. Sanne gaat naast hem staan met haar armen en benen wijd. Net als Sep. Heel langzaam leunen ze naar voren. ‘De wind is net een ligstoel’, zegt Sanne. Even gaat het goed. Maar dan vallen ze op hun knieën en handen op het gras. Sep en Sanne_bw-deel 3. indd 13 24-05-18 13:35
14 ‘Nog een keer’, zegt Sep. En dat doen ze. Wel tien keer leunen ze in de wind. En vallen ze op het gras. Maar dat is niet erg. Want gras is toch zacht. Sep en Sanne_bw-deel 3. indd 14 24-05-18 13:35