In 1520 brengt Luther als eerste van in totaal vier reformatorische geschriften die hij dat jaar in de volkstaal zal publiceren, Sermon von den guten Werken, uit. Hij legt er aan de hand van de Tien Geboden in uit hoe het leven uit het geloof gestalte aanneemt in goede werken. De door Luther zelf gegeven typering 'Sermon' duidt aan dat zijn boek een pastoraal-verkondigend karakter heeft, waarin het leven in zijn volle breedte en diepte aan de orde komt. Tegelijk is het een grondig doordachte nieuwe benadering van wat chistelijk leven in de praktijk inhoudt. Men heeft het daarom met goed recht de benaming 'eerste ethiek van de Reformatie' meegegeven.
In de loop van de eeuwen is het eigene en vernieuwende van dit geschrift steeds meer op de achtergrond geraakt, om in de twintigste eeuw in zijn betekenis en kracht te worden 'herontdekt'. De 'herontdeking' begon in de tijd van het Derde Rijk, maar de betekenis ervan dringt pas de laatste jaren echt door in de huidige ethische bezinning.
Heeft u een vraag over dit boek: De eerste ethiek van de reformatie van G.C. den Hertog? Dan kunt u ons uw vraag sturen via het contactformulier of stuur een mail naar [email protected].
Wij zijn ook bereikbaar via Whatsapp! U kunt ons dus ook een appje sturen met uw vraag.