Bekijk de tekstversie van dit leesfragment.InhoudTr a l i e s11Gehaktbal21Ongewenst33Gemist43Niet de bedoeling51Uitgeprocedeerd59Breekpunt67Klacht79Leven in een hel89To t l a s t95Laat me gaan101Leer mij bidden105Graag neem ik je mee in mijn wereld van de spoedeisende hulp (SEH). Wat zich afspeelt in de behandelkamer van een SEH is vaak routine. Per jaar zijn er in totaal ongeveer twee miljoen be-zoeken aan een SEH in Nederland. Patiënten met kleine kwaal-tjes tot ernstige ziektes worden dagelijks opgevangen en behan-deld door goed getrainde verpleegkundigen en artsen. Soms is er een bijzondere ontmoeting die mij raakt en aan het denken zet. Verdrietige verhalen, schrijnende verhalen, verhalen over hoop en zelfs conflicten om van te leren. Dit boek is een verzameling van twaalf verhalen die zich afspelen op verschillende SEH-afdelingen verspreid door heel Nederland. Het is een selectie van gebeurtenissen over een periode van vier jaar. In deze jaren heb ik mijn droom kunnen verwerkelijken. Vanuit een onmogelijke situatie als uitgeprocedeerde asielzoeker droomde ik er als jonge tiener van om in een witte jas pati-enten te kunnen helpen. Ik fantaseerde dat ik als dokter on-vermoeibaar 24/7 voor alles en iedereen klaar zou staan en de meest heldhaftige ingrepen zou doen. In mijn voorstelling zou ik iedere dag levens redden en het verschil maken. Helaas ben ik er achter gekomen dat ik niet de dokter kan worden als in de dromen van een tiener. De realiteit is dat ik af en toe moe-gestreden ben, af en toe kortaf. Soms maak ik fouten en zelfs heb ik mij eens bij de klachtenfunctionaris moeten melden. VoorwoordGastarbeiderOndanks dit alles is mijn droom wel realiteit geworden en leer ik iedere dag de belangrijke lessen van het leven. Graag neem ik je mee in mijn wereld van de spoedeisende hulp. Deze verhalen zullen in een bredere context geplaatst worden en misschien af en toe schuren. Graag maak ik je deel van de beslissingen die ik soms moet nemen en de gevoelens die ik heb. Gegevens als leeftijd en geslacht kunnen aangepast zijn om de personages onherkenbaar te maken. Ook zijn de details van het verhaal waar nodig aangepast. Het is dus geen feitelijke weerga-ve van gebeurtenissen. De gesprekken en de citaten zijn alleen een weergave zoals ik de situatie ervaren heb. De verschillende werkgevers zijn niet betrokken geweest bij het tot stand komen van dit boek. Ik heb het op persoonlijke titel geschreven en de ziekenhuizen kunnen niet verantwoordelijk gehouden worden voor de inhoud van dit boek. Zij hebben vooraf dit boek ook niet ingezien. De titel ‘Gastarbeider’ heeft meerdere betekenissen voor mij. Zo voel ik mij af en toe een gast in dit land. Ondanks dat wil ik graag arbeiden in dienst van de samenleving. Mijn werk is een van mijn grootste passies. Ik wil graag de Nederlandse sa-menleving iets teruggeven voor de kansen die ik heb gekregen. Mijn dankbaarheid uit ik onder meer door de arbeid die ik ver-richt. Daarnaast ben ik een gast op deze wereld. Ik ben met niets gekomen en ik ga niets meenemen. In de tussentijd wil ik het verschil maken met alles wat ik hier doe. Tot slot is er nog zoveel werk te verzetten en oogst binnen te halen, dat we meer arbeiders nodig hebben. Bij gebrek aan arbeiders worden soms gastarbeiders gestuurd. VoorwoordMet dit boek wil ik alle collega artsen en verpleegkundigen eren die mij het vak hebben geleerd – zij die voorbeelden voor mij geweest zijn en mij hebben gevormd. Dit boek draag ik liefdevol op aan mijn ouders, Razmik en Laura, en aan mijn broer Grigor. Zij hebben mij gesteund om te dromen en vele offers gebracht om mij verder te brengen. Gor KhatchikyanUtrecht, november 2019“Hij zei tegen hen: ‘De oogst is groot, maar arbeiders zijn er weinig; vraag dus de eigenaar van de oogst of hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen. ”Lukas 10:211Het is een rustige middag op de spoedeisende hulp. Opeens krijgen we een melding van de ambulance dat er een patiënt komt met pijn op de borst. Dat is een melding die in potentie om een levensbedreigend hartinfarct kan gaan, zeker gezien de risicofactoren bij deze man. Bij een dergelijke melding moet je snel en goed voorbereid de opvang doen en klaarstaan om zo’n ambulance als het ware op te vangen. Vaak doen we dat met twee verpleegkundigen en één arts. De ambulance rijdt de sluis binnen, waarlangs die in de shock-room (kamer ingericht voor opvang van ernstig zieke patiënten) kan komen of de acute opvangkamer waar wij klaarstaan. Terwijl de patiënt uit de auto wordt gehaald, zie ik dat deze man begeleid wordt. Nu worden mensen wel vaker begeleid, maar over het alge-meen zijn het familieleden die meekomen. Deze man heeft echter twee agenten bij zich met kogelwerende vesten aan en wapens. Dan pas besef ik: deze man is een gedetineerde. Als er zo’n ge-detineerde komt, die misschien wel vluchtgevaarlijk is, wordt er veel bewaking meegestuurd. Bij kleine delicten zijn de bewa-kers ongewapend, maar soms zijn ze zwaar bewapend. Dit zijn namelijk momenten waarop de gedetineerden hulp van buiten zouden kunnen krijgen. Ziekenhuisbezoeken zijn daarom strikt geheim en nooit op afspraak. Ik vind het zelf altijd wel leuk, want dan heb je een klein circusje op de spoed. Tralies12GastarbeiderDe man wordt binnengereden, met de twee agenten mee. Terwijl de verpleegkundigen hem aansluiten aan de monitor, snel een hartfilmpje maken, zijn bloeddruk meten en bloed af-nemen voor laboratoriumonderzoek, observeer ik de situatie en kijk vooral naar de algemene indruk die de patiënt maakt. Aan ons de taak om te achterhalen of hij een hartinfarct heeft of een andere levensbedreigende diagnose. Dan begin ik hem na te kijken en tegelijkertijd begin ik met de zogenaamde anamnese, het vraaggesprek. Wat voor soort pijn heeft hij, hoe is die ontstaan, is hij bekend met hartklachten; dat soort vragen. In ons computersysteem kan ik niets over hem vinden; hij heeft dus nog geen medisch dossier in ons zieken-huis. Voor mij betekent dit een blanco begin. Ik wil geen waar-devolle informatie missen. In de hectiek van de eerste opvang valt het mij op dat hij een kruisje om zijn nek draagt. Ik houd van symbolen: deze vormen een belangrijke manier van communicatie. Eigenlijk zijn men-sen die symbolen dragen, op sieraden dan wel op kleding, ofwel tatoeages hebben, mensen met verhalen. Het is ontzettend inte-ressant en belangrijk om deze verhalen verteld te krijgen en niet onopgemerkt voorbij te laten gaan. Verhalen moeten verteld worden. Ongehoorde en weggestopte boodschappen mogen het wat mij betreft altijd uitgeschreeuwd worden. Als het niet in een ziekenhuis kan, waar dan wel? Als er geen luisterend oor is of geen tijd en aandacht voor de verhalen van mensen, worden we een fabriek waarin het om productie draait. Ik wil graag mijn oren en mijn tijd lenen voor deze verhalen. Hier leer ik van, hier groei ik door, hiermee vorm ik mijn wereldbeeld en kijk op het leven. Ik vind dat je hier tijd voor mag nemen, als ziekenhuis, als dokter, als professional. Puur omdat het je helpt om de mens te begrijpen.