Henk Binnendijk De God van Abraham , Isaak en Jakob Henk Binnendijk De God van Abraham , Isaak en Jakob ‘Ik hoop dat dit boek de lezer brengt bij het oude, levensechte boek, de Bijbel. ’ Henk Binnendijk 9789043 530590 ISBN 978-90-435-3059-0 Abraham, Isaak en Jakob en hun vrouwen waren gewone mensen. Ze leefden vierduizend jaar geleden en in een andere cultuur. Maar het waren wel mensen met dezelfde gevoelens, verlangens en onzekerheden als wij. Wie ook nog altijd Dezelfde is, is de God van Abraham, Isaak en Jakob. Hij beloofde hun veel. Sommige beloften werden gedurende hun leven vervuld. Andere lagen in de toekomst. En ondanks hun tekortkomingen bleef Hij altijd achter hen staan. Henk Binnendijk is een geliefde en veelgelezen auteur. Hij werkte jarenlang als programmamaker en werd bekend door zijn tv- programma’s met Bijbelstudies en gesprekken over het geloof. Hij sprak op EO-Jongerendagen en spreekt nog steeds op conferenties en mannendagen. Onder zijn bekendste boeken behoren Dichtbij God, De Bergrede en Het verlangen van God. Van zijn boek Het Meesterwerk van God (2017), over het Bijbelboek Openbaring, verschenen binnen een jaar zes drukken. ● 28 Bijbelstudies met vragen voor persoonli jke studie ● T oegankelijke stijl ● Bekende Bi jbelverhalen belicht ● Inspirerend en v erhelderend ● Tv-serie Family 7 ● Geschikt voor Bi jbelstudiegroepen
DE GOD VAN ABRAHAM, ISAAK EN JAKOB De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 1
Opgedragen aan mijn vrouw, Marian De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 2
Henk Binnendijk De God van Abraham, Isaak en Jakob Bijbelstudies Vijfde druk KokBoekencentrum Uitgevers - Utrecht De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 3
Omslagontwerp Patrick Staal Opmaak binnenwerk ZetSpiegel, Best Vijfde druk, 2018 ISBN 978 90 435 3059 0 ISBN e-book 978 90 435 3060 6 NUR 707 www. kokboekencentrum. nl © 2004 KokBoekencentrum Uitgevers - Utrecht Alle rechten voorbehouden . De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 4
Inhoud Voorwoord 7 1 Ga uit uw land 9 2 De werkelijkheid 16 3 Hongersnood 23 4 Terug naar de basis 30 5 Dicht bij mensen 37 6 De dromer 43 7 Menselijk 50 8 Waar om gelachen is 57 9 Een man van gebed 63 10 Te ver van God, te dicht bij mensen 70 11 Vriendschap 76 12 De erfgenaam 82 13 Uitverkoren om te lijden 88 14 De God van Sara 95 15 Op zoek naar de ware 101 16 De God van Abraham, Isaak en Jakob 107 17 Het huwelijk van Isaak en Rebekka 114 18 De God van Isaak 120 19 Familiedrama 126 20 Weg uit het beloofde land 133 21 Zo doet men niet hier 139 22 Laat mij vertrekken 146 23 Winnen door te verliezen 153 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 5
24 Parkeren voor de poorten van de hel 159 25 Vier sterfgevallen 166 26 Na een lange, donkere nacht 173 27 Kwaad en gezegend 180 28 Let op het einde van hun wandel 185 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 6
Voorwoord Op mijn tiende verjaardag kreeg ik van mijn vader een boekje, met de titel Abraham, de vriend van God. Geschreven door Anne de Vries. Die titel is me altijd bijgebleven: de vriend van God. Je zult toch als de vriend van God de geschiedenis ingaan. Nu ik zeventig ben, heb ik zelf een Bijbelstudieboek geschreven over de God van Abraham, Isaak en Jakob. Die tussenliggende zestig jaar lijken achteraf wel noodzakelijk. Want er zijn twee dingen die ik vooral heb willen leren. Het eerste is dat ik Abraham, Isaak en Jakob en hun vrouwen wilde leren kennen als gewone mensen. Natuurlijk leefden ze bijna vierduizend jaar geleden. Bovendien is hun leefomgeving en cultuur niet te vergelijken met de onze. Maar het waren wel mensen met dezelfde gevoelens, verlangens en onzekerheden als wij. We worden het meest door hun geschiedenis- sen gezegend als we ze niet op een voetstuk plaatsen. Het tweede dat mij boeide was de God van Abraham, Isaak en Jakob. De manier waarop Hij met hen omging. God riep een man die niets van Hem wist en aan niemand iets over Hem kon vragen. Hij vroeg hem zomaar om uit zijn land te gaan. Hij begon met deze mannen en vrouwen aan te spreken en bracht hen, gedurende hun leven, tot een sterke binding met Zichzelf. Gewoon door steeds weer in hun leven te komen. Hij beloofde hen veel. Sommige beloften werden gedurende hun leven vervuld. Andere lagen in de toekomst. Hij vermaande hen nooit. Soms leerde Hij hen door te zwijgen. Hij leerde hen door hun beslissingen, hun falen, hun zelfzucht en hun liefde. Door hen te laten 7 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 7
zien wat hun daden opleverden. Zowel negatief als positief. Maar Hij bleef altijd achter hen staan. Hij nam het altijd voor ze op. Vooral bij Jakob is Zijn toenadering heel verrassend. Het is dan ook mijn verlan- gen om niet alleen deze mensen, maar vooral de God van Abraham, Isaak en Jakob, beter te verstaan. In hoofdstuk een en twee heb ik heel kort iets over mezelf geschreven, omdat het daar iets toevoegt aan de inhoud. Elk hoofdstuk wordt af- gesloten met vier vragen. Zodat het voor Bijbelstudie, persoonlijk of in groepsverband, geschikt is. Niet alle vragen zijn goed te beantwoorden. Ze zijn ook meer bedoeld om ons te doen nadenken. Misschien is het een goede suggestie om het desbetreffende hoofdstuk eerst in de Bijbel te lezen. Want ik hoop dat dit boek niet op zichzelf zal staan, maar naar de Bijbel leidt. De Franse schrijver Joseph Joubert heeft gezegd: ‘Het grote bezwaar van nieuwe boeken is dat ze ons beletten de oude te lezen. ’ In dit geval hoop ik dat dit boek u brengt bij het oude, levens- echte boek, de Bijbel. Gods mensenboek. Moge God ook dit boek gebruiken om mensen meer te hechten aan Zichzelf. Henk Binnendijk 8 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 8
Hoofdstuk 1 Ga uit uw land Genesis 11:26-32 en 12:1-3 Hoe zou dat nou begonnen zijn? Was Abraham, die toen nog Abram heette, een man die nergens aan deed en die zomaar een stem hoorde, die hem zei: Ga uit uw land!? Of deed hij hetzelfde als zijn familie, diende hij de afgoden? (Joz. 24:2) Of verzette hij zich daar juist tegen en brak hij de afgoden van zijn familie af zoals Gideon deed? (Ri. 6:24) Was hij al godsdienstig, zodat God reageerde op zijn zoeken naar God? Als je films ziet over Abraham, zie je meestal dat laatste. Dat Abram de afgoden van zijn familie stukslaat. Die gegevens komen echter uit de Koran. De Bijbel vertelt ons daar niets over. Maar als we onze gedachten laten gaan over het totaal van de Bijbel? Als we ons afvragen hoe God in contact treedt met mensen? Komt dat dan zomaar, plotseling, als iets geheel onverwachts, of heeft het een voorgeschiedenis? In de Bijbel wordt het plotselinge verschijnen van God meestal voorafgegaan door een stiller, onopvallender werk van Gods Geest. Terwijl er iets verrassends is in het roepen van God, blijkt toch vaak dat God al veel langer met zo iemand bezig is. Zoals Paulus zegt van zichzelf: Maar toen het Hem, die mij van de schoot van mijn moeder aan afgezonderd en door zijn genade geroepen heeft. . . God had hem van de schoot van zijn moeder aan afgezonderd en door Zijn genade geroepen. Gods spreken tot Paulus op de weg naar Damascus had een lange voorgeschiedenis. Een aanloop, waarin God onder andere het getuigenis van Stefanus en de gebeden van de eerste gemeente ge- bruikt heeft om in Saulus een geestelijk werk te doen. 9 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 9
Zoals David, die als jonge man door Samuël tot koning werd gezalfd, maar die zegt dat God zijn vormeloos begin al kende. Dat God hem zelfs in de moederschoot heeft geweven. (Ps. 139) Zo vind je in de Bij- bel dat Gods roeping verrassend is, maar dat het ook een voorgeschie- denis heeft. Gods roeping, zoals je die in de Bijbel leest, is meestal niet Gods eerste roep. Daar is een lange werking Gods aan voorafgegaan. Zo is het ook bij Abram. Hoe de voorgeschiedenis was, weten we niet, maar op grond van Gods handelen met mensen, mogen we ervan uitgaan dat die er was. En dan stuiten we meteen op een geheimenis. Want waarom riep God Abram en niet Lot? Waarom Saulus en niet Gamaliël? (Hand. 22:3) Waarom David en niet Eliab? (1 Sam. 16:6, 7) Op die vraag kunnen we geen antwoord geven. Het is een geheim, verborgen in Gods hart. En daar moet het blijven. We mogen er wel bescheiden over nadenken. Zoals de Bijbel zegt: Het is Gods eer een zaak te verbergen, maar der koningen eer een zaak uit te vorsen. (Spr. 25:2) En als we bescheiden zoeken om dit uit te vorsen, willen we nog eens nadrukkelijk zeggen dat het Gods keuze is, waar Hij ons geen uitleg over geeft. Maar je krijgt toch ook de indruk dat God in deze mensen iets vindt, dat Hem bekoort. God spreekt later over: mijn vriend Abraham. (Jes. 41:8) Dat heeft iets teders, van God uit gezien. Als Nehemia tegen God over Abraham spreekt, zegt hij: Gij hebt zijn hart getrouw bevonden voor uw aangezicht. (Neh. 9:8) Dat zegt Nehemia achteraf, maar God heeft dat vooraf geweten. God zegt van Paulus: Deze is Mij een uitverkoren werktuig. (Hand. 9:15) Dat heeft iets kostbaars van God uit gezien. God zegt van David: Ik heb David gevonden, een man naar mijn hart, die al mijn bevelen zal volbrengen. (Hand. 13:22) Dat heeft iets intiems van God uit gezien. Want God ziet het hart aan. (1 Sam. 16:7) God heeft in het karakter van deze mannen iets gezien van gehoorzaamheid en toewijding, wat Hem bekoorde. En toen kwam die grote roeping. F. B. Meyer schrijft in zijn boek over Abraham: ‘Indien wij leven naar het licht, dat wij hebben, zullen wij meer licht ontvangen. Indien wij getrouw zijn in het kleine, kan ons de gelegenheid geschonken wor- den, om in het grote getrouw te worden. Indien wij in Ur standvastig zijn, kunnen wij geroepen worden om een grote rol te spelen in de ge- 10 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 10
schiedenis van de wereld. Gods keus is nooit willekeurig, maar is ge- grond op enige voorafgaande karaktertrek in hen, die Hij van hun metgezellen afzondert, om Zijn medearbeiders te zijn. Die Hij te- voren gekend heeft, die heeft Hij ook tevoren bestemd en geroepen. ’ (Rom. 8:29) (Uit Abraham, van F. B. Meyer, blz. 7. ) Dit doet niets af aan Gods verkiezing. Integendeel, het bevestigt de ver- kiezing en verbreedt die. Het bevestigt hoe God, om Zijn welbehagen, het willen en werken in ons werkt. (Fil. 2:13) Het geeft aan hoe God vanaf de moederschoot begint. Hoe het Zijn werk is. En hoe Hij tot een grotere roeping en openbaring komt, als gevolg van wat Hij in die tijd daarvoor in ons heeft kunnen bewerken. Het is God, die zich ont- fermt. (Rom. 9:16) Het is uit Hem en door Hem en tot Hem. (Rom. 11:36) Dit alles maakt het logischer dat God tot Abram zegt: ga uit je land. Want ‘er was al iets’ tussen God en Abram. Zoals ook nu jongeren, die er thuis in zijn opgevoed, vaak meer openstaan voor Gods roeping, dan zij die niets van Hem weten. God werkt van de schoot van onze moe- der af, vanaf ons vormeloze begin. Dat is genadevolle verkiezing. Die ineens heel helder kan worden als God ons aanspreekt. Nu is voor ons de opdracht om uit ons land te gaan en ons in een ander land te vestigen, lang niet zo ingrijpend als die voor Abram was. Wij staan, ook in een ander land, onder bescherming van wetten. Maar in de tijd van Abram was alleen het land waar je woonde, te midden van je familie, je bescherming. Als de profeet Elisa aan een vrouw vraagt wat hij voor haar kan doen, dan wijst ze dat af met de woorden: Ik woon te midden van mijn familie. (2 Kon. 4:13) In familieverband werd voor je gezorgd, daar was je veilig. Buiten je land en je familie was je afhanke- lijk van de welwillendheid van de plaatselijke bevolking. Als die je niet gunstig gezind was, kon dat zelfs levensbedreigend zijn. Zie maar wat Abram later in Egypte ondervindt. (Gen. 12:12) Bovendien moest Abraham de veiligheid van een stad inleveren voor een volkomen onbekende bestemming. Want hoewel zijn vader Terach een herdersvorst was, waardoor ze zomers als nomaden met hun kudden rondtrokken, genoten ze in de wintertijd de bescherming en welvaart van de stad. Want Ur was een bloeiende havenstad in Mesopotamië, het tegenwoordige Irak. Het was gelegen aan de linkeroever van de Eufraat. Het lag tevens aan de Perzische Golf, die zich toen veel meer landin- 11 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 11
waarts uitstrekte. Het had ten noorden van de stadsmuur een grote haven. En dwars door de stad liep een groot kanaal, dat de regeringsstad van de woonstad scheidde. Op een trapvormig terras stond de tempel van de maangod Sin. Ur was reeds eeuwen voordat Abram er woonde een beroemde stad, waar de burgers in goedgebouwde huizen woon- den, die met zekere weelde waren ingericht. Deze zekerheden moest Abram prijsgeven, terwijl hij niet wist wat daarvoor in de plaats zou komen. Want God zegt niet meer dan: het land dat Ik u wijzen zal. (Gen. 12:1) De vraag rijst dan toch: waarom deed Abram dat? Waarom liet hij al het vertrouwde zomaar los en koos voor absolute onzekerheid? Alleen omdat hij een stem hoorde, die hem dit zei? Ja, alleen om die stem. Maar het was dan ook niet de eerste de beste die hem dit zei. Het was God die sprak. En dat maakt het grote verschil. Stefanus zegt het zo: De God der heerlijkheid is verschenen aan onze vader Abraham. (Hand. 7:2) De God der heerlijkheid is verschenen. Dat is nogal wat. De Schepper van het heelal gaat iets zeggen. En Hij zegt niet alleen iets, Hij verschijnt. Wil dat zeggen dat die verschijning gepaard ging met licht en donder en bliksem, zoals bv. bij de wetgeving? (Ex. 20:18) Dat weten we niet, maar dat hoeft helemaal niet. Gods verschijning is niet gelegen in uiter - lijk vertoon, maar in een stootkracht (ik weet geen beter woord) die een zeer sterke en blijvende invloed op ons heeft. Het heeft een nadruk en helderheid die alleen God teweeg kan brengen. Hoor je die stem met je hart of met je oren? Zelfs dat weet je niet, maar het doet ook niet ter zake. Het gaat om de werkelijkheid van dat spreken. De bijzonder- heden waarmee het gepaard gaat, doen er niet toe. Zeker niet voor de- gene die Gods stem heeft gehoord. Als Paulus spreekt over zijn ervaring met God, zegt hij: of het in het lichaam was, weet ik niet, of dat het buiten het lichaam was, weet ik niet, God weet het – dat die persoon weggevoerd werd tot in de derde hemel. En ik weet van die persoon – of het in het lichaam of buiten het lichaam was, weet ik niet, God weet het. . . (2 Kor. 12:2, 3) De de- tails kunnen hem niet zo veel schelen. Hij spreekt er ook heel bescheiden over. Hij noemt zijn eigen naam niet, maar spreekt over een mens in Christus. (vers 2) Bovendien zegt hij 12 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 12
dat hij onuitsprekelijke woorden heeft gehoord, die het een mens niet geoorloofd is om uit te spreken. (vers 4) Dat is het buitengewone van openbaring. (vers 7) Bovendien wil hij niet dat men hem meer toekenne dan wat men van hem ziet en hoort. (vers 6) Die bescheidenheid is terecht. Hoewel hij, bij an- dere gelegenheden, ook weer uitgebreid spreekt over Gods spreken tot hem op de weg naar Damascus. (Hand. 22 en 26) Dat doet ook mij twijfelen of ik zal schrijven over die ene keer dat God duidelijk tot mij heeft gesproken. Het kan kinderen van God, die dit niet op deze wijze hebben meegemaakt, en dat zijn de meesten, zo ontmoedigen. En het kan mij op de voorgrond plaatsen, terwijl ik dat liever niet wil. Toch denk ik dat het ook een positieve kant heeft om het wel op te schrijven. Want het toont zo helder aan dat de God, die vierduizend jaar geleden tot Abram sprak, dat nog steeds doet. Iemand schreef over Abraham dat de verhalen over hem wel waar zijn, maar niet waar gebeurd. En dan denk ik: als de manier waarop God tot Abram sprak, ook nu nog voorkomt, zou dan de roeping van Abram niet waar gebeurd zijn? Anderen zeggen dat God slechts tot mensen sprak in Bij- belse tijden. En nu alleen nog maar tot ons spreekt door de Bijbel. Na- tuurlijk is dat laatste waar en is dat ook de regel. Maar God kan ook nu nog buiten de Bijbel om tot ons spreken. Om die mensen te helpen, wil ik toch iets over mijzelf schrijven. En ik zeg er met nadruk bij dat mij dit maar één keer is overkomen. Het gebeurde toen ik een jaar of vier christen was. Ik werkte toen in ons familiebedrijf en zou mijn vader daarin opvolgen. Maar in mijn hart groeide een verlangen om fulltime in de dienst van God te gaan. Ik werd me sterk bewust van de noodzaak om het evangelie aan ande- ren door te geven. De nood van de velen die nooit van Hem hadden gehoord, kwam op me af. En dat ging me steeds meer benauwen. Moest ik de rest van mijn leven bezig zijn om leiding te geven aan ons bedrijf, terwijl er zoveel mensen verloren gingen? Er kwam een tijd dat mijn enige broer uit ons bedrijf ging. Dus moest ik met mijn vader naar de notaris om een nieuw firmantschap te sluiten. Mijn vader drong daarop aan, maar ik stelde het uit. Ik wilde in mijn hart ervan overtuigd zijn dat God wilde dat ik met de zaak doorging. Daar- 13 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 13
om ging ik verschillende vrije zaterdagen naar de duinen om te zoeken naar Gods leiding. Ik stond open voor beide mogelijkheden. Ik wilde graag in de zaak blijven, want dat had mijn hart, maar ik wilde vooral graag wat God wilde. Maar hoe kom je daar achter? Vaak vroeg ik: Heer wat wilt U dat ik doen zal, zoals Paulus dat vroeg. (Hand. 22:10) Maar ik ontving geen leiding. Ik was me bewust dat uit de zaak gaan grote consequenties had. Ik was getrouwd en we hadden kinderen. Daar was ik wel verantwoordelijk voor. Ons huis stond naast het bedrijf. Daar zou ik eigenlijk uit willen. Maar waarheen dan? Maar het ergste was mijn vader. Hij rekende er helemaal op dat ik de zaak zou overnemen, zodat hij wat rustiger aan kon doen. En ik vond het verschrikkelijk om hem te moeten zeggen dat ik hem in de steek zou laten. Dat was voor mij echt een offer. En in mijn nood zei ik: Here God, als U wilt dat ik dit offer breng, maakt U mij dat dan duidelijk, dan zal ik het doen. En toen sprak God en zei: Ik vraag niets van je, Ik bied je iets aan. Vraag me niet of ik dit hoorde met mijn oren of met mijn hart. Ik weet het echt niet. Wat ik wel weet is dat het heel helder was. En heel in- dringend. Er was geen enkele twijfel mogelijk. Dit was God. Nu, na al die jaren zijn die woorden nog steeds indrukwekkend voor me. Dat is het wonder van het spreken van God. Het gaat niet om de uiterlijke omstandigheden, die waren bij mij zoals ze altijd waren. Het gaat om de impact van het spreken van God, de ‘stootkracht’, de openbaring. De God der heerlijkheid die verschijnt. Ik vroeg God een uur bedenktijd. En in dat uur liet Hij mij geestelijk zien, wat Hij mij aanbood. Hoe gezegend het is een discipel van Jezus Christus te mogen zijn. De bekoring van het spreken over Hem. Later zijn de woorden – Ik bied je iets aan – regelmatig bij mij teruggekeerd. Als ik op televisie de kans kreeg om voor honderdduizenden het Evan- gelie te mogen verkondigen. Of in de Arena stond voor vijftigduizend jongeren. Toen God mij riep, wist ik dat natuurlijk niet. Maar de glans van Gods aanbod was toen wel een werkelijkheid voor me. En na dat uur bedenktijd heb ik gezegd: Graag Here God, hier ben ik. Want de glans van Gods aanbod is veel sterker dan de schaduw van Gods vraag. Zo ook bij Abraham. God vraagt: Ga uit uw land en uit uw maagschap en uit uws vaders huis. En God biedt aan: Ik zal u tot een groot volk maken, en 14 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 14
u zegenen, en uw naam groot maken, en zult tot een zegen zijn. Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt zal Ik vervloeken, en met u zullen alle ge- slachten des aardbodems gezegend worden. (Gen. 12:1-3) Driemaal vraagt God: Ga uit, en driemaal biedt Hij aan: ik zal. En het licht van ‘Ik zal’ wint het van de schaduw van ‘Ga uit’. Als de God der heerlijkheid ver- schijnt, is Zijn aanbod louter heerlijkheid. Dan kan Hij ondanks de offers zeggen: ik vraag niets van je, Ik bied je iets aan. Want als de God der heerlijkheid verschijnt, is Zijn aanbod eindeloos veel rijker en gro- ter en gezegender dan wat Hij vraagt. Vragen: 1. Als je terugkijkt op je leven, zie je er dan iets van dat God vanaf de moederschoot met je begon? 2. God zegt tot Abram: Ik zal zegenen wie u zegenen. Zegt dat ook iets over onze houding ten opzichte van het volk Israël? 3. God zegt tot Abram: Met u (of door u) zullen alle geslachten van de aard- bodem gezegend worden. Waaruit is dat gebleken en zal dat blijken? 4. Wat kan de geestelijke betekenis zijn van ‘uit je land gaan’? (Ex. 20:1, 2; Mat. 4:22) Durf je het aan om met God op weg te gaan? 15 De God van Abraham, Isaak en Jakob 1-192 5e druk_Opmaak 1 02-10-18 16:22 Pagina 15
Henk Binnendijk De God van Abraham , Isaak en Jakob Henk Binnendijk De God van Abraham , Isaak en Jakob ‘Ik hoop dat dit boek de lezer brengt bij het oude, levensechte boek, de Bijbel. ’ Henk Binnendijk 9789043 530590 ISBN 978-90-435-3059-0 Abraham, Isaak en Jakob en hun vrouwen waren gewone mensen. Ze leefden vierduizend jaar geleden en in een andere cultuur. Maar het waren wel mensen met dezelfde gevoelens, verlangens en onzekerheden als wij. Wie ook nog altijd Dezelfde is, is de God van Abraham, Isaak en Jakob. Hij beloofde hun veel. Sommige beloften werden gedurende hun leven vervuld. Andere lagen in de toekomst. En ondanks hun tekortkomingen bleef Hij altijd achter hen staan. Henk Binnendijk is een geliefde en veelgelezen auteur. Hij werkte jarenlang als programmamaker en werd bekend door zijn tv- programma’s met Bijbelstudies en gesprekken over het geloof. Hij sprak op EO-Jongerendagen en spreekt nog steeds op conferenties en mannendagen. Onder zijn bekendste boeken behoren Dichtbij God, De Bergrede en Het verlangen van God. Van zijn boek Het Meesterwerk van God (2017), over het Bijbelboek Openbaring, verschenen binnen een jaar zes drukken. ● 28 Bijbelstudies met vragen voor persoonlijke studie ● Toegankelijke stijl ● Bekende Bijbelverhalen belicht ● Inspirerend en verhelderend ● Tv-serie Family 7 ● Geschikt voor Bijbelstudiegroepen