Met terugwerkende kracht 2 3 Scholten Uitgeverij T ER UG WERKEN D E KRA C HT Ida Schutter 4 Met terugwerkende kracht Ida Schutter© 2018 Scholten Uitgeverij B V Burgemeester Drijbersingel 258021 D A
[email protected] Omslagontwerp: Scholten Uitgeverij Binnenwerk: Piet Versteeg Tekstcorrectie: Saskia Schouten, Jan Meints, www.taalmens.nl Drukwerk: www.drukcase.nl Verschijningsdatum 12 oktober 2018 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No portion of this book may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any means electronic, mechanical, photocopy, recording or any other except for brief quotations in printed reviews, without the prior written permission of the publisher. Want het Koninkrijk Gods is niet gelegen in woorden, maar in kracht.(1 Korinthiërs 4:20) 6 7 Voorwoord Laatste strohalm Context van mijn verleden Jonge jaren Tiener Ida Adolescentie Jong volwassen Aan het werk Het gevecht10 Aangaanafhaken In therapie Wee, mijn gebeente Ingepakt weer thuis Breekbaar Overlijden vader Licht in de duisternis Geestelijke dimensies Dromen dromen Bedoeld als kop en niet de staart Besluitvorming Dopen met gevolg Goddelijke regie Ontslagen zonder handtekening Schoolverlater Weg van recht Uitgeput Dwars door alles heen Snelrecht Dicht bij mezelf Nieuwe creativiteit, nieuw leven 9 Voorwoorden paar weken geleden kreeg ik het script van dit boek toegestuurd, met de vraag het te lezen en erop te reageren. Ik wilde het eerst nog even aan de kant leggen omdat ik op dat moment de nodige andere dingen te doen had, maar mijn nieuwsgierigheid naar de inhoud won het van mijn tijdgebrek. Nou ken ik Ida alweer wat jaartjes en ik heb met haar de nodige gesprekken gehad. Ik wist ook wel het een en ander uit haar kerkelijk religieuze leven door de dingen die zij mij had verteld als haar pastor. Maar toen ik begon te lezen werd ik onmiddellijk gepakt door haar toegankelijke stijl van schrijven, die ervoor zorgde dat ik bleef lezen en meegezogen werd in het verhaal van haar leven. Alsof ik bij de hand genomen werd door iemand die mij zo veel vertrouwen gaf dat zij mij op een heel integere wijze deelgenoot maakte van het prille leven van een heel kwetsbaar klein meisje Ida, dat hunkerde naar liefde en aandacht, bevestiging en veiligheid waar kleine meisjes recht op hebben. Heel bijzonder hoe ze haar kind-zijn als volwassen vrouw uit het verleden weet op te diepen en te verwoorden. Het laat heel duidelijk zien hoe een onschuldig lief meisje door de invloed van haar opvoeding en waarschijnlijk ook door het gebrek aan de broodnodige supplementen zoals liefde, aandacht, ruimte, huiselijkheid en een harmonieus gezinsleven, een gebroken mensje kan worden. Een vrouw die eerst een groot deel van haar leven tegen alle religieuze klippen en zichzelf oploopt en blijft worstelen met haar geloof en met God, haar identiteit, maar ook de familie. Het kerkelijk milieu waar ze in opgroeide werd voor haar een gevangenis en een systeem of instituut met allerlei gedragsregels en (kleding)voorschriften. En in plaats van een plek waar zij God kon ontmoeten en tot vrijheid van Christus kon komen, is het voor haar geworden tot iets dat zijn sporen doortrok tot in haar baan als onderwijzeres en andere relaties. En dat niet alleen haar, maar ook haar collegas heel sterk beïnvloed heeft zoals uzelf zult kunnen lezen. Als je zelf niet zoals ik opgegroeid bent zon religieus milieu, snap je er ook niet veel van. Daarom is dit een goed boek dat weergeeft hoe het kan zijn als het misloopt en als hoofdzaken bijzaken gaan worden. Ik ben mij ervan bewust dat dit verhaal niet het hele plaatje weergeeft van de kerkelijke achtergrond waarin Ida geboren en opgegroeid is, zeker niet. Ik ken verschillende mensen met dezelfde kerkelijke achtergrond, die dit niet is overkomen en ondanks alle religieuze regels en voorschriften het wel naar hun zin hebben en het goed doen in het leven. Ik denk dat sommige mensen na het lezen van dit boek, zich in het verhaal van Ida zullen kunnen vinden en anderen totaal niet, geweldig, zo is het leven en Wat mij zo bijzonder raakt is dat Ida haar geloof in God en Jezus niet verloren heeft op haar expeditie naar de zin van haar bestaan. Maar de Vader heeft haar gevonden, ontmanteld van veel religieuze, onnodige mensgemaakte godsdienst. Een Vriend als Jezus, iemand die alles vervult wat zij voor haar leven nodig heeft gehad. Een Heelmeester naar geest, ziel en Ik ken haar nu als een vrouw met humor waar je geweldig mee kunt lachen en een paar geweldige talenten waarvan u nu een product in uw hand houdt. Ik heb gezien hoe ze in geloof uit het dal omhoogklom. Is ze er nu uit? Is het dan nu klaar? Zeg eens eerlijk, wie wel? Paulus schrijft in zijn brief aan de Romeinen 8:18-19: Want ik ben er zeker van, dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid, die over ons geopenbaard zal worden. Want met reikhalzend verlangen wacht de schepping op het openbaar worden der zonen (en dochters) Gods. We zijn allemaal onderweg naar dat ene heerlijke moment. Eerlijk gezegd had ik in het begin, toen ze bij ons in de kerk kwam, weleens wat moeite met haar en dacht soms: mijn God wat moeten we met haar? Ik zou zeggen: lees maar door, kijk zelf maar. Ik hoop dat u morgen een dag vrij heeft om uit te slapen want u gaat net als ik niet meer stoppen voor u het uit heeft. Ida, bedankt voor dit mooie levendige schilderij van woorden, een verhaal waarin jij geprobeerd hebt om ons mee te nemen in de reis van jouw leven. Het is een inspirerend, hoopgevend boek voor mensen die daar zitten waar jij hebt gezeten en op reis zijn ergens uit een dal. Rob ten Cate Voorganger Christen Gemeente de Banier, Kampen. 12 Laatste strohalmn het wachtkamertje van de praktijk aan huis voor elektrouit.navigatiesysteemheeft me feilloos binnen twee uur naar deze locatie gebracht. Ik parkeer mijn auto mooi op tijd op een parkeerterrein, een evenzoekenjuisteadres.Eenbordje bij de voordeur maakt mij duidelijk dat ik via de zijkant van het huis moet lopen om bij de deur voor cliënten te komen. Ik passeer een raampje aan de zijkant en zie een glimp van een kleine praktijkruimte waar iemand bezig is. Dat moet de persoon zijn waar ik voor gekomen ben, Rein Robberts. Ik ben best wel gespannen. Na een aantal maanden op de wachtlijst te hebben gestaan, is eindelijk een plek voor mij bij deze elektroacupuncturist vrijgekomen. Hij staat zeer goed aangeschreven, vandaar ook de wachtlijst van gemiddeld een half jaar. Ik ben vol verwachting! Zou deze man mij dan eindelijk écht kunnen helpen na zoveel jaren geworstel met mijn gezondkan mijn leven maar niet in balans krijgen, het gevecht. Dit consult voelt voor mij als een laatste strohalm. Als dit ook niet helpt dan weet ik echt niet meer waar of naar wie ik nog kan gaan. Ik ben nu zesendertig en voel mij in veel opzichten meer dan uitgeput. Ruim vijftien jaar heb ik er alles aan gedaan wat in mijn vermogen ligt om het hoofd boven water te houden in de hoop nog een beetje echt levensgeluk te kunnen vinden. Het wil maar niet lukken. Misschien zijn er toch aspecten na al die jaren van therapeutische hulp, artsen, onderzoeken en behandelingen, over het hoofd gezien. Na zon lange rit eerst maar even naar het toilet, dat lucht op om het zomaar te zeggen. Het is er proper en fris, evenals de wachtruimte waar de nodige vakliteratuur en informatie ligt. De eerste indrukken zijn goed. Even later wordt een cliënt uitgeleide gedaan, waarop de deur van de praktijkruimte weer dichtgaat. Een beetje vreemde snuiter zo te zien, die Rein. Als hij zijn hoofd om de deur steekt, is het mijn beurt om naar binnen te gaan. Rein komt in doen en laten inderdaad een beetje vreemd en gereserveerd op mij over, doch niet onvriendelijk. Hij vertelt mij vrijwel direct dat ik mijn schoenen en sokken uit kan trekken en op de behandeltafel plaats mag nemen. Ik had eerst even een gesprek of zo verwacht, maar nee. Ik volg zijn orders op en denk ondertussen aan de aanbevelingen van anderen dat hij erg goed is in zijn vak, dus ga ik in vertrouwen op de behandeltafel zitten, zonder schoenen en sokken. Niet bekend met elektroacupunctuur, wacht ik gespannen af. Rein vraagt mijn persoonlijke gegevens en schrijft die vervolgens allemaal handmatig op een kaartje. Ik wiebel wat met mijn blote tenen en kijk in het rond. Het is duidelijk dat de man van motoren, fossielen en natuur houdt. Er staat een opmerkelijke kast met instrumentaria voor zijn neus. Uit de kast steekt een grote lade met een aantal gekleurde contactpunten en verschillende verplaatsbare stekkertjes aan snoertjes, overeenkomstig de kleuren van de contactpunten: rood, zwart, geel, blauw en groen. Ook een paar metertjes zie ik. Potjes met pilletjes staan boven op de kast met een soort weegschaaltje erbij; het ziet er allemaal complex uit. Rein vraagt niet veel over de redenen van mijn komst, maar geeft aan dat de metingen mijn verhaal wel zullen vertellen. Hij zegt dat hij alles gaat doormeten in mijn lichaam: organen, hart, longen, hersenen en spieren. Alles wat niet in balans is in mijn lichaam wordt door de meting opgespoord. Eveneens gaat hij voor elke onbalans de nodige stoffen en supplementen bepalen, inclusief de benodigde hoeveelheden. Ik krijg vervolgens een zilveren staaf in mijn hand die ik als geleider voor de metingen goed moet vasthouden. Rein zelf heeft een andere staaf met een punt in zijn hand, die hij hoofdzakelijk tussen mijn dikke teen en teen ernaast plaatst. Daar lopen de meridianen en energiebanen, vertelt hij. De zilveren staven zijn verbonden met het instrumentarium en geven alle informatie door.We zullen eens gaan kijken wat er aan de hand is. Dat klinkt bemoedigend, en ja, dat wil ik nu ook weleens weten na al die jaren! Het zou wat zijn als hij me dit kan vertellen. Tijdens de metingen slaan er wijzertjes uit in de groene rodezones,ondersteundpieptoontjes.vertelt ondertussen welk orgaan hij aan het meten is, en pakt pilletjesstoffenblijkbaargemetenbalans in mijn lichaam moeten gaan verhelpen. Deze middelen worden op een weegschaaltje gelegd om zo de juiste hoeveelheid te bepalen. Voor mij lijkt het een heel gegoochel. Binnen een goed uur komt Rein met de uitslag van de meting. Oei, spannend! Het eerste wat hij zegt is: Jij moet de afgelopen jaren wel zó moe zijn geweest dat het niet meer uit te leggen viel aan anderen. Mijn mond valt zo ongeveer open! Hier komt een erkenning van grote proportie op tafel voor mij! Dit is inderdaad het geval, maar ik ben allang gestopt om te zeggen dat ik zo moe ben. Jaar in jaar uit heb ik tegen iedereen gezegd: Ik ben moe en te moe. Ik kan het inderdaad niet meer uitleggen aan anderen. Ik wil het ook eigenlijk niet meer uitleggen, vaak wordt het voor mijn gevoel ook niet zo serieus (meer) geno Er is al heel lang een diepe vermoeidheid in mij. Ik wil daar zelf ook eigenlijk niet meer naar luisteren of aan toegeven maar ik heb ook te dealen met het feit dat ik in de loop der jaren steeds minder kan doen en voor elkaar kan krijgen, steeds minder creatief bezig kan zijn, steeds minder kan sporten en nog minder een sociaal leven kan onderhouden. Ik ben binnen mijn eigen mogelijkheden een soort specialist geworden om mezelf comfortabel terug te trekken en alleen met mezelf te zijn. De rest is al snel te vermoeiend. Al mijn energie concentreert zich op mijn werk, ik doe er alles aan om dat zo goed mogelijk vol te houden, maar ik heb nog steeds aardig wat verzuim. Daarnaast ben ik jaren geleden ook al voor zon twintig procent afgekeurd. Ik heb een voor mij zeer intensieve en dynamische baan als docent beeldende vorming in het gereformeerd voortgezet onderwijs, maar er is zoveel meer gebeurd en aan de hand in mijn leven
moe is wel hét woord.Reintevertellenwatvolgens de metingen aan de hand is. Je lymfeklieren zijn vergiftigd en deze vergiftiging is langzaam maar zeker aan het uitwerken naar je organen. Je lever en nieren kunnen hun afvalstoffen niet meer goed kwijt, dus je lichaam wordt steeds verder vergiftigd. Vergiftigde lymfeklieren, dat zet de deur open naar allerlei ziektes en aandoeningen. Voor mij wordt nu ineens duidelijk waarom ik steeds minder kan sporten! Mijn lichaam heeft grote moeite met zweten en ik heb veel te lang spierpijn na het sporten. Ik herstel lang Het hersengedeelte dat onder andere je hormoonhuishouding regelt, de frontale hersenkwab is een grote chaos en ernstig ontregeld, misschien is er eens een keer een dag dat je je redelijk voelt, de volgende dag is het weer helemaal mis
Alweer precies de spijker op zn kop! Rein somt vervolgens een lijst van klachten op die één voor één voor mij zo verschrikkelijk herkenbaar zijn! Na al die jaren! Geen dokter, geen specialist, geen bloedonderzoek heeft mij ooit duidelijkheid kunnen geven, ik moest er maar mee leren leven
en nu ligt dit alles binnen één uur op tafel!! Ik ben onder de indruk en blij met de erkenning die ik nu dan eindelijk krijg, ongelofelijk! Met één ding kan ik niet zo uit de voeten: de oorzaak van al deze ellende. Volgens Rein heb ik een vergiftiging met petrochemische stoffen rond mijn twaalfde levensjaar opgelopen. vondverfluchtlekker,vaakevenaan de potten met verf als er geschilderd werd. Mijn vader was vroeger regelmatig aan het klussen en schilderen, maar het was niet iets waar ik dagelijks mee te maken had. Alles klopt in zijn verhaal, maar bij dit kan ik niet echt aanhaken. Ik weet wel dat ik vanaf mijn twaalfde op een bepaalde manier registreerde dat ik fysiek achteruit ging, bewegen en sporten leken steeds wat moeizamer te gaan, vooral vanuit mijn benen, maar ja, wie vertelt mij wat normaal is? Het was gewoon zo. Behoorlijk onder de indruk en een stuk lichter, ook in mijn portemonnee,gavolen weer enige hoop. De behandeling lijkt aardig aan te slaan. Om de zes weken word ik doorgemeten en wat nodig is wordt weer bijgesteld en aangevuld. Ik voel me langzaamaan iets beter en wat gelijkmatiger, vooral in de beginfase, maar echt geweldig is het toch nog steeds niet. Tja, het heeft zn tijd nodig natuurlijk, en zo blijf ik naar de elektroacupuncturist gaan. In de loop van de behandeling krijg ik van alles mee, veel supplementen en vitaminepreparaten. Het onderlinge contact is inmiddels wat gezelliger en persoonlijker geworden. Rein raadt me homeopathie en bloesemtherapie aan. Hij vertelt dat bloesemtherapie in mijn emotionele en geestelijke wereld kan ingrijpen. Dit heeft met energieën te maken, en bepaalde energieën trekken weer andere energieën aan, vaak diegene waar je nèt niet op zit te wachten. Ja ja, op een bepaalde manier is het allemaal geloofwaardig en herkenbaar wat hij mij uitlegt. Op een gegeven moment is het weer eens helemaal mis met mij en zit ik ziek thuis van het werk. Ik heb voorlopig nog geen afspraak, balen dus. Ik besluit Rein te mailen met mijn hulpvraag. Hij schrijft terug dat hij natuurlijk zo niet even kan zien wat er aan de hand is, dus krijg ik eerst advies wat ik al wel kan doen met supplementen. Ik schrijf in een melige bui nog even terug: Ja! Het zou wat zijn, hè? Zet ik mijn blote voet hier op het computerscherm, en dan kun jij vanaf daar zien en meten wat er aan de hand is. Ik zie het op dat moment zelf helemaal voor me en moet er hard om lachen. Ik verwacht geen reactie terug te krijgen, maar hij mailt: Het kan nog wel gekker! Ik zal het je de volgende keer laten zien! Mijn nieuwsgierigheid is gewekt en de eerstvolgende keer dat ik bij hem ben, verwacht ik uiteraard te horen hoe het nog gekker kan. Ik heb gedurende de behandelingen links in de ruimte wel een soort computer zien staan, maar die werd nooit gebruikt waar ik bij was. Rein wijst naar het apparaat en vertelt mij, dat als ik het zou willen hij mijn energieën in deze computer kan importeren en met de ether verbinden. Als ik dan thuis ben en het gaat niet zo goed met mij, kan ik met hem contact opnemen en kan hij vervolgens via deze computer mijn energieën uit de ether oppikken en zien wat er aan de hand is. Oeps! Maar dit is dus effe niet de bedoeling. Als hij dit vertelt gaat er een alarmsignaal in mij af. Ik ben zogezegd nog iets van christelijk en ik weet dat dit een gebied is dat ik maar niet moet gaan betreden. Dit hoort bij een andere wereld, al ken ik die verder niet echt. Ik vertel hem dat ik hem geloof, wat ik ook doe, maar dat mij dit te ver gaat. Het is inderdaad nog veel gekker dan ik had kunnen bedenken. Ik houd het dan toch graag bij het bekende. Het blijft heen en weer schuiven met de balans in mijn lichaam en mijn gezondheid. Het knapt niet echt op, wat ik wel had gehoopt. Uiteindelijk stop ik na zon twee jaar met de behandelingen. Ik zie er niet echt heil meer in en de kosten Wat nu nog te doen? Ik lig inmiddels met zo ongeveer alles uit en in mijn leven overhoop. Op een ander level dan voorheen, deze keer vooral ook met die God die mij ongevraagd in het leven heeft geroepen en mij blijkbaar zon vervloekt en moeizaam leven heeft toebedeeld; al de vermoeidheid en onverklaarbare ziekteverschijnselen, eenzaamheid en depressie lijken onuitroeibare bestanddelen
Ik ben mijn leven zó zat en ik moet dealen met zoveel dingen waar ik zelf niet voor gekozen heb. Ik zit met een destructieve gezinsachtergrond waar ik afstand van heb genomen en waar ik al wel vijftien jaar lang voor geknokt heb om het puin en de rotzooi daarvan te verwerken en op te ruimen. Ik wil ervan verlost worden! Wat ik maar niet voor elkaar lijk te krijgen, gezien het feit dat het tobben blijft met mezelf en mijn gezondheid. Ik zie zoveel mensen van mijn leeftijd aan mij voorbijtrekken, hun leven opbouwen en uitbreiden en ik kom maar niet verder dan ronddraaien in mijn eigen cirkeltje. De kerk heb ik al eerder vaarwel gezegd en wil ik niet meer bezoeken. Ik wil ervanaf! Het is genoeg geweest. Ik geloofde in God, in die zin dat Hij bestaat, daar kan ik gewoon niet omheen, maar ik kan er eigenlijk ook niets meer mee. Voor mijn baan in het gereformeerde onderwijs wordt lidmaatschap van de kerk geëist, dus ik blijf wel ingeschreven staan. Ik wil niet ook mijn baan nog kwijtraken. Geen haan die ernaar kraait, prima dan toch? Ik zit nu met mezelf in mijn goddeloze leven en wil mijn eigen geluk gaan bepalen, maar het is of ik met mijzelf leef in een soort niemandsland. Ik weet niet meer waar ik thuishoor. Uit het leven stappen is geen optie
ik heb mijn ver Is dit wat mij de rest van mijn leven te wachten staat? Iets in mij wil het niet accepteren, maar hoe het verder moet, weet ik ook niet meer. 21 Context van mijn verledenn januari 1969 word ik als zevende kind geboren in het gezin van Izebrand en Joke Schutter. Mijn ouders zijn gereformeerd. Het tweede kindje, een jongetje, overlijdt aan een open ruggetje vlak na de geboorte, zo hoor ik in mijn latere leven. Boven mij zijn nog drie broers en twee zussen, ik ben de jongste, althans
bijna zes jaar na mij komt er onverwachts nog Wij wonen in die tijd in de Zuidelijke IJsselmeerpolders, het tegenwoordige Dronten. Mijn ouders behoren tot de pioniers van dit gebied. Mijn vader heeft bij de inpoldering een baan gevonden als smid in de landbouwmechanisatie. Ons gezin kan als één van de eersten in de polder een woning krijgen. Het bedrijf waar mijn vader in de smederij werkt, heet Steenbergen. Het staat op ongeveer tweehonderd meter van ons woonhuis. Je zou kunnen zeggen dat we in het verlengde van het bedrijf wonen, in een rijtjeshuis aan de Groenlandstraat. Twee jaar voor mijn geboorte vindt er een heftige kerkscheuring plaats in de landelijke gereformeerde gelederen. In Kampen waar de theologische universiteiten en de hooggeleerde professoren zijn, begint de scheuring. Dronten zit dicht bij dit verterende vuur. Uit deze scheuring ontstaat een binnenverband en een buitenverband kerk. Binnenverband wordt de Gereformeerd Vrijgemaakte Kerk (G VK) en buitenverband wordt de Nederlands Gereformeerde Kerk (NGK). De strijd rondom deze scheuring en de uiteindelijke breuk gaat vervolgens letterlijk dwars door ons gezin heen. Vader en moeder besluiten binnen het gezin kerkelijk te scheiden vanwege hun verschillende overtuigingen, al blijven ze verder getrouwd. Wij als kinderen gaan naar Bijbels inzicht, de man als hoofd van het gezin, mee met vader naar de kerk. Moeder heeft kort voor mijn geboorte besloten zich bij de vrijgemaakten te voegen en is ervan overtuigd dat ze gehoorzaam is aan de stem van de Heer. De Vrijgemaakte Kerk heeft volgens zeggen de ware Bijbelse leer en zij is hiermee dus dé ware kerk. Moeder blijft de jaren door onverbiddelijk en plichtmatig bij haar keuze, vader blijft met eigen redenen eveneens onverbiddelijk vasthouden aan zijn keuze, en zo gaat ieder zijn weg op de zondagen en binnen het kerkelijk leven. Het trekt in het uitleven ervan een diep spoor van verdeeldheid binnen ons gezin met verregaande gevolgen. Vader Mijn vader komt oorspronkelijk uit Groningen, Noordhorn, en is de zoon van een (hoef)smid. Opa had vroeger een smederij waar ook paarden beslagen werden en is volgens de verhalen zeer vaardig in het smeedwerk voor hekken en landbouwgereedschap. Bij ons thuis staat op de schouw een door opa vervaardigd kunstig gesmede miniatuurweergave van een ploeg, dat is een mooi stuk vakwerk. Ik vind het stoer. Ook mijn vader is in dit ambacht grootgebracht. Verder ken ik deze opa niet. Ik zie hem tijdens de verjaardagen in Groningen, en herinner mij dat hij ooit een keer bij ons gelogeerd heeft. Ik voel mij allesbehalve op mijn gemak bij deze man, ik ben zelfs een beetje bang. Hij kijkt nors en maakt niet echt contact. Het lijkt alsof hij altijd in zijn eigen wereldje zit. Als ik hem zie geef ik een handje, dat moet. Dag opa.Dag kind, zegt opa dan, en verder niets. Oma is wel lief en heeft even wat meer praat, maar ze is verder ook rustig en stil. Naast de traditionele omasoep ken ik haar van het haken van kleurige vierkante lapjes; daar worden spreien van gemaakt voor de kleinkinderen. Het zal nog wel een tijd duren voordat ik aan de beurt ben. Misschien nog een sprei vanuit de hemel. In het ouderlijk huis van vader wonen permanent een ongetrouwde broer en zus, oom Jaap en tante Gé. Ik ben gelijk jarig met deze oom Jaap en wij gaan als gezin daar dan ook altijd heen voor het feest van zijn verjaardag. Mijn vader groeit dus op met en in het smidswerk. Ik ben als kind gek op paarden, dus vind ik het idee alleen al heel stoer dat mijn vader paarden heeft beslagen, al is dat verleden tijd. Zoals ik het zie is vader een begaafd en veelzijdig mens, inventief, intelligent en praktisch. Hij leest veel, vooral geschiedenis en in het bijzonder rondom de Tweede Wereldoorlog, wat hij goed kan onthouden en waarover hij veel kan vertel Hij kan mooie fotos en dias maken, heeft ooit een eigen kleine doka gehad toen de ruimte in huis het nog toeliet. Hij zingt graag, zit op een koor en heeft een prachtige bariton. Ook is hij een heel harde werker en staat bij de boeren uit de omgeving bekend om de kwaliteit en inventiviteit van zijn werk.Hijproblemenopgelost,wordtom hem gevraagd. De dingen die hij maakt zijn zo ongeveer onverwoestbaar. Een stapelbed bijvoorbeeld dat hij voor ons, kinderen, vervaardigd heeft, doorstaat glansrijk het geweld en geheister door de jaren heen. De enige manier om ervanaf te komen is de ijzerboer. Vader staat bekend om zijn gemoedelijkheid en vriendelijkheid. Een zacht karakter zou ik zeggen, hij is een fatsoenlijke en beste vent. Hij is Ies, de lieveling van zijn broers en zussen. Aan Ies moet je niet komen. Zijn familie is nooit blij geweest met de keuze voor zijn Joke, toen mijn moeder in spe. Rondom de verjaardagen van mijn ouders wordt wel duidelijk dat de families elkaar niet heel geweldig verdragen. De verjaardagen worden uiteindelijk steeds meer gescheiden gevierd en dat is niet alleen vanwege de hoeveelheid mensen. Vader is veel en vaak aan het werk of aan het klussen. Als hij thuis is, is hij ook veel afwezig. Hij is erg op zn rust gesteld, die kun je beter niet verstoren. Hij laat dingen gebeuren in het gezin die vaderlijk optreden en bescherming hadden moeten krijgen. Ik herinner mij vader niet als een man die eens lekker met me gaat stoeien of knuffelen. Ik krijg weleens een aai over mijn bol, maar veelal moet ik hém altijd opzoeken om iets van onderling contact te beleven, een knuffelachtige aanraking, een beetje aandacht of bij hem op schoot mogen zitten. Dat probeer ik dan vooral s morgens aan de ontbijttafel. Zijn stoppelbaard heeft op mij een grote aantrekkingskracht. Ik wil altijd even schuren met mijn wang tegen de zijne. Soms staat hij dat toe en reageert hij daarop, andere keren schuift hij mij van zich af en dat doet mij vanbinnen pijn, ik begreep dan niet waarom. Waarschijnlijk wil hij dan met rust gelaten worden. Als klein meisje ga ik af en toe mijn vader van zijn werk halen uit de smederij. Zijn werkplek zit aan de kant van een pleintje waar het achterpad op uitkomt en daar werkt hij achter een heel groot raamfront aan een grote werkbank. Ik vind het prachtig om te zien hoe hij aan het lassen is en de blauwe vonken aan alle kanten langs zijn lasmasker vliegen, of als hij met een zware hamer het ijzer bedwingt. Hij heeft liever niet dat ik in de smederij rondloop met al die landbouwmachines en de werkzaamheden eromheen, en ik moet natuurlijk niet in de weg lopen! Maar het is vanuit mijn hart een behoefte om hem op te halen en hem zo even voor mezelf te hebben. In de smederij geniet ik dan heel bewust van de geuren van de machines, de metalen en het laswerk, en de mannen die hallo tegen mij zeggen en naar mij lachen. Ik mag met meerdere kerels tegelijk mijn handen wassen met de kriebelzeep voor heel vieze handen, aan een grote, ronde, witgele granieten wasbak, met een fontein van kranen in het midden, dat vond ik natuurlijk erg stoer en tof! Met een sigarettenpeukje in zijn mond, een alpinopetje op, en in zijn donkerblauwe en vuile overall lopen we vervolgens naar huis over het achterpad, mijn handje losjes in zijn hand. Ik ben dan trots op mijn vader en heb hem zogezegd even die paar honderd meter voor mezelf. Als hij bij het door hemzelf gesmede hek van de achtertuin mijn hand loslaat, is dat een teleurstelling voor mij, ik ga weer op in het niets van alle Ik kan mij niet herinneren dat ik ooit een écht persoonlijk gesprek of echte tijd en aandacht heb gehad van en met mijn vader. Ik weet niet wat hij van mij denkt, ik weet niet wat hij van mij vindt, hij geeft geen bevestiging of erkenning in dingen, merkt niets op in mijn beleving en zegt ook nooit dat hij van mij houdt. Op één keer na, en dat is een dolksteek in mijn hart als hij zegt dat ik moeders mooiste niet ben, maar zo ook wel van mij houdt. Dat bevestigt wat anderen ook al op een of andere manier tegen mij zeggen: ik ben niet mooi. Bij vader ben ik er nu eenmaal of zo, zo voelt het voor mij, het is wel oké. Ik bewonder hem van een afstandje om zijn vaardigheden, de dingen die hij doet en maakt vind ik interessant, ik wil wel op hem lijken en doen wat hij doet! Mijn moeder komt uit Monster, uit het westen van het land, en haar familienaam is Van der Hout. De familie van die kant is hoofdzakelijk Verweggistan en onbekend voor mij op enkele leden na. De opa en oma van mijn moederskant heb ik nooit gekend, voor mijn geboorte waren ze al overleden. Ik weet niet veel van mijn moeder. Zij spreekt en vertelt ook bijna nooit over haar verleden en vragen worden vaak nauwelijks of niet beantwoord. Wat ik wel weet is dat haar vader behoorlijk jong is overleden en haar moeder ziekelijk is geweest. Tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben ze als gezin Duitsers in huis gehad, een broer heeft in een werkkamp in Duitsland gezeten. Moeder heeft een gloeiende hekel aan Duitsers en alles wat met hen te maken heeft. De familie Van der Hout heeft een winkel die door haar oudere zus Annie overgenomen is en gerund wordt. Moeder doet als meisje de huishoudschool en stopt halverwege om bij zus Annie en zwager Wim te gaan werken. Deze oom en tante komen elk jaar wel een keer op visite en dan moet het hele huis op de kop en in de schrob, er komen mensen van stand. Er zit dus een rijke ondernemerstak in de familie. Moeder is zonder meer een hardwerkende, praktische en begaafde vrouw op haar terrein. Ze is een talent in het maken van kleding: naaien, breien met pennen of met een breimachine, borduren en haken, eigenlijk al die dingen die een vrouw behoort te doen en te beheersen volgens haar begrippen; huishouding en handwerken. Er wordt gezorgd voor regelmaat in het gezin wat betreft praktische dingen, kleding, een bed, eten en drinken. Ik heb als kind helaas zelden gevoeld of ervaren dat moeder blij met mij is of plezier in mij heeft. In mij ontstaat op al heel jonge leeftijd het gevoel dat ze niet echt van mij houdt door de dingen die ze aan mij kenbaar maakt en dingen die er gebeuren. Verder is het met haar ook evenals bij vader dat ik haar aandacht moet gaan halen, maar als ik dat doe loop ik al snel in de weg, dat maakt ze mij dan ook duidelijk. Aan de kant! Ik ben bezig. Van haar gaat het contact niet uit. Kusjes worden niet gegeven maar moeten gebracht worden. Moeder blijkt een onberekenbare en onveilige kant te hebben. Ze is niet in staat om liefde te geven of te uiten naar mij toe, ze geeft geen vertroosting of bescherming als mij iets overkomt of aangedaan wordt. Er mag niet gehuild worden in haar nabijheid, dan word ik weggestuurd naar boven en mag ik terugkomen als ik weer kan lachen; de reden van verdriet doet er niet toe. Als klein kind ben ik op een zondag achter in de tuin aan het spelen, ik wil van een betonkoker die er staat afspringen, maar kom niet volgens plan op de grond terecht en breek mijn arm. Al huilend word ik op de keukentafel neergezet en merk dat ze het goed vinden dat ik huil! Er is nu echt iets met mij aan de hand want mijn arm staat scheef! Met deze toestemming grijp ik mijn kans om hard, lang en gerechtvaardigd te huilen, tot in het ziekenhuis te Kampen, zodat ze er behoorlijk gestoord van worden. Dat lucht op. Als ik bij moeder kom wanneer er iets mis is gegaan met mij, dan krijg ik vaak ook nog eens de volle laag van haar in nare woorden of klappen, knijpen of schudden. Redenen of verklaringen worden niet gevraagd. Mijn ervaringen met moeder maakt dat ik op jonge leeftijd al intuïtief mijzelf begin te verschansen vanbinnen. Ze vraagt dingen van mij die ik haar niet kan geven, ik kan het niet opbrengen om mij te gedragen zoals zij wil, hoe volgens haar idee een meisje hoort te zijn. Ik word zo voor haar een moeilijk kind, een ongehoorzaam en ondankbaar kind, dat zijn boodschappen die ze uitspreekt en zo voel ik mij ook steeds meer. Moeder is een ster in manipuleren en schiet van een ongenaakbare en hardhandige vrouw in de wat doe je me aan modus, om zo de dingen voor elkaar te krijgen die ze voor ogen heeft. Op de één of andere manier voel ik mij altijd schuldig ten opzichte van haar. Moeders wil is wet en daarnaast komt het Bijbelse gezag om dit te benadrukken. Uit naam van God en de tien geboden wordt heel wat afgedwongen. Ik heb zonder tegenwerking en tegenspraak te gehoorzamen, mijn ouders te eren. Zo goed en zo kwaad als het gaat probeer ik trouw te blijven aan mijn eigen gevoelens, dingen die ze doet en zegt, kloppen vaak niet voor mij maar ik heb helemaal niets in te brengen, behalve Ik ontwikkel blijkbaar een gedrag en houding die mij voor haar ongrijpbaar maakt en dat bevalt haar duidelijk niet. Maar ik kan niet anders. Ze blijkt meer grip op mij te hebben dan ik ooit gedacht had, dat wordt vele jaren later duidelijk. Het begrip liefde is in mijn leven een heel verwrongen beeld van iets dat gevaarlijk is. Zachtheid en kwetsbaarheid maken dat een ander mij kan vernederen, afmaken of belachelijk maken. Deze overtuiging in mij ontstaat ook door wat er tussen broers en zussen gezegd en gedaan wordt. Mijn moeder vormt voor mij helaas een schrikbeeld, vooral als meisje wil in meerdere opzichten niet zijn en worden zoals zij. Er is nog een scala aan redenen waarom ik het betreur een meisje te zijn. In mij groeit zelfs een hevig verzet: ik wil Maar niet in die zin dat ik me een jongen voel in mijn eigen lichaam, maar door de ervaringen die ik opdoe in mijn leven.